Medicatieveiligheid

Medicatieveiligheid



Veilig toedienen van medicijnen
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Medicatieveiligheid



Veilig toedienen van medicijnen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je aan bij
medicatieveiligheid?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


Dus:
Medicatieveiligheid gaat over alle activiteiten die gericht zijn op:
  • juiste voorschrijving, 
  • aflevering en het juiste gebruik van geneesmiddelen. 

Een medicatiefout is elke fout in het proces van voorschrijven, ter hand stellen/afleveren, opslag/beheer gereedmaken, toedienen/registreren en evalueren, ongeacht of er schade is opgetreden.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 5 - Vidéo

17.000 sterfgevallen door medische fouten’ - RTL LATE NIGHT

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Werken aan medicatieveiligheid

Bij medicatieveiligheid gaat het om veilige zorg voor de cliënt én om veilig werken voor de zorgmedewerker. Het uiteindelijke doel is: (5 Js)


  1. Juiste cliënt/persoon
  2. Juiste medicijn
  3. Juiste tijd
  4. Juiste hoeveelheid
  5. Juiste wijze
Let ook op: Juiste houdbaarheidsdatum

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je spreekt van polyfarmacie een wanneer de zorgvrager gedurende een langere tijd
A
meer dan 2 verschillende soorten medicatie gebruikt
B
meer dan 3 verschillende soorten medicatie gebruikt
C
meer dan 4 verschillende soorten medicatie gebruikt
D
Meer dan 5 verschillende soorten medicatie gebruikt

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijwerkingen polyfarmacie
  • Valgevaar
  • Misselijkheid en braken
  • Parkinsonachtige verschijnselen
  • Delier
  • Ondervoeding en dehydratie
  • Urine retentie 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weten jullie over dubbele controle?

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Dubbele controle
Werken met medicijnen brengt risico’s met zich mee. Fouten kunnen schade toebrengen aan de cliënt en gevolgen hebben voor de zorgmedewerker. Daarom is bij risicovolle medicatie een dubbele controle essentieel om fouten te voorkomen. Hoe nauwkeurig je ook werkt, een fout is zo gemaakt. Neem de dubbele controle altijd serieus, zowel bij je eigen handelingen als bij die van een collega.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

vervolg

Dubbele controle geldt niet voor alle medicatie. Medicatie in GDS vereist geen dubbele controle, tenzij anders aangegeven op de medicatielijst in het zorgdossier. Dit geldt vaak voor medicatie zoals insuline, bloedverdunners (bijv. acenocoumarol) en opiaten.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vervolg
Degene die de dubbele controle doet, moet:
In staat zijn om die dubbele controle te doen.
Moet weten (zo nodig geleerd worden) wat hij moet controleren.
Moet de dubbele controle serieus en met aandacht doen - het gaat immers om risicovolle medicatie, de controle is niet voor niets.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vóór het spuiten van insuline, wordt altijd een dubbelcheck uitgevoerd
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mag de cliënt een dubbelcheck bij risicovolle medicatie uitvoeren?
A
Dit is afhankelijk van het beleid binnen de organisatie
B
Als de cliënt dit op de juiste manier doet, dan mag dat
C
Dit is afhankelijk van het beleid binnen de organisatie en of de cliënt dit op de juiste manier kan doen
D
Nee, een cliënt mag de dubbelcheck niet uitvoeren

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe mag een dubbelcheck uitgevoerd worden?
A
Alleen samen met een collega die aanwezig is
B
Samen met een collega die aanwezig is of als je zelfstandig werkt via een foto

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dubbele controle van risicovolle medicatie wordt gedaan om ......
A
de familie en client gerust te stellen
B
de zorgvrager te controleren op juist medicatiegebruik
C
de veiligheid van de zorgvrager te waarborgen
D
Van en met elkaar te leren op het gebied van medicatie

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet wat je doet!
De Veilige Principes zijn professionele normen voor veilig medicatiegebruik. Het begrijpen van het ‘waarom’ helpt bij het maken van de juiste keuzes.
Medicatieveiligheid is iets anders dan standaard toepassen van regels!
Wet: Gever van de medicatie is altijd eindverantwoordelijk!

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wees je bewust van risico's!
Wees je bewust van risico’s bij het werken met medicatie. 
Om:
  • risico’s zoveel mogelijk te voorkomen of beperken. 
  • bij te dragen aan veilige zorg en aan veilig werken 

Leer van fouten en incidenten.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Melden van (bijna) fouten en (bijna) incidenten

Zorgorganisaties moeten een veilige meldcultuur creëren. Melden helpt leren, verbeteren en risico’s verkleinen. Door (bijna) fouten en incidenten te bespreken, worden risico’s zichtbaar en zorg veiliger.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke fouten kunnen er gemaakt worden bij het uitzetten en aanreiken/toedienen van medicatie?

Slide 22 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Veel voorkomende oorzaken
  • Menselijke (werkdruk) en organisatorische fouten
  • Geen toedienlijst: niet weten wat te moeten geven
  •  Zelf maken van een medicijnlijstje
  • Geen duidelijke afspraken in het zorgdossier
  • Storingen tijdens het werken met medicatie
  • De instructie is niet duidelijk
  • Medicatie die niet mag worden gemalen wordt toch gemalen
  • Geen goede toedienregistratie

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatie ontrouw
Signalen kunnen zijn:
  • Cliënt neemt medicatie niet op tijd in
  • Vergeet medicatie in te nemen
  • Is het overzicht kwijt
  • Haalt niet tijdig nieuwe medicatie bij apotheek
  • Heeft weerstand tegen gebruik van medicatie
  • Zegt dat medicatie niet helpt

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatie toedienen in relatie tot het beroep van de verzorgende 

Zorgverlening is de kern van het beroep verpleegkundige (vakinhoudelijk handelen). In de rol van zorgverlener stel je vast wat er aan de hand is met een zorgvrager en voer je de zorg uit.

Je bent je dus ten alle tijde bewust van jouw handelen!

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een verzorgende is

A
Zelfstandig bevoegd
B
Functioneel zelfstandig
C
Niet-zelfstandig bevoegd
D
afhankelijk van het behaalde diploma

Slide 26 - Quiz

Zelfstandig bevoegd > arts
Niet zelfstandig bevoegd > VZIG
Functioneel zelfstandig > VPK
Het toedienen van medicatie is een:
A
risicovolle handeling
B
voorbehouden handeling
C
risicovolle en voorbehouden handeling

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie levert een actuele medicatietoedieningslijst?
A
De arts
B
De apotheek
C
De verpleegkundige
D
De familie

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

BEM-VG =
Beheer Eigen Medicatie- Verstandelijk gehandicaptenzorg

Video dus voorbeeld ouderenzorg BEM
BEM-CODE 
beoordelen eigen beheer medicatie


Code 1 = Cliënt bestelt en gebruikt medicatie zelf
Code 2 = De zorgverlener bestelt medicatie, de cliënt gebruikt medicatie zelf
Code 3 = De cliënt bestelt medicatie, de zorgverlener biedt hulp bij (een deel van) de medicatie
Code 4 = De zorgverlener bestelt en biedt hulp bij (een deel van) de medicatie
Code 5 = De zorgverlener bestelt, biedt hulp bij medicatie en ziet toe op inname

Slide 30 - Diapositive

De verantwoordelijkheden van cliënt en zorgverlener zijn samen gevat in BEM-codes:
Toelichting:
 'Zelf' kan zijn: met hulpmiddel of met hulp van mantelzorger.
** Hulp bij gebruik van 'een deel van' de medicatie kan zijn: cliënt neemt zelf medicatie uit de medicijnrol in, de zorgverlener dient oogdruppels toe, of injecteert de insuline. Of de zorgverlener geeft de medicatie uit de medicijnrol, de cliënt neemt zelf 'zo nodig' slaapmedicatie in.
 
Arts voorgeschreven medicatie >jij verantwoordelijk voor dat deel van het medicatie proces.

Pas op! Zelfzorgmedicatie (o.a. kruidenpreparaten) en gezondheidsproducten vallen volledig onder de verantwoording van de cliënt.
Adviseer de cliënt om de arts onmiddellijk van het gebruik ervan op de hoogte te brengen.
Gelijktijdig gebruik van kruidenpreparaten met geneesmiddelen kan tot wisselwerking leiden waardoor er ( soms ernstige ) bijwerkingen kunnen optreden.
 

Welke rol heb je als zorgmedewerker als een cliënt medicatie in eigen beheer heeft?
A
Als een cliënt medicatie in eigen beheer heeft, speel ik daarin geen rol
B
Als een cliënt medicatie in eigen beheer heeft, heb ik nog steeds een verantwoordelijkheid

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het risico van een overdosis medicatie?
A
Het heeft geen effect op het lichaam.
B
Het vermindert het risico op ziekte.
C
Het verbetert de gezondheidstoestand van een persoon.
D
Het kan gevaarlijk zijn en zelfs leiden tot de dood.

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Wie moet alert zijn op signalen van problemen met medicatie ?
A
Alle zorgverleners
B
De verpleegkundige
C
De arts
D
De familie

Slide 34 - Quiz

Iedereen
Fouten in toediening van medicatie moet altijd worden gemeld
A
waar
B
niet waar

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions