4.2 Atomen en moleculen

H4.2 atomen en moleculen
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

H4.2 atomen en moleculen

Slide 1 - Diapositive

Doel van deze les:
  1. Je kunt de namen + symbolen van elementen (atoomsoorten) opsommen.
  2. Je kunt de elementen (atoomsoorten) verdelen in metalen en niet-metalen.
  3. Je kunt beschrijven dat moleculen zijn opgebouwd uit atomen.
  4. Je kunt beschrijven dat bij een chemische reactie de atomen niet veranderen, maar anders worden gerangschikt.
  5. Je kunt beschrijven hoe een moleculaire stof is opgebouwd.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Moleculen



Een molecuul bestaat uit 1 óf meerdere atomen

Slide 4 - Diapositive

Atomen


Atomen bestaan uit:

- Elektronen

- Protonen

- Neutronen

Slide 5 - Diapositive

Elementen

  1. Een stof die je niet kleiner kan maken = een element. 
  2. Is een Latijns voor 'basisonderdeel'.
  3. In het periodiek systeem (T34) staan alle elementen. 
  4. Er zijn metalen en niet-metalen. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Welke stof is een niet-metaal?
A
Natrium
B
Kobalt
C
Helium
D
Calcium

Slide 8 - Quiz

Welke stof is een metaal?
A
Fosfor
B
Boor
C
Koolstof
D
Strontium

Slide 9 - Quiz

Welke stof is een niet-metaal?
A
Ni
B
Cl
C
K
D
Zn

Slide 10 - Quiz

Welke stof is een metaal?
A
V
B
O
C
H
D
S

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Koper       
 
Waterstof
Koolstof
Ijzer
Lood
Goud
Aluminium
Cu

H
C
Fe
Pb
Au
Al

Slide 13 - Question de remorquage

Mg
F
Na
N
S
He
Ca
Magnesium
Natrium
Zwavel
Calcium
Fluor
Stikstof
Heium

Slide 14 - Question de remorquage

Zuurstofmolecuul
Zuurstof atoom heeft als symbool O

Zuurstofmolecuul zijn twee atomen O-O

Je schrijft dit als O2.


Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Scheikundige reactie
Bij een scheikundige reactie: beginstoffen verdwijnen, reactieproducten verschijnen. 

Maar... atomen raak je nooit kwijt en je krijgt ze er ook nooit bij. Voor de pijl staan dezelfde aantallen atomen als achter de pijl. 

Slide 17 - Diapositive

Bij een chemische reactie gebeurt er iets met de moleculen en atomen van een stof.
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

Veranderen de atomen bij een chemische reactie?
A
ja
B
nee

Slide 19 - Quiz

Leg uit wat er gebeurt met de elementen bij een chemische reactie.

Slide 20 - Question ouverte

3 koolstofdioxide  moleculen

Slide 21 - Diapositive

Index
Index = een getal dat het aantal atomen van elke soort in een molecuul.

 Index 1 wordt meestal weggelaten. 
Koolzuurgas

Slide 22 - Diapositive

Water ontleden
Vorige paragraaf hebben we water ontleedt.

We maken er een reactieschema van (in woorden dus):

Water (l) -> Waterstof (g) + Zuurstof (g) 

Slide 23 - Diapositive

Reactievergelijking (in formuletaal)

Slide 24 - Diapositive

Verbinding
De eigenschappen van een verbinding zijn anders dan de eigenschappen van de elementen van de verbinding.

 Waterstof is bijvoorbeeld licht ontvlambaar. Water natuurlijk niet --> H2O = water

Een verbinding waarin alleen niet-metalen voorkomen, noem je een moleculaire stof.

Slide 25 - Diapositive

Huiswerk
LEES de tekst van 4.2 en MAAK de opdrachten

Slide 26 - Diapositive