Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Spreekwoorden
Spreekwoorden
1 / 22
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Secundair onderwijs
Cette leçon contient
22 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositive de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Spreekwoorden
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten
A
Wie pijn heeft, moet lijden
B
Je moet je lot accepteren
C
Als je iets doms doet, moet je de gevolgen ervan dragen
D
Soms is het beter dat je zwijgt
Slide 3 - Quiz
Wanneer zou je dit spreekwoord kunnen gebruiken?
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 4 - Question ouverte
Hoge bomen vangen veel wind
A
Lange mensen zijn sterker
B
Belangrijke mensen krijgen veel kritiek
C
Bomen beschermen ons tegen de wind
D
Bomen vangen wind op om energie te produceren
Slide 5 - Quiz
Hoge bomen vangen veel wind
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 6 - Question ouverte
Boter bij de vis
A
Middeleeuwse behandeling tegen zeeziekte
B
Niet zonder elkaar kunnen
C
Een heerlijke maaltijd voorbereiden
D
Contant betalen
Slide 7 - Quiz
Boter bij de vis
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 8 - Question ouverte
Iets voor een prikje kopen
A
Iets voor een lage prijs kopen
B
Iets in ruil van een prikje krijgen
C
Iets kopen zonder na te denken
D
Iets nutteloos kopen
Slide 9 - Quiz
Iets voor een prikje kopen
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 10 - Question ouverte
De vinger op de wonde
A
Iemand genezen
B
Precies aangeven waar het probleem is
C
Iemand zijn wonde verzorgen
D
Ergens niet van kunnen afblijven
Slide 11 - Quiz
De vinger op de wonde leggen
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 12 - Question ouverte
Met je mond vol tanden staan
A
Niet weten wat je zeggen moet
B
Niet kunnen lachen
C
Praten met je mond vol
D
Op afspraak bij de tandarts gaan
Slide 13 - Quiz
Met je mond vol tanden staan
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 14 - Question ouverte
Een gat in de lucht springen
A
Niet kunnen stilzitten
B
Zo hoog mogelijk springen
C
Super enthousiast zijn
D
Zodanig wild zijn dat je alles kapot maakt
Slide 15 - Quiz
Een gat in de lucht springen
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 16 - Question ouverte
Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
A
Als het laat is, gebeuren de gekste dingen
B
Een kat is een pretbederver
C
Muizen zijn blij als de kat weg is
D
Als er geen toezicht is, doet men waar men zin in heeft
Slide 17 - Quiz
Als de kat van huis is, dansen de muizen op tafel
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 18 - Question ouverte
Vlinders in de buik hebben
A
Verliefd zijn
B
Heel gelukkig zijn
C
Van de natuur houden
D
Ziek zijn
Slide 19 - Quiz
Vlinders in de buik hebben
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 20 - Question ouverte
De hond in de pot vinden
A
Iets niet verwacht hebben
B
Ergens aankomen waar het eten op is
C
Een verborgen schat vinden
D
Iemands geheim ontdekken
Slide 21 - Quiz
De hond in de pot vinden
Wie? Wat? Wanneer?
Slide 22 - Question ouverte
Plus de leçons comme celle-ci
Spreekwoorden, uitdrukkingen, gezegden
Novembre 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Kinderrechten 2
Février 2023
- Leçon avec
14 diapositives
W.O.
Lager onderwijs
S07 - Spreekwoorden en zegswijzen over communicatie
Octobre 2022
- Leçon avec
10 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
herhaling leerstof trimester 1
il y a 13 jours
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Thema 7
Mars 2024
- Leçon avec
20 diapositives
W.O.
Lager onderwijs
Vlinders in de buik
Mai 2023
- Leçon avec
32 diapositives
Taal en cultuur
Secundair onderwijs
Les 17: spreekwoorden, uitdrukkingen en gezegdes
Mai 2021
- Leçon avec
49 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
EHBO - 5. Huidwonde + 6. Brandwonde
Mai 2024
- Leçon avec
51 diapositives
GASV
Buitengewoon secundair onderwijs