H3- K1 G Schreiben

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

H3 - Woche 41 - Stunde 2

Klaarleggen bij binnenkomst

1. Boek Neue Kontakte Havo A  
2. Schrift
3. iPad (omgedraaid)
4. Pen

Planung

Weißt du es noch? Retrieval Practice von haben & sein o.v.t. + Vokabeln Umgebung (10 Min.)

K1 Umgebung: Schreiben

• Besprechen: Großbuchstaben
• Besprechen: Häufigkeitsangaben
• Schreiben üben: Aufgabe 37, 38, 40, 41 (30 Min.)

            
      

Doelen

Leerdoel herhalen

• Je kunt de werkwoorden haben & sein in de o.v.t. gebruiken. 
• Je kunt het werkwoord werden in de o.t.t. gebruiken.
• Je kent belangrijke woorden bij het thema 'Umgebung en kunt deze actief gebruiken. 

Nieuw leerdoel:

• Je kunt een kort bericht over de vakantie schrijven. 
• Je kunt de hoofdletters correct gebruiken 
• Je kunt bijwoorden gebruiken die een frequentie aangeven. 

Toets H3duG1 - K1 Wortschatz + Grammatik Mittwoch 16. Oktober

Begin een week van tevoren met leren, dus vandaag/morgen! Tips:

1. Spreid je leerwerk (elke dag 30 Minuten) en herhaal wat je al geleerd hebt elke dag.

2. Oefen de spelling en schrijf woorden met de hand.

3. Maak flashcards en schrijf bij het oefenen met de hand.

4 Overhoor jezelf schriftelijke of laat jezelf overhoren. 

5. Maak oefenvragen bij Grammatik.

6. Maak de Wiederholung 1 van Grammatik.

Voorwaarde toets: Slim stampen K1 ALLES AF. 

Ergänze

Im __________ (bos) kann man gut spazieren gehen.

Ergänze

(De rivier) _______ der Rhein ist sehr lang.

Ergänze

(De sneeuw)_____ sorgt für Chaos im Verkehr.

Ergänze

(De zee) _________ in Italien ist wärmer als in Frankreich.

Ergänze im Präteritum

Du __________ (sein) letztes Jahr im Ausland.

Ergänze im Präteritum

Er __________ (sein) immer sehr freundlich.

Ergänze im Präteritum

Sie (mv) __________ (haben) Glück mit dem Wetter.

Ergänze im Präteritum

Ich __________ (haben) gestern keine Zeit.

Ergänze im Präsens

Ich __________ (werden) bald nach Deutschland reisen.

Ergänze im Präsens

__________ du von deinen Eltern abgeholt?

Kapitel 1 - Thema 'Umgebung'

Großbuchstaben ergänzen

Wanneer schrijf je een woord met een hoofdletter in het Duits?

Overleg 1 minuut met een medeleerling. 

Häufigkeitsangaben

Welke ken je al?

Häufigkeitsangaben

'Häufigkeitsangaben geven een frequentie aan. Bijvoorbeeld:

• dagelijks - täglich
  
• altijd - immer
  
• vaak - oft / häufig
  
• af en toe - ab und zu
  
• soms - manchmal
  
• zelden - selten
  
• nooit - nie
  
• nauwelijks - kaum
  

Schreiben: eine Ansichtskarte

Was	Machen: K1 G Schreiben Aufgabe Aufgabe 37, 38, 40, 41 (S.38)
Wie	1. Lies die Aufgaben und Texte 2. Mache Aufgabe 37, 38, 40, 41. Benutze ein Wörterbuch N-D wenn nötig. Benutze auch die Informationen aus den Texten in der Paragraf.
Mit wem	selbstständig, still, Fragen = Frau Thiele
Zeit	diese Stunde, nicht fertig = Hausaufgaben
Ergebnis	Die Aufgaben werden bei den Wochenaufgaben nachbesprochen
Fertig (volgorde)	1. Afmaken: K1 H Lesen Aufgabe 42, 43 (vorige Stunde) 2. Slim stampen K1 E Grammatik kies 1, 2 en invul 1,2 (90% of >) 3. Slim stampen K1 H Lesen (90% of >) 4. Slim stampen K1 overhoren Lernliste N-D (90% of >) 5. Slim stampen K1 overhoren Lernliste D-N (90% of >)

nächste Stunde

Oefentoets K1 

Wochenaufgaben abschließen

-> Blijf rustig zitten tot de les voorbij is. 

-> Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter. Danke!