Veiligheid in het technieklokaal klas 1 jan 2021

Techniek 


Veiligheid in het technieklokaal

1 / 47
suivant
Slide 1: Diapositive
TechniekMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Techniek 


Veiligheid in het technieklokaal

Slide 1 - Diapositive

Inhoudsopgaven: 

Algemene inleiding                             
Doelstellingen                                     

1.1 Noodstopvoorziening                     
1.2 Tassen                                          
1.3 Krukken onder de werkbank         
1.4 Niet rennen/ stoeien                      
1.5 Oog en gehoorbescherming          
1.6 Gebruik elektrische machines      
1.7 Veiligheid op de machines           
1.8 Bankschroef / klem                      
1.9 Stof en rook afzuiging in het lokaal                     
1.10 Stroomvoorziening                     
1.11 Noodmiddelen                           
1.12 Opgeruimd lokaal                                                  
Opdracht 1                           
Opdracht 2 
Opdracht 3                          
Begrippenlijst                                     

Slide 2 - Diapositive

Algemene inleiding
In deze les gaan we leren hoe je veilig kan werken in het technieklokaal. En waarop je moet letten, op de veiligheid van andere gebruikers in het technieklokaal.
Tijdens deze lessen werken we ook aan de competenties:
1 Instructies en procedures opvolgen   
2 materialen en middelen inzetten







Doelstellingen
• Op een veilige manier werken in het technieklokaal
• Op welke veiligheidspunten je moet letten
• Wat je moet doen als er een ongelukje gebeurt 

Slide 3 - Diapositive

Wat is een competentie?
A
Of je ergens heel goed in bent
B
Zegt iets over jou ontwikkeling
C
Ergens waar je heel slecht in bent
D
Wat je erg leuk vind om te doen

Slide 4 - Quiz

1.1 Noodstopvoorziening
In het technieklokaal is er een zogenaamde ‘noodstopvoorziening’ aangebracht. Met deze noodstop kan de docent of een leerling in geval van paniek of een ongeluk snel op de rode knop drukken. 
 
Met één druk op de rode knop wordt meteen de stroom uitgeschakeld van het gehele technieklokaal. 

Slide 5 - Diapositive

Stel dat een leerling met losse haren verstrikt raakt in een kolomboormachine! Zelf kan hij/zij niet de stroom uitzetten. 
 
De noodstoppen zijn verspreid door het lokaal aangebracht.  
Zo is het mogelijk om toch je medeleerling te redden vanaf de andere kant van het lokaal. Als je er nog helemaal heen moet lopen is het vaak al te laat! 
 
Als de noodknop is ingedrukt dan gaat in de meterkast een schakelaar om, stroom gaat uit.  
De leraar moet met een sleutel de noodknop weer resetten. 
De noodstopvoorziening mag nooit voor de lol worden ingedrukt!! Dit kan namelijk ook gevaarlijke situaties veroorzaken.  



Denk maar aan leerlingen die net aan het boren of zagen zijn. Een leerling zal schrikken en niet weten wat er aan de hand is. 

 “Gebruik de noodstop alleen in noodgevallen!” 

 Misbruik van de noodstop wordt gestraft!!!! 
 Alleen de docent mag de stroom weer inschakelen! 

Slide 6 - Diapositive

Wat gebeurt er als je op de noodstop drukt?

Slide 7 - Question ouverte

Waarom mag je niet voor de ‘gein’ op de noodstop drukken?
A
Dan gaan de machines stuk
B
Daar word de leraar moe van
C
Dan gaat het licht ook uit in het lokaal
D
Dan kan een leerling schrikken

Slide 8 - Quiz

Waarom zijn de noodstoppen verspreid over het gehele technieklokaal?

Slide 9 - Question ouverte

Hoe kan de docent de stroom weer resetten?
A
door de knop weer uit te trekken
B
met een sleutel
C
dat kan hij niet, moet de conciërge doen
D
in de meterkast

Slide 10 - Quiz

1.2 Tassen

Om de veiligheid in het technieklokaal te vergroten moet je voor de les je tas en jas in het kluisje in de klas leggen.  
 
Je tas heb je tijdens techniek niet nodig, je werkt namelijk met je handen. Om ervoor te zorgen dat we niet struikelen over al die tassen bergen we ze op. Struikelen in een technieklokaal is levensgevaarlijk! Stel je voor dat iemand met een elektrische machine bezig is en je stoot hem of haar per ongeluk aan.  
Hij/zij kan zich in de vingers zagen of boren! 
 


Slide 11 - Diapositive

Waarom moet je tas in het kluisje leggen en niet mee het lokaal in nemen?

Slide 12 - Question ouverte

1.3 Krukken onder de werkbank 


Tijdens de les zetten we alle krukken onder de werkbank. Op deze manier voorkomen we ook ongelukken. 
 
Bovendien ziet het er netter uit en kunnen we gemakkelijker rondlopen. De docent heeft ook meer overzicht. 

Slide 13 - Diapositive

De krukken moeten tijdens de les onder de werkbanken gezet worden, waarom is dat?
A
dit hoeft niet
B
lokaal is overzichtelijker en netter.

Slide 14 - Quiz

1.4 Niet rennen en stoeien



In het technieklokaal bevinden zich veel voorwerpen. Deze zijn meestal erg hard of scherp. 
 
Als je je gewoon rustig door het technieklokaal beweegt, loop je het minste risico om je te stoten of te snijden aan voorwerpen. 

Slide 15 - Diapositive

Waarom mag je tijdens een techniekles niet achter iemand aan rennen?

Slide 16 - Question ouverte

1.5 Oog en gehoorbescherming

Je hebt maar één paar ogen en maar één paar oren. Hier moet je je hele leven mee doen! 
‘Verspanende’ bewerkingen zijn gevaarlijk voor je ogen. Verspanen betekent dat je met behulp van gereedschap materiaal als hout of ijzer verkleint of van vorm verandert. 
 
Hierbij komen allerlei kleine deeltjes vrij, bijvoorbeeld splinters. Deze splinters zijn erg scherp en mogen absoluut niet in je ogen terechtkomen. 
Een ijzeren splinter is moeilijk uit je oog te verwijderen en je kunt een beschadiging aan je oog oplopen. 

Slide 17 - Diapositive

Tijdens het werken met machines of aan werkstukjes kan er veel geluid ontstaan. Dit kan gauw al op lopen boven de 80 decibel. Boven de 80 decibel kan gehoorbeschadiging ontstaan. Dus moeten we ons gehoor beschermen met gehoorbeschermers.

Slide 18 - Diapositive

Wat doe jij voor je veiligheid op tijdens het boren?
A
veiligheidsbil
B
gehoorbescherming
C
beschermkap
D
oordoppen

Slide 19 - Quiz

Hoeveel decibel kan er tijdens het werken met machines ontstaan?
A
60
B
70
C
80
D
90

Slide 20 - Quiz

1.6 Gebruik elektrische machines
Elektrische machines zijn gemaakt om door één persoon te bedienen. Durf je het nog niet goed alleen? 
 
“Laat geen leerlingen helpen maar vraag de docent!” 

Alle elektrische machines staan op een lange tafel zodat je er veilig mee kan werken. Het is tijdens een techniekles verboden om met meerdere leerlingen bij 1 apparaat te staan.  Alleen zo voorkom je dat je per ongeluk een leerlingen aanduwt of aanstoot.  
Bovendien heeft de docent een veel beter overzicht of alles goed gaat. 
 

Slide 21 - Diapositive

Mag je samen met een leerling een gaatje boren? Waarom niet?

Slide 22 - Question ouverte

1.7 Veiligheid op de machines
Om de veiligheid voor de gebruikers van de machines nog meer te vergroten, hebben ze op de machines ook een extra noodknop gemaakt. Mocht je per ongeluk je werkje loslaten bij bijvoorbeeld het boren kan je op de rode knop voorop duwen en de boor gaat snel uit.  

Maar stel je eens voor dat tijdens het boren de stroom uitvalt (stroomstoring) en je niet meer weet of de machine wel of niet aanstond. Om te voorkomen dat de boor weer gaat draaien als de stroomstoring is verholpen, zit hiervoor ook een veiligheid voor ingebouwd. Je moet dan eerst op de rode 0 knop drukken en vervolgens op de groene knop. 

Slide 23 - Diapositive

1.8 Bankschroef / klem
We hebben drie soorten bankschroeven, houten, metalen en een boorklem. Deze zijn er alleen voor om lesmateriaal goed en veilig in te klemmen, dus geen ander spullen zoals een pen. 

Slide 24 - Diapositive

Waarom staan alle machines op een lange tafel naast elkaar?

Slide 25 - Question ouverte

Wat kan de docent beter zien als iedereen, die niet met een machine bezig is, op zijn eigen werkplek zit.
A
dan is niet iedereen aan het werk
B
dat iedereen aan het werk is
C
meer kans op ongelukken
D
hij heeft meer overzicht.

Slide 26 - Quiz

Waarvoor dient de noodstop op de kolomboormachine? (2 antwoorden zijn goed)
A
als er een ongelukje gebeurt kan je snel de boor uitzetten.
B
als de boormachine vastloopt, dat je na gebruik deze als nog los kan maken
C
om het licht mee uit te zetten op de boormachine
D
voor als er een stroomstoring komt.

Slide 27 - Quiz

1.9 Stof en rook afzuiging in het lokaal
Stofdeeltjes zijn slecht voor de mens. Kleine stofdeeltjes adem je ongemerkt in en komen in je longen terecht. Dit kan schade aanrichten aan je gezondheid.  
Om dit te voorkomen is er een afzuiging aangelegd langs het plafond van het lokaal. Het is een grote koker met roosters. Gedurende de hele les staat deze aan en zuigt deze vieze lucht op en voert deze af naar buiten.  
 
Om ervoor te zorgen dat er frisse lucht binnenkomt zet de docent vaak één of meerdere ramen open. Misschien is het dan wel eens een beetje koud in het lokaal. Maar het is in ieder geval wel gezond en fris! 

Slide 28 - Diapositive



Bij de schuurmachines en figuurzaagmachines zit een extra afzuiger. Je moet dus eerst de afzuiger aanzetten voordat je 1 van deze apparaten mag gaan gebruiken. Als je klaar bent vergeet dan niet de afzuiger ook uit te zetten. 
Bij de soldeertafel zit nog een extra afzuiging om de rookgassen af te zuigen. Zodat het lokaal niet blauw komt te staan van de rook en je ademt deze dan ook niet in.  

Slide 29 - Diapositive

Hoe wordt het stof afgezogen uit het lokaal (noem er 3)?

Slide 30 - Question ouverte

Waarom zet de docent wel eens een raampje open?
A
om stof naar buiten te laten gaan
B
voor frisse lucht
C
zodat het werkgeluid naar buiten kan
D
anders komt er te veel koolmonoxide

Slide 31 - Quiz

1.10 Stroomvoorziening
Alle apparaten werken op 230V met uitzondering van de soldeerbouten. Deze werken op laagspanning maximaal 42V 
 
Over de grond van het lokaal mag geen stoomkabel liggen want hierover kan je struikelen. Onder de werkbank is een transformator gemonteerd deze zet de 230V om naar 42V voor de soldeerbouten. Hier past ook alleen maar een speciale driepootstekker in.  

Slide 32 - Diapositive

1.11 Noodmiddelen
Mocht er toch ondanks alle veiligheids voorzorgsmaatregelen een ongelukje gebeuren zijn daarvoor ook een paar voorzieningen geregeld. Voor de kleine snijwondjes hangt er een verbandtrommel in het lokaal. Voor kleine brandjes hangt daarvoor een brandblusser en een branddeken in het lokaal. 
Jij mag deze middelen niet zomaar gebruiken, dit moet de techniekleraar doen. 

Slide 33 - Diapositive

Waarom mag jij niet met de brandblusser werken als er brand is in het lokaal en waarom moet de docent dit doen?

Slide 34 - Question ouverte

1.12 Opgeruimd lokaal
Om te voorkomen dat het in een kleine ruimte zoals een magazijn of lokaal, onveilig wordt moet alles goed opgeruimd worden. Voor de gereedschappen die we gebruiken zijn speciale gereedschapsborden ontworpen waar alles veilig en overzichtelijk in bewaard kan worden.  
Om mobiele machines, bijvoorbeeld accuboormachines en schuurmachines langer mee te laten gaan worden ze bewaard in koffers. Op deze manier beschadig je niet de elektro snoeren, zaagjes, enz. deze worden ook in een opbergkast bewaard. 
Om te voorkomen dat je een lege accu aantref worden deze na gebruik meteen op de acculaders gedaan zodat de volgende leerling ook weer een volle accu heeft om te gebruiken. 

Slide 35 - Diapositive

Waarom is een opgeruimd magazijn belangrijk (noem er 3)?

Slide 36 - Question ouverte

Om te voorkomen dat het werkstukje wat jij maakt zoekraakt, worden deze ook in het lokaal bewaard in bakken. Iedere klas / groep heeft zijn eigen bak. Zorg altijd er voor dat op al je onderdelen je naam staat met een stikker.


Slide 37 - Diapositive

Opdracht 1
Ga in gedachten eens bij je thuis rondkijken om te zien wat er allemaal voor veiligheidsmaatregelen zijn genomen.

Wat ben ik thuis allemaal tegen gekomen van soorten veiligheidsmaatregelen? 
Kijk ook waar het voor bedoeld is.

VUL OP DE VOLGDE SLIDE HET WOORDWEB HIERVOOR IN

Slide 38 - Diapositive

Wat ben ik thuis allemaal tegen gekomen van soorten veiligheidsmaatregelen?

Kijk ook waar het voor bedoeld is

Slide 39 - Carte mentale

Teken een streepje van de afbeelding naar de juiste naam. Je houdt vier woorden over.
Opdracht 2
Noodstop
Noodschakelaar
Gehoorbeschermer
boorklem
Acculaders
Stofzuiger
Transformator
Gereedschapskast
Houtenbankschroef
Kolomboor
Metalenbankschroef
Opbergkast
Kabelhaspel

Slide 40 - Question de remorquage

Opdracht 3
Teken een streepje van de afbeelding naar de juiste naam. Je houdt vier woorden over.
Kabelhaspel
Verbandtrommel
Stofafzuiging figuurzaag
Brandblusser
Rookgasafzuiging
Veiligheidsbril
Metalenbankschroef
Bankschroef
Kolomboormachine
Branddeken
Koffer
Bril
Deken

Slide 41 - Question de remorquage

A
B
Boorklem
Deze klem gebruik je om je werkmateriaal in vast te zetten tijdens het boren.
C
Competentie
Iets wat jij goed kan. Waar je goed in bent.
D
Doelstelling
Wat jij wilt gaan leren.
E
F
Figuurzaagmachine
Electrische zaag om hout mee te zagen in de vorm die jij wilt.
Begrippenlijst

Slide 42 - Diapositive

G
Gehoorbescherming
Een soort koptelefoon om het werk geluid te verminderen om gehoor schade te verkleinen.
Gereedschapskast
Een kast om gereedschappen veilig in te bewaren.
H
I
Instructie
Het wordt voorgedaan hoe iets moet of door tekst te lezen hoe je de opdracht moet worden uitgevoerd.
J
k
Kolomboormachine
Een boor die op een ronde buis zit gemaakt, kan je in hoogte verstellen.
L
Lascabine
Een ruimte waarin je mag lassen.

Slide 43 - Diapositive

M
Magazijn
Een plaats waar materialen en gereedschappen worden bewaard.
N
Noodstopvoorziening
Een extra opvallende schakelaar om snel alle apparaten mee uit te zetten in geval van nood.
Noodmiddelen
Als er toch een incident is geweest dat je deze midden kan gebruiken om erger te voorkomen.  
O
Oogbescherming
Een speciale bril die je ogen beschermt tegen scherpe voorwerpen en splinters.
P
Procedure
Dit zijn afspraken hoe je iets uitvoert of aanpakt.
Practicumbord
Dit is een leermiddel voor een leerling om opdrachten aan uit te voeren. 
R
Rookgas
Dit zijn giftige gassen die gefilterd moeten worden.
Reset
Opnieuw opstarten/ aanzetten.

Slide 44 - Diapositive

S
Schakelkast
Een elektrakast met hierin allemaal schakelaars van verschillende groepen.
Stroomvoorziening
Het punt waar je de stroom van af tapt.
Stofzuiger
Een apparaat die alle stof/ hout snippers afzuigt en opvangt in een bak.
Schuurmachine
Een apparaat om hout mee glad te schuren.
Soldeertafel
Een tafel die is voorzien van een onbrandbaar tafelblad. 
T
U
V

Slide 45 - Diapositive

W
X
Y
Z

Slide 46 - Diapositive

Techniek
Controleer of je alle vragen en opdrachten heb gemaakt van veiligheid in het technieklokaal.

Lever dan je opdrachten in bij je docent.

Slide 47 - Diapositive