Unit 1 - England - Lesson 5 - Writing

1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Heb jij je huiswerk gemaakt?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Huiswerk wel gemaakt? Hoe ging het? Was het moeilijk/makkelijk?

Huiswerk niet gemaakt? Waarom niet?

Slide 5 - Question ouverte

Wat betekent to be in het Nederlands?
A
zijn
B
zijn/worden
C
worden
D
heb

Slide 6 - Quiz

I
You
He / She/ It
We
You
They
am
are
is
are
are
are

Slide 7 - Question de remorquage

Welke vorm van to be hoort bij
I
A
is
B
are
C
am
D
be

Slide 8 - Quiz

Welke vorm van to be hoort bij
HE/SHE/IT

A
are
B
am
C
be
D
is

Slide 9 - Quiz

Welke vorm van to be hoort bij
WE
A
be
B
am
C
is
D
are

Slide 10 - Quiz

(to be)
We ..... at school.
A
am
B
are
C
is

Slide 11 - Quiz

Welke vorm van to be hoort bij
YOU
A
am
B
are
C
be
D
is

Slide 12 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
A
He am not
B
He are not
C
He is not

Slide 13 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
A
We am not
B
We are not
C
We is not

Slide 14 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
They ..... in the house.
A
'm not
B
're not
C
's not

Slide 15 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
I ..... into singing.
A
'm not
B
're not
C
's not

Slide 16 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
A
They am not
B
They are not
C
They is not

Slide 17 - Quiz

Vul de juiste vorm van de ontkenning van 'to be' in.
A
I am not
B
I are not
C
I is not

Slide 18 - Quiz

Welke vorm van 'to be' hoort bij welk persoonlijk voornaamwoord?
are
am
is
I
he, she & it
you, we, they & you

Slide 19 - Question de remorquage

We ... watching TV
A
am
B
are
C
is

Slide 20 - Quiz

The car ... really fast
A
am
B
are
C
is

Slide 21 - Quiz

David and Jan ... eating cookies
A
am
B
are
C
is

Slide 22 - Quiz

I ... very bored
A
am
B
are
C
is

Slide 23 - Quiz

He .... helping me.
A
am not
B
are not
C
is not
D
isn't

Slide 24 - Quiz

They ... at school
A
am not
B
is not
C
isn't
D
aren't

Slide 25 - Quiz

Pieter and Paul ... reading a book
A
am not
B
aren't
C
isn't
D
are not

Slide 26 - Quiz

Am not kan je ook afkorten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

5
1.5: 1, 4, 6, 7
1.5: Test yourself

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Wat hebben we vandaag geleerd?

Slide 35 - Question ouverte

Vragen?

Slide 36 - Question ouverte