de quiz

Renske spaart zegels op een kaart. Er passen 17 zegels op. Ze heeft er al 11. Hoeveel zegels moet ze nog sparen?
A
6
B
4
C
8
D
3
1 / 21
suivant
Slide 1: Quiz
RekenenMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs.

Éléments de cette leçon

Renske spaart zegels op een kaart. Er passen 17 zegels op. Ze heeft er al 11. Hoeveel zegels moet ze nog sparen?
A
6
B
4
C
8
D
3

Slide 1 - Quiz

104 weken = ............... jaren
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 2 - Quiz



Wanneer valt de sneeuw?
A
Zomer
B
Lente
C
Herfst
D
Winter

Slide 3 - Quiz

500 jaren = .............. eeuwen
A
10
B
1
C
2
D
5

Slide 4 - Quiz

Hoe schrijf je drie uur 's nachts?
A
3:00
B
15:00
C
2:00
D
13:00

Slide 5 - Quiz

10 dagen = ...................... uur
A
24
B
10
C
240
D
2,4

Slide 6 - Quiz

48 maanden = ............ jaren
A
4
B
5
C
6
D
3

Slide 7 - Quiz

84 dagen = ......... weken
A
12
B
10
C
11
D
13

Slide 8 - Quiz

Kiki kijkt op de thermometer, het is 8 graden. Die middag is het 5 graden warmer. Hoeveel graden is het dan?
A
40
B
3
C
13
D
11

Slide 9 - Quiz

Olivia heeft 9 euro. Fem heeft 4 euro. Hoeveel hebben ze samen?
A
15
B
36
C
45
D
13

Slide 10 - Quiz

Welke getal hoort op de stippeltjes? 2 - ...+ 8 = 10
A
6
B
4
C
7
D
9

Slide 11 - Quiz

2 teams voetballen tegen elkaar. Aan het eind is het 8 - 6 voor groep 3. Hoeveel doelpunten zijn er gemaakt?
A
99
B
67
C
14
D
76

Slide 12 - Quiz

Coen heeft 14 duiven. 5 lopen buiten het hok. Hoeveel zitten er in het hok?
A
9
B
8
C
10
D
19

Slide 13 - Quiz

Nadine koopt een shirt van 9 euro en een een hemdje van 8 euro. Hoeveel moet ze betalen?
A
16
B
17
C
15
D
10

Slide 14 - Quiz

In de tuin van Elena staan 6 rozen, 2 narcissen en 2 zonnebloemen. Hoeveel bloemen staan er in de tuin?
A
10
B
16
C
24
D
36

Slide 15 - Quiz

Karin vraagt 15 kinderen op haar feestje. 5 kunnen er niet. Hoeveel komen er nog?
A
6
B
10
C
8
D
4

Slide 16 - Quiz

Een stuk worst kost 2 euro. De vader van Gijs koopt er 5. Hoeveel euro moet hij betalen?
A
3
B
9
C
10
D
7

Slide 17 - Quiz

Een stuk schutting is steeds 2 meter. Hoeveel meter schutting heeft hij als hij 4 stukken schutting heeft gezet?
A
3
B
1
C
4
D
8

Slide 18 - Quiz

Lize geeft voor een goed doel 4 munten van 10 cent. Hoeveel cent gaf ze?
A
6
B
40
C
0
D
6

Slide 19 - Quiz

slapen in een hotel kost 2 euro. Valerie blijft met haar papa en mama 4 nachten. Hoeveel moeten ze betalen?
A
8
B
5
C
4
D
2

Slide 20 - Quiz

In een huis zijn 2 slaapkamers. In elke kamer staan 4 bedden. Hoeveel mensen kunnen er slapen?
A
5
B
2
C
8
D
9

Slide 21 - Quiz