H2 2.1 + 2.2: Wat heb je geleerd?

H2 par. 2.1 + 2.2

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

H2 par. 2.1 + 2.2

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je geleerd?

Slide 2 - Diapositive

Wie geeft de meest betrouwbare 'koop'informatie over een iPad?
A
de docent
B
een vriend
C
de Consumentenbond
D
de Apple store

Slide 3 - Quiz

Welke hoort NIET tot de consumentenorganisaties?
A
ANWB
B
Vereniging Eigen Huis
C
IKEA
D
Goede Waar & Co

Slide 4 - Quiz

De Consumentenbond doet onderzoek naar
gelijksoortige producten van verschillende merken.
Hoe heet zo'n onderzoek ?
A
Vergelijkend Warenonderzoek
B
Merkenonderzoek
C
Productenonderzoek
D
Marktonderzoek

Slide 5 - Quiz

Welke term hoort bij:
de macht/kracht van de consument op wat de producent verkoopt.
A
Consumentenmacht
B
Koperskeuze
C
Consumer Power
D
Danoontje Power

Slide 6 - Quiz

Is een keurmerk altijd betrouwbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

AH melk kost € 1,15.
Jumbo melk kost € 1,09.
Hoeveel % is de AH-melk duurder?
A
€ 1,15 - € 1,09
B
(€ 1,15 - € 1,09) x 100
C
(€ 1,15 - € 1,09) : € 1,15 x 100
D
(€ 1,15 - € 1,09) : € 1,09 x 100

Slide 8 - Quiz

Wat is een deugdelijk product?
A
Een product dat goed is voor de gezondheid
B
Een product dat goed is voor het milieu
C
Een product dat beter is dan de wet vereist
D
Een product dat normaal functioneert

Slide 9 - Quiz

Geldt het Consumentenrecht ook als je iets koopt via Marktplaats?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quiz

Welke wet gaat over verkoop aan de deur?
A
Warenwet
B
Wet Koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet Product-aansprakelijkheid

Slide 11 - Quiz

De Colportagewet geldt bij producten met een minimale waarde van € .......
A
€ 5
B
€ 25
C
€ 50
D
€ 75

Slide 12 - Quiz

Welke wet is van toepassing als je iets via internet koopt?

A
Warenwet
B
Wet Koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet Product-aansprakelijkheid

Slide 13 - Quiz

Wie is aansprakelijk voor de GEVOLGSCHADE dat veroorzaakt wordt door een product?
A
de consument
B
de winkelier
C
de fabrikant
D
de overheid

Slide 14 - Quiz

Mandy vindt dat de hygiënische omstandigheden bij haar snackbar slecht zijn en dient een klacht in. Welke wet wordt hier misschien overtreden?
A
Warenwet
B
Wet Koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet productaansprakelijkheid

Slide 15 - Quiz

Wat betekent de afkorting ACM?
A
Autoriteit Consument & Markt
B
Autoriteit Consument & Media
C
Autoriteit Commercie & Markt
D
Algemene Consument & Markt

Slide 16 - Quiz

Juist of onjuist?
De uitspraak van de Stichting Geschillencommissie Consumentenzaken (SGC) is BINDEND.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz