Grote quiz Unit 4

Grote Quiz Unit 4
1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Grote Quiz Unit 4

Slide 1 - Diapositive

Woordjes vertalen

Slide 2 - Diapositive

accident

Slide 3 - Question ouverte

until

Slide 4 - Question ouverte

hook

Slide 5 - Question ouverte

moet

Slide 6 - Question ouverte

move

Slide 7 - Question ouverte

beoordelen

Slide 8 - Question ouverte

melt

Slide 9 - Question ouverte

essay

Slide 10 - Question ouverte

bar

Slide 11 - Question ouverte

duidelijk

Slide 12 - Question ouverte

maken

Slide 13 - Question ouverte

verplicht

Slide 14 - Question ouverte

Grammatica
Bezit

Slide 15 - Diapositive

Het plan van Sofie
A
Sofie's plan
B
Sofie' plan

Slide 16 - Quiz

Mijn ouders winkel
A
My parent's store
B
My parents' store

Slide 17 - Quiz

De ballen van de kinderen
A
the children's balls
B
the children' balls

Slide 18 - Quiz

Sommige klanten
A
some costumers'
B
some costumer's

Slide 19 - Quiz

de meisjes kleedkamer
A
the girl's changing room
B
the girls' changing room

Slide 20 - Quiz

het is Boris locker
A
It's Boris's locker
B
It's Boris locker

Slide 21 - Quiz

Grammatica
Present Continuous

Slide 22 - Diapositive

Tim .............home
(go)

Slide 23 - Question ouverte

It............today
(not rain)

Slide 24 - Question ouverte

The dogs ............ in the kitchen

Slide 25 - Question ouverte

Peter and Jane ............... the piano

Slide 26 - Question ouverte

Zinnen

Slide 27 - Diapositive

Hoe kan ik mee doen?

Slide 28 - Question ouverte

Maak een foto van je uitvinding.

Slide 29 - Question ouverte

Waarom stop je niet met praten?

Slide 30 - Question ouverte

Van alles wat!

Slide 31 - Diapositive

crispy
A
knapperig
B
haakje
C
totdat
D
bedrijf

Slide 32 - Quiz

company
A
knapperig
B
haakje
C
totdat
D
bedrijf

Slide 33 - Quiz

hook
A
knapperig
B
haakje
C
totdat
D
bedrijf

Slide 34 - Quiz

until
A
knapperig
B
haakje
C
totdat
D
bedrijf

Slide 35 - Quiz

angry
A
boos
B
smelten
C
totdat
D
reep

Slide 36 - Quiz

melt
A
boos
B
smelten
C
totdat
D
reep

Slide 37 - Quiz

Vertaal

denk aan de regel van eigendom

Slide 38 - Diapositive

het plan van Sophie

Slide 39 - Question ouverte

de hond van James

Slide 40 - Question ouverte

the inventor’s idea

Slide 41 - Question ouverte

his parents’ shop
the teachers’ room
the children’s balls
the women’s bikes
de ballen van de kinderen
de fietsen van de vrouwen
de winkel van zijn ouders
de kamer van de leraren

Slide 42 - Question de remorquage

Onregelmatige werkwoorden
geef steeds van het hele werkwoord, de vertaling, de vt en het voltooid deelwoord 

Bijvoorbeeld:
breken = Break, broke , broken

Slide 43 - Diapositive


Kopen

Slide 44 - Question ouverte


kiezen

Slide 45 - Question ouverte


rijden

Slide 46 - Question ouverte


vinden

Slide 47 - Question ouverte

WHAT of WICH
Er wordt niet aangegeven waaruit je moet kiezen: what.

Er wordt aangegeven waaruit je moet kiezen: which.
What is your favourite colour?
Wat is je favoriete kleur?
Which colour is your favourite: red or blue?
Welke kleur is jouw favoriet: rood of blauw?





Slide 48 - Diapositive

How can I enter?


How does your invention work?

Send it in before 15 March.

Take a photo of your invention.

A video is not required.









Hoe kan ik meedoen?

Hoe werkt je uitvinding?

Stuur het in voor 15 maart.

Maak een foto van je uitvinding.

Een video is niet nodig.

Slide 49 - Diapositive