In atonale muziek heb je vaak intervallen die met elkaar wringen. Wat is de juiste benaming hiervoor?
A
Consonant
B
Dissonant
Slide 3 - Quiz
Hoe noem je deze speelwijze van de snare? de snare
Slide 4 - Question ouverte
Dynamiek
Tempo
Forte
Presto
Allegro
Adagio
Pianissimo
Crescendo
Slide 5 - Question de remorquage
De pianist speelt met het tempo. Hij vertraagt en versnelt om het spel expressiever te maken. Dit heet:
A
rubato
B
versieringen
C
ritenuto
D
accelerando
Slide 6 - Quiz
In de 'Danse Macabre' hoor je...
A
Sequensen
B
Accenten
Slide 7 - Quiz
Articulatie
Tempo
Legato
Portato
Presto
Allegro
Adagio
Staccato
Slide 8 - Question de remorquage
Hoe zou je onderstaande vorm van dit liedje in letters op kunnen schrijven? Intro - Couplet 1 - Refrein - Couplet 2 (is een kleine variatie op couplet 1) - Refrein - Bridge - Refrein - Refrein - Outro
Slide 9 - Carte mentale
Je hoort de intro drie keer. De intro (in 6/8 maat) bestaat uit vier regels van twee maten. Geef bij elke bewering aan of deze juist of onjuist is: 1. Alle regels beginnen met een opmaat. 2. De hobo speelt in de 3e en 4e regel exact dezelfde melodie.
A
1 & 2 zijn juist
B
1 & 2 zijn onjuist
C
1 is juist 2 is onjuist
D
1 is onjuist 2 is juist
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Carte mentale
A
Know: majeur
Snows: majeur
B
Know: mineur
Snows: mineur
C
Know: mineur
Snows: majeur
D
Know: majeur
Snows: mineur
Slide 12 - Quiz
A
a - a - a' - a''
B
a - a - a' - b
C
a - a' - b - b
D
a - a' - b - b'
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Carte mentale
A
Regel 1
B
Regel 2
C
Regel 3
D
Regel 4
Slide 15 - Quiz
Benoem welke intervallen er bij 1, 2 en 3 te zien zijn/hoorbaar zijn