Thema 4: Politiek Les 2: verkiezingen

Burgerschap Thema 4: Politiek
Les 2: verkiezingen
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Burgerschap Thema 4: Politiek
Les 2: verkiezingen

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
In deze les leer je: 

- Wat er tijdens de verkiezingen gebeurt.
- Dat er verschillende politieke partijen zijn.
- Wat er tijdens de verkiezingscampagne gebeurt.

Slide 2 - Diapositive

Welke politieke partijen ken jij?

Slide 3 - Carte mentale

Stemmen doe je bij verkiezingen.

Slide 4 - Diapositive

Verkiezingen
Als je 18 jaar of ouder bent, mag je stemmen tijdens de verkiezingen. Tijdens de verkiezingen stem je op een persoon en een partij. Die persoon neemt namens jou beslissingen in de politiek. 
De meeste mensen waarop je kunt stemmen, zijn lid van een politieke partij. Elke politieke partij heeft andere plannen om problemen op te lossen. 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Over welke problemen of ideeën praten politieke partijen?

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Vidéo

verkiezingscampagne
campagne = reclame 
doel van een verkiezingscampagne is zoveel mogelijk stemmen krijgen tijdens de verkiezingen.

Slide 10 - Diapositive

Verkiezingscampagne
In de periode voor de verkiezingen voeren politieke partijen een verkiezingscampagne. Tijdens de verkiezingscampagne leggen politieke partijen hun plannen uit. 

Politieke partijen delen bijvoorbeeld flyers uit op straat. Zo hopen ze dat veel mensen op hen gaan stemmen. 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Kijkvraag
Hoe kun je zien dat Bobby bezig is met een verkiezingscampagne?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Kijkvraag
Hoe kun je zien dat Bobby bezig is met een verkiezingscampagne?

Slide 15 - Question ouverte

Wat doen politieke partijen tijdens een verkiezingscampagne?

Slide 16 - Question ouverte

Een groep mensen die bepaalde plannen maakt voor het oplossen van problemen in een land.
A
De minister
B
De verkiezingscampagne
C
Democratie
D
De politieke partij

Slide 17 - Quiz

De periode voor de verkiezingen waarin politieke partijen hun plannen uitleggen
A
De verkiezingscampagne
B
Actie voeren
C
Democratie
D
Politiek

Slide 18 - Quiz

Opdracht - even nadenken
Stel dat er op school verkiezingen plaats zouden vinden. Hoe zou dan de partij heten waar jij bij zou willen horen en wat is voor jou belangrijk? 

- Bedenk wat er anders zou moeten op deze school en waarom.
- Bedenk wat absoluut zo moet blijven en waarom.

Slide 19 - Diapositive

Heb jij het lesdoel bereikt?
Jij weet nu:

- Wat er tijdens verkiezingen gebeurt.
- Dat er verschillende politieke partijen zijn.
- Wat er tijdens de verkiezingscampagne gebeurt.

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag!
Begin op bladzijde 108.

Maak opdracht 1 en 2 (het stembiljet vind je op blz. 305).

Slide 21 - Diapositive