7.4 Staten in wording; Engeland en Frankrijk

Steden, burgers en koningen in de middeleeuwen


7.4 Staten in wording: Engeland en Frankrijk
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Steden, burgers en koningen in de middeleeuwen


7.4 Staten in wording: Engeland en Frankrijk

Slide 1 - Diapositive

Tijd van Steden en Staten (1000-1500)
In het wit zie je een stadspoort. Ging je in de Middeleeuwen een stad binnen, dan moest je door de stadspoort. In veel steden werd een hoge en prachtig versierde kerk gebouwd. Op de achtergrond zie je de binnenkant van zo’n kerk.
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier staten in de Middeleeuwen ontstonden.

Slide 3 - Diapositive

De Slag bij Hastings
  • Het is 1066 na Chr. Harold roept zich uit tot koning van Engeland na de dood van Edward. De hertog van Normandië (Willem) zou echter koning worden. 
  • Gevolg: veldslag tussen beide legers bij het plaatsje Battle bij Hastings. 
  • Willem wint door beter leger van boogschutters en ruiters te paard. 
  • Gevolg: 'Willem de Veroveraar' werd op 25 december 1066 koning van Engeland.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Gevolgen slag bij Hasting voor Engeland:
  1. Normandische edelen die meegevochen hadden krijgen land in Engeland van de Engelse edelen.
  2. 20% land, het beste meest productieve land hield Willem als koning zelf. 
  3. De Normandische edelen werden zo in Engeland de leenmannen van de koning en moesten een eed trouw aan hem zweren. Op het stuk land moesten kastelen komen ter verdediging. De Fransen werden dus de baas in Engeland.
White tower in de Tower of London, gebouwd door Willem de Veroveraar.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive


De Honderdjarige oorlog (1)


  • De koning van Engeland, Edward III, bezat een enorm gebied in Zuidwest-Frankrijk (Aquatanië).
  • Officieel had hij dit gebied in leen van de Franse koning Filips VI: hij was dus leenman van de koning
  • Deze wilde het gebied terug hebben. 
  • Edward III wilde dit voorkomen (en koning van Frankrijk worden) en stuurde in 1337 zijn leger naar Frankrijk: het begin van de Honderjarige Oorlog
Hoewel hij slechts een leenman was van de Franse koning, was Edward eigenlijk de baas in een stuk van Frankrijk: het rode stuk in het zuidwesten van het land.

Slide 8 - Diapositive


De Honderdjarige oorlog (2)


  • Hoewel het Franse leger veel groter was, won het Engelse leger de eerste gevechten. 
  • In 1356 werd de Franse koning Jan II zelfs gevangen genomen tijdens de Slag bij Poitiers.
  • Edward veroverde al snel grote delen van Frankrijk, maar rond 1360 liep het Engelse leger vast en kwam er een wapenstilstand.
De Engelse longbows waren veel effectiever dan de Franse kruisbogen. Met hun grote handbogen konden die in hoog tempo pijlen op de Fransen afschieten, die zelfs een harnas konden doorboren. De Slag bij Crecy (1346) werd daarom door het Engelse leger gewonnen.

Slide 9 - Diapositive


De Honderdjarige oorlog (3)


  • In de jaren die volgen, laait de strijd regelmatig weer op, waarbij zowel de Engelsen en Fransen veldslagen winnen.
  • Rond 1420 ziet het er erg slecht uit voor de Fransen: grote delen van het land zijn door de Engelsen veroverd.
  • Een jong Frans meisje, Jeanne d'Arc, weet de Engelsen echter de verslaan bij Orléans: vanaf dat moment worden de Engelsen uit Frankrijk verdreven.
  • In 1453 is de Honderdjarige oorlog voorbij.
Rond 1420 hadden de Engelsen grote delen van Frankrijk veroverd.

Slide 10 - Diapositive

Jeanne d'Arc
1412-1431


  • Toen ze 13 was, hoorde ze stemmen die haar vertelden dat ze de Fransen moest helpen bij de stad Orléans.
  • Karel VII gaf haar een leger, waarmee zij de Engelsen versloeg.
  • Een paar jaar later werd ze gevangen genomen en aan de Engelsen verkocht.
  • Die zeiden dat zij een heks was en verbrandde haar op de brandstapel
Jeanne was een dertienjarig Frans meisjeToen ze dertien jaar was, hoorde ze stemmen in haar hoofd die haar zeiden dat ze de stad Orléans van de Engelsen moest bevrijden. De stemmen kwamen van God, geloofde Jeanne. Zonder het aan haar ouders te vragen, ging ze naar een stad in de buurt. Daar verbleef een Franse generaal, wist ze. Hij stuurde Jeanne naar de Franse koning Karel VII. Deze geloofde haar, en liet Jeanne een grote groep soldaten leiden. Met dit leger had Jeanne, toen pas zeventien jaar, veel succes. Maar een jaar later werd ze gevangengenomen en aan de Engelsen verkocht. Die sloten haar op en begonnen een rechtszaak tegen haar. Volgens de rechter waren de stemmen die Jeanne hoorde van de duivel en was ze dus een heks. Daarom werd ze levend verbrand.

Slide 11 - Diapositive

Jeanne d'Arc
1412-1431


  • Dit Franse meisje hoorde stemmen die haar vertelden dat ze de Fransen moest helpen bij de stad Orléans.
  • De Franse koning gaf haar een leger, waarmee zij de Engelsen versloeg.
  • Een paar jaar later werd ze echter gevangen genomen en aan de Engelsen verkocht.
  • Die zeiden dat zij en heks was en verbrandde haar op de brandstapel
Jeanne krijgt een visioen
Jeanne wordt verhoord
Slag bij Orléans
Jeanne op de brandstapel

Slide 12 - Diapositive


Gevolgen van de oorlog


  • De Fransen hadden de Honderdjarige Oorlog gewonnen.
  • Na de oorlog nam de macht van koning toe. Hij wilde niet meer afhankelijk zijn van onbetrouwbare leenmannen, tijdens een oorlog of voor inkomsten.
  • Hij kwam met nieuwe belastingen en wilde goede handel.
  • Frankrijk werd hierdoor een land waarin de koning de machtigste man was. 
  • Hij bepaalde vanuit zijn hoofdstad wat er gebeurde. Dit noem je centralisatie.
Lodewijk XI was een koning die zijn enorm veel macht en invloed kreeg. ZIjn tegenstanders noemden hem wel eens 'een spin'. Omdat hij zijn tegenstanders in 'een web van macht' ving.

Slide 13 - Diapositive

Aan de slag
Maak in Tijd voor Geschiedenis
par 7.4


De actuele oriëntatie hoeft dus niet!

Slide 14 - Diapositive