1.7 Allemaal anders

1.7 Allemaal anders

Planning:

• Herhaling/Nakijken
  
• Uitleg basisstof 7
• Aan het werk
• Afsluiting

Huiswerk nakijken

Opdracht 1 en 6 (blz. 46 t/m 48)

Leerdoelen

Aan het eind van de les;

• kun je aanpassingen bij dieren noemen.
• kun je aanpassingen bij planten noemen.

Aanpassingen

Aanpassing = veranderingen aan de bouw van een organisme, die een voordeel geeft.

Bv. goed bewegen, voeden of verdedigen.

Wat voor aanpassing heeft deze 

zeehond?

Aanpassing aan warmte 

Aanpassing aan kou

Bouw van waterdieren en landdieren

• Waterdieren: gestroomlijnd, vin, huid bedekt met slijm
• Landdieren: stevige poten, sterk skelet

 

Natte omgeving

Droge omgeving

Voeding

Aanpassingen bij andere dieren:

Verdedigen

Veel organismen zijn aangepast om zich te kunnen verdedigen. 

Planten hebben bijvoorbeeld:

Stekels

Brandharen

Gif

Verdedigen

Veel organismen zijn aangepast om zich te kunnen verdedigen.
Dieren hebben bijvoorbeeld:

Schutkleur

Stekels

Gif

Schild

www.npostart.nl

Hoe kunnen dieren zich aanpassen als er iets veranderd?

1. Ze passen zich aan aan het milieu.
2. Ze gaan op een andere plek wonen
3. Ze gaan andere prooien eten
4. Ze drinken alleen nog water.

Wat is zijn aanpassingen bij planten om uitdroging te voorkomen?

1. Grote, platte bladeren
2. Kleine, dikke bladeren
3. een klein wortelstelsel
4. een groot wortelstelsel

Vochtige omgeving

Droge omgeving

Wat is een voorbeeld van een aanpassing van dieren aan hun omgeving?

1. Een giraffe heeft lange poten om snel te kunnen rennen.
2. Een leeuw heeft grote oren om beter te kunnen horen.
3. Een ijsbeer heeft een dikke vacht om warm te blijven.
4. Een vogel heeft veren om te kunnen zwemmen.

Schutkleur van een dier is een aanpassing aan de leefomgeving

1. Waar
2. Niet waar

Wat is een gestroomlijnd lichaam?

1. waslaagje die het lichaam bedekt
2. verandering van kleur in het lichaam
3. dit zijn de vinnen van een waterdier
4. wanneer kop, lijf en staart in elkaar overlopen.

Aan het werk:

Wat? : Opdracht 1 en 10 (blz. 51 t/m 57)

Tijd?: 25 min

Hoe?: Individueel

Hulp?: Je boek/docent

Klaar?: Ga naar flitskaarten en Test jezelf op BVJ online

Leerdoelen

Aan het eind van de les;

• kun je aanpassingen bij dieren noemen.
• kun je aanpassingen bij planten noemen.

Huiswerk

• Opdracht 1 en 10 (blz. 51 t/m 57)