3.3 Het hart

• Biologie
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 3

To do

Welkom! 

1. Doe je jas uit en tas van tafel
2. Ga rustig zitten en pak je boek, schrift en pen erbij 
3. Als je klaar bent: Maak je je schrift open, en schrijf je op wat je je nog kan herinneren van wat we de vorige les hebben behandeld. 

Basisstof 3 Het hart

https://jeugdjournaal.nl/artikel/2405689-voor-het-eerst-nederlandse-patient-met-namaak-hart.html

To do: 

Binnenkomst 

Leerdoelen + woord van de dag

Herhaling + uitleg 

Oefenen 

Leerdoelen controleren 

Afsluiten 

Woord van de dag: Hemoglobine

Leerdoelen:

1. Je kunt minimaal 2  bestanddelen van bloed benoemen 
2. Je kunt uitleggen wat de verschillen zijn tussen de grote en kleine bloedsomloop
3. Je kunt de delen van het hart en de aansluitende bloedvaten benoemen
4. Je kunt beschrijven hoe een hartslag verloopt.

Wat is BLOED, en wat zit er in?

samenstelling bloed

Soorten bloedvaten

Slagaders: Van hart naar organen, dikke wand.

Aders: Van organen terug naar het hart, dunne wand met kleppen.

Haarvaten: Bij de organen voor de stofwisseling, hele dunne wand waar stoffen doorheen kunnen.

Dubbele bloedsomloop

Kleine bloedsomloop: Hart > longen > hart

Grote bloedsomloop: Alle organen

Hartslag

boezems & kamers in het hart

Hartkleppen en halvemaanvormige kleppen

Hartklep open

Tussen de boezems en de kamers zitten hartkleppen.

Open: 

Er stroomt bloed vanuit de boezems in de kamers.

open

open

Hartklep dicht

Tussen de boezems en de kamers zitten hartkleppen.

Dicht: 

Er stroomt bloed uit de kamers.

Er kan geen bloed terugstromen naar de boezems.

De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).

De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.

dicht

dicht

Halvemaanvormige kleppen open

Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten halvemaanvormige kleppen.

Open: 

Er stroomt bloed vanuit de kamers in de slagaders:

- de longslagader

- de aorta

De wanden van de kamers zijn dikker dan die van de boezems omdat vanuit de boezems alleen naar de kamers wordt gepompt. De linkerkamer is het meest gespierd, van hieruit wordt het bloed naar heel het lichaam gepompt (behalve de longen).

De wanden van de rechterkamer is wat minder gespierd omdat van hieruit het bloed alleen naar de longen wordt gepompt.

beide open

Halvemaanvormige kleppen: dicht

Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten halvemaanvormige kleppen.

Dicht: Het bloed kan niet terugstromen naar de kamers

beide dicht

Boezems en kamers

Boezems: hier komt het bloed het hart binnen. 

Kamers: pompen het bloed uit het hart. 

Het hart van een volwassene slaat ong. 70 x per minuut

Fasen hartslag

De hartslag bestaat uit 3 fasen:

1. boezems trekken samen, kamers vullen zich

2. kamers trekken samen, bloed naar slagaders

3. hartpauze: boezems stromen ondertussen vol

Onthoud: linkerkant en rechterkant trekken tegelijk samen!

kransslagader is aftakking van de aorta

kransslagader - aanvoer zuurstof en voedingsstoffen

kransader-afvoer van CO2 en afvalstoffen

Wat is de functie van het hart

1. Bloed rondpompen
2. zuurstof door het lichaam pompen
3. koolstofdioxide door het lichaam pompen

Waar ligt je hart

1. Borstholte
2. Buikholte

	Aan de slag
Wat	Maak de opdrachten bij basisstof 3 van Thema 3 af. Zorg er ook voor dat je basisstof 1, 2 (tot opdracht 6) en basisstof 3 (tot opdracht 4) af hebt
Hoe	Lees eerst de tekst van basisstof 3 door, maak daarna de opdrachten. op blz: tot en met
Hulp	1) boek 2) docent
Tijd	10 minuten
Klaar	Opdrachten af? Steek dan je hand op volgende les: Huiswerk controle

Hoe vaak is het bloed door je hart gegaan voor het weer op dezelfde plek is gekomen?

1. 1x
2. 2x
3. 3x
4. 4x

Hoe vaak klopt het hart gemiddeld per minuut in rust

1. 30
2. 50
3. 70
4. 90

hoeveel kamers heeft het hart?

Wat scheidt de linker- en rechter harthelft?

1. Hart-tussenvlies
2. Hart-tussenspier
3. Hart-wand
4. Hart-tussenwand

Waar zitten de hartkleppen?

1. Tussen de linker - en de rechterhelft van het hart
2. Tussen het hart en de aorta en longslagader
3. Tussen de boezems en kamers in het hart
4. In de aders die naar het hart toelopen