Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
klas B1: Begrijpend lezen NN6
Hoofdstuk 1
Onderwerp
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen:
Je kunt na deze les het onderwerp van een korte tekst vinden.
Slide 2 - Diapositive
lezen / nieuwsbegrip / begrijpend lezen
Slide 3 - Carte mentale
Lees de tekst en bedenk een woord dat op de puntjes past.
Sommige jongeren hebben veel......Ze doen er van alles mee. Met ...... kun je veel plezier hebben. Toch hoef je niet veel ....te hebben om gelukkig te zijn. Er zijn ook jongeren die genoeg hebben aan weinig......
Slide 4 - Diapositive
Lees nog een keer de tekst en bedenk een woord dat op de puntjes past. Nu weet je dat de tekst over vriendschap gaat.
Sommige jongeren hebben veel......Ze doen er van alles mee. Met ...... kun je veel plezier hebben. Toch hoef je niet veel ....te hebben om gelukkig te zijn. Er zijn ook jongeren die genoeg hebben aan weinig......
Slide 5 - Diapositive
Wat is begrijpend lezen?
Bij begrijpend lezen gaat het erom dat je begrijpt wat je leest.
Dat klinkt heel simpel, maar dat is het niet altijd.
Slide 6 - Diapositive
1 Waar gaat deze tekst over?
Waaraan zie je dat?
Een dorp vol poppen
1] In het Japanse plattelandsdorpje Nagoro wonen nog maar een paar mensen. Iedereen is verhuisd naar de stad, op zoek naar werk. Een eenzame achterblijfster vindt het maar een ongezellige boel. Daarom vult ze het lege dorp weer op met poppen.
2] Een jaar of veertig geleden woonden er 150 mensen in Nagoro...
Slide 7 - Diapositive
Het onderwerp van een tekst
Het onderwerp van een tekst vertelt je waar een tekst over gaat. Dit is belangrijk om te weten, zodat je de tekst beter kunt begrijpen. Je kunt het onderwerp in één woord of een paar woorden noemen. Gebruik nooit een hele zin.
Slide 8 - Diapositive
Zo vind je het onderwerp
Bekijk de tekst:
titel
plaatjes (afbeeldingen)
tussenkopjes (de titels boven de tekstgedeeltes)
lees het eerste stukje (eerste alinea)
andere opvallende zaken (vette, schuingedrukte, GROTE of gekleurde woorden)
Geef daarna antwoord op de vraag: waarover gaat deze tekst?
