wk25 Lezen 4 les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Lezen 4

hoofdgedachte, onderwerp, schrijfdoelen

Planning

• Nakijken: opdracht 2 (blz. 7-8)
• Uitleg: het onderwerp
• Oefenen
• Uitleg: tekstdoelen en de hoofdgedachte
• Oefenen
• Huiswerk

Het onderwerp

• Een woord of woordgroep waarmee wordt aangegeven waar de tekst over gaat.
• Een onderwerp kan nooit een zin zijn.

Oefenen - opdracht 4 

• Bekijk het tekstgeraamte van de teksten op blz. 11-15
• Bepaal het onderwerp van iedere tekst 

Welke tekstdoelen ken je nog?

Tekstdoelen

1. Informeren: je geeft informatie 
2. Instructies geven: je legt uit hoe iets moet gebeuren/zit
3. Overtuigen: met argumenten probeer je de lezer te overtuigen van je mening 
4. Activeren: je wil dat de lezer iets doet of juist niet doet 
5. Amuseren of ontroeren: je wil bij de lezer emoties oproepen 

Zet de juiste tekstsoorten bij de juiste tekstdoelen.

Informeren

Overtuigen

Amuseren

Activeren

Instrueren

Folder van Matchis om stamceldonoren te werven.

Een gedicht

Een artikel dat gaat over de voordelen van het verlagen van de stemgerechtigde leeftijd naar 16 jaar.

De Donald Duck

Artikel op website van het Voedingscentrum waarin uitgelegd wordt wat de schijf van vijf inhoudt.

Handleiding hoe je het spel '30 seconds' moet spelen.

Een nieuwsbericht over een ongeluk op de A2.

De hoofdgedachte

• Vertelt in een of twee zinnen het belangrijkste dat over het onderwerp wordt verteld.
• Past bij het tekstdoel.

Overtuigende hoofdgedachte: Het antirookbeleid in Nederland moet strenger gehandhaafd worden.

Informerende hoofdgedachte: Om in Nederland in aanmerking te komen voor een blindengeleidehond moet je aan veel eisen voldoen.

Oefenen

• Bekijk opdracht 1 nog eens en maak vraag 8.

1. Verzin een informerende hoofdgedachte bij het onderwerp: faalangst
2. Verzin een overtuigende hoofdgedachte bij het onderwerp: vuurwerk
3. Verzin een activerende hoofdgedachte bij het onderwerp: zonnepanelen
4. Verzin een informerende hoofdgedachte bij een onderwerp naar keuze
5. Verzin een overtuigende hoofdgedachte bij een onderwerp naar keuze
6. Verzin een activerende hoofdgedachte bij een onderwerp naar keuze

Huiswerk

• Maken: opdracht 5 (vraag 1a mag je overslaan) (blz. 16-18)

= Huiswerk

• Klaar?: ga aan de slag met de extra oefeningen van leesvaardigheid