H5 Debatteren Kijken en luisteren Een debat beoordelen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

onderscheid standpunt en argument

aanvaardbaarheid argumenten beoordelen

verbale en nonverbale aspecten beoordelen

theorie bespreken

3 videofragmenten van een debat: kijken, luisteren en vragen beantwoorden.

Nederlands  H5 Kijken en luisteren, blz. 146-147

opdracht 2

Hoe ging het?

Debatteren versus discussiëren

Discussiëren: van mening verschillen en een ander overtuigen van je standpunt

Debatteren: in een formele discussievorm een stelling verdedigen of bestrijden 

Een debat

In een debat strijden voorstanders en tegenstanders met elkaar over een stelling. 

Bijvoorbeeld: Alle Nederlandse huizen moeten worden voorzien van zonnepanelen. 

Een debat is een strak georganiseerde woordenstrijd, waarbij het ernom gaat dat de deelnemers het PUBLIEK of EEN JURY overtuigen. 

Het gaat er niet om om de tegenstanders te overtuigen.

Voorbeeld debat 1

Minuut 0.00 - 1.59 

Wat is de stelling?

Welke positie neemt de spreker in t.a.v. de stelling?

Welke argumenten noemt de spreker in haar inleiding?

 

Voorbeeld debat 1 

Wat is de stelling? Consumentenvuurwerk moet ook met oud-op-nieuw verboden worden.

Welke positie neemt de spreker in t.a.v. deze stelling? voorstander

Welke argumenten noemt de spreker in haar inleiding? 1. minder slachtsoffers, 2. minder overvolle ziekenhuizen 3. minder milieuvervuiling

Voorbeeld debat 2

Minuut 2.25 -3.24  

Welke argumenten noemt de 2e spreker in haar inleiding?

 

Voorbeeld debat 2

Welke argumenten noemt de spreker in haar inleiding? 

1. Het hoort gewoon bij oud-op-nieuw: het is gewoon leuk om te doen en het is leuk om Nieuwjaar mee te beginnen. 

  2. We hebben er gewoon goede regels mee: van 10 uur 's ochtends tot en met half 2 's nachts.  

3. Als we wel voor deze stelling zouden gaan, zouden meer mensen illegaal vuurwerk gaan halen in België of Duitsland  

 4. veiligheid: we hebben veiligheidsbrillen en veiligheidswanten. We kunnen ook de veiligheidsmiddelen verplichten. 

5. De meeste ongevallen gebeuren door illegaal vuurwerk, namelijk 2/3 van alle ongevallen, dus niet alleen door consumentenvuurwerk.

 

Voorbeeld debat 3

Minuut 3.44 -4.20  

Wat valt je op aan deze spreker? Noteer zoveel mogelijk steekwoorden

 

Voorbeeld debat 3

Wat valt je op aan deze spreker?

- Hij gaat netjes staan tijdens zijn spreekbeurt

- Hij groet de voorzitter en tegenstanders

- Hij laat netjes weten op welke persoon hij wil reageren en benoemt de bewering die zij gaf

-  Hij herhaalt de bewering van de tegenstander en weerlegt deze direct. Daarna herhaalt hij nog een van haar beweringen/argumenten en ook die weerlegt hij direct met een tegenargument.

- Hij bedankt iedereen voor het luisteren en gaat direct zitten

 

Geïnteresseerd in hoe dit afloopt?

Bekijk gerust een keer het gehele debat.

Je kunt veel van deze leerlingen leren!

Maken online

Maak opdracht 2