3.2 Deel 1: De Franse Revolutie

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

3.2 De Franse Revolutie

Deel 1

Lesdoelen

• Je kunt beschrijven hoe de Franse Revolutie begon en wat daarvan de oorzaken waren.
  
• Je kunt uitleggen welke politieke en sociale veranderingen het gevolg waren van de Franse Revolutie.
  

Een nieuwe volksvertegenwoordiging

•  Eind 18e eeuw: Lodewijk XVI koning Frankrijk
• Probleem: enorm veel schulden
• 1788 nieuwe belasting invoeren --> goedkeuring staten-generaal nodig
• Staten-generaal = vergadering van de drie standen
• 1789: komen bij elkaar --> ruzie over manier stemmen...

Een nieuwe volksvertegenwoordiging

• Derde stand richt nieuwe volksvertegenwoordiging op:
  
• De Nationale Vergadering  --> vertegenwoordigers 1e + 2e stand sluiten zich aan
  
• Hoe gaan we Frankrijk besturen?

• Ontstaan opstand: Koning mag macht 3e stand niet weer afpakken

Een nieuwe volksvertegenwoordiging

14 juli 1789: Bestorming Bastille  --> opzoek naar wapens 

Is begin Franse Revolutie (1789 -1799)

Oorzaken:

• ongelijkheid en onrechtvaardigheid van het ancien régime;

• ontstaan verlichte ideeën over de samenleving + bestuur;

• het geldtekort van de Franse staat.

Een nieuwe samenleving

•  Nationale Vergadering (N.V.) schaft privileges 1e + 2e stand af
• Verklaring van de rechten van de mens en de burger: Grondrechten burgers vastgelegd --> bijv. vrijheid geloof 
• 'Vrijheid, gelijkheid, broederschap' 

• 1791: nieuwe grondwet --> scheiding van de 3 machten + Lodewijk XVI wetten uitvoeren bedacht door N.V.  + Leden N.V. gekozen door rijke burgers

Wie was er koning tijdens de Franse Revolutie?

1. Lodewijk XIV
2. Lodewijk XV
3. Lodewijk XVI

Wanneer begon de Franse Revolutie

1. 1700
2. 1780
3. 1789
4. 1795

Wanneer werd de nieuwe grondwet bedacht?

1. 1791
2. 1790
3. 1792
4. 1793

Welke stand begon de Nationale vergadering?

1. 1e
2. 2e
3. 3e

Waarom riep Lodewijk XVI de Staten-Generaal bijeen?

1. Geld problemen
2. Oorlog met oostenrijk

Lodewijk XVI vond de verlichte ideeën

1. goed
2. niet goed

Rousseau wilde

1. Scheiding van de machten
2. democratie

De ideeen van ... werden toegepast in de nieuwe grondwet

1. Rousseau
2. Montesquieu

Volksvertegenwoordiging is een officiële bijeenkomst van vertegenwoordigers van het volk

1. juist
2. onjuist

Franse revolutie begon met

1. bestorming Bastille
2. oprichting Nationale Vergadering