5.5 Omgaan met dieren

5.5 Omgaan met dieren
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

5.5 Omgaan met dieren

Slide 1 - Diapositive

Hierna staan twee beweringen over de verschillen tussen gedrag van mensen en het gedrag van dieren.
1. Bij dieren wordt het gedrag sterker bepaald door leerprocessen dan bij mensen.
2. Mensen kunnen, in tegenstelling tot dieren, hun gedrag beoordelen aan de hand van normen en waarden.
Welke van deze beweringen is (zijn) juist?

A
Alleen bewering 1
B
Alleen bewering 2
C
De beweringen 1 en 2
D
Geen van beide

Slide 2 - Quiz

Een koekoek legt haar eieren in een nest van een andere soort. Dit is dezelfde soort als waarin ze zelf zijn grootgebracht.
A
Gewenning
B
Inprenting
C
Conditionering
D
Imitatie

Slide 3 - Quiz

Leerdoelen 5.5
- Je kunt voorbeelden geven van doeleinden om dieren te houden. 
- Je kunt aangeven van welke factoren het afhangt hoe mensen met dieren omgaan. 
- Je kunt uitleggen waarom je bij de verzorging van (landbouw)huisdieren rekening moet houden met hun natuurlijk gedrag. 

Slide 4 - Diapositive

Waarom houden mensen dieren?

Slide 5 - Question ouverte

Waarom houden mensen dieren?
Gezelschapsdieren
Voor hobby of wedstrijden
Productiedieren
Proefdieren
Werkdieren
Dieren in dierentuinen - om van te leren
Circusdieren

Slide 6 - Diapositive

Gezelschapsdieren
Voor de gezelligheid
Om te knuffelen

katten, honden,
vogels, knaagdieren,
konijnen

Slide 7 - Diapositive

Hobbydieren
Dieren worden gebruikt voor wedstrijden of als hobby.
Bijvoorbeeld wedstrijden met postduiven of kattenshows.

Slide 8 - Diapositive

Productiedieren
Voor productie van:
melk, vlees, eieren

In Nederland wonen 17 miljoen mensen maar ook 450 miljoen productiedieren

Slide 9 - Diapositive

Proefdieren
Om medicijnen maar ook bijvoorbeeld voeding te testen worden proefdieren gebruikt.

In Nederland mag niet getest worden op dieren voor cosmetica.

Slide 10 - Diapositive

Werkdieren




Met deze dieren wordt werk verricht. 
Pakezels, speurhonden, waakhonden, showdieren (voor toeristen), trekpaarden

Slide 11 - Diapositive

Dierentuin / circus
Deze dieren zijn voor het vermaak. 
Ze leven in gevangenschap en doen in sommige gevallen onnatuurlijke kunsten

Slide 12 - Diapositive

Waarom gaan we verschillend om met dieren?

Slide 13 - Question ouverte

Waarom gaan we verschillend met dieren om?
1. Normen en waarden
In het ene land eten mensen honden, terwijl in het andere land mensen honden als huisdier houden.
2. Het soort dier en de aaibaarheidsfactor
Hoe hoger de aaibaarheidsfactor hoe belangrijker mensen het vinden dat je goed omgaat met een dier. Dus mensen hebben vaak meer moeite met apen als proefdieren dan kikkers.
3. Waarvoor wordt het dier gehouden?
Kippen op een boerderij worden anders behandeld dan kippen bij iemand in de achtertuin of de kinderboerderij.
Tegenwoordig wordt wel geprobeerd om dieren zo natuurlijk mogelijk te houden.

Slide 14 - Diapositive

5.5
Maken opdr 1 t/m 11 + Nakijken 

Voorbereiden Toets H5 (volgende week maandag)
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

3.5 les 3

Slim stampen methode

Maken test jezelf/ oefentoets H5
Hoe ga je de stof voor de toets leren?

Pak de leerdoelen erbij
Kun je ze uitleggen? 
Keuze mogelijkheden:

  • Samenvatting boek gebruiken/ zelf een samenvatting maken
  • Kijk goed naar de bronnen!!
  • Leren, hoe? begrippen opschrijven?
  • Aantekeningen leren
  • Oefenen met test jezelf/ oefentoets/ (examentraining). In je boek/online.
  • werkboekvragen doornemen, welke vond je moeilijk? Snap je ze nu?
  • LessonUp lessen doornemen
  • ??
timer
1:00

Slide 16 - Diapositive