Cursus 6 - Formuleren - paragraaf 3 - verwijzen naar bezit

Nederlands week 4
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 216
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Nederlands week 4
  • Op tafel
  -  leesboek 
  -  boek Nederlands blz. 216
  -  pen en schrift   

  •  Computer
   - mag nog even in je tas blijven   

  • Aan je eigen tafel zitten  


Slide 1 - Diapositive

Lezen in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Diapositive

Programma deze les
  • Huiswerk vorige les nakijken
  • Doel van deze les
  • Voorkennis
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk volgende week les

Slide 3 - Diapositive

Huiswerk nakijken
Huiswerk: cursus 6 formuleren - paragraaf 2 (blz. 216/217)

Slide 4 - Diapositive

Doel
Ik leer verwijzen naar bezit.

Slide 5 - Diapositive

Voorkennis
In de vorige les hebben het gehad over verwijzen naar personen en dingen.

Hier zijn jullie aan de slag geweest met woorden die mannelijk, vrouwelijk of onzijdig waren.

Denk even aan de tip van de Van Dale!

Slide 6 - Diapositive

Instructie 
Vandaag gaan we het hebben over bezittelijk voornaamwoorden. Dat zijn woorden die aangeven van wie iets is. Een voorbeeld:

Vandaag is Jaap afwezig. Zijn oma is 85 jaar geworden. 

'zijn' geeft aan dat het om de oma van Jaap gaat.

Slide 7 - Diapositive

Instructie 
Welk bezittelijk voornaamwoord je moet gebruiken, hangt af van de persoon die in de zin staat.

Slide 8 - Diapositive

Filmpje

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

Aan de slag
Ga aan de slag met opdracht 1 tot en 6 op bladzijde 218-219.

Ben je klaar? Kies uit:
- maak de trainer 'verwijzen naar bezit'

Slide 11 - Diapositive

Huiswerk

Woensdag 24 januari:

- maak opdracht 1 tot en 6 op bladzijde 218 en 219

Slide 12 - Diapositive