De mythe

De mythe
DE MYTHE
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsSecundair onderwijs

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

De mythe
DE MYTHE

Slide 1 - Diapositive

Wat betekent volgens jou het woord 'mythe'?

Slide 2 - Question ouverte

Aan welke figuren, culturen of verhalen denk je?

Slide 3 - Carte mentale

De Griekse mythologie

Slide 4 - Diapositive

Narcissus

Slide 5 - Diapositive

Wat weet je nog over de bouwstenen van verhalen?
1. Ik weet er eigenlijk niets meer van.

2. Ik ga mijzelf wat uitdagen. Ik denk dat ik er nog iets van weet.
timer
3:00

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Correctie vragen Narcissus

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

De Noordse mythologie

Slide 10 - Diapositive

Luister naar een verhaal uit de Noorse mythologie
timer
1:00
Rij 1: vraag a
Rij 2: vraag b en c
Rij 3: vraag d en e

Slide 11 - Diapositive

Wat is een mythe?

Slide 12 - Diapositive

Vul de mindmap aan

Slide 13 - Diapositive

Welke uitspraak klopt niet?
Een mythe...
A
...is een verzonnen verhaal.
B
...loopt steeds slecht af.
C
...legt iets uit.
D
...is een verhaal waarin goden meespelen.

Slide 14 - Quiz

Wat betekent dit spreekwoord (gebaseerd op een Griekse mythe)?
de achilleshiel
A
ik heb het gevonden
B
het juiste middel om een probleem op te lossen
C
een zwakke of kwetsbare plek
D
iets binnenhalen waardoor problemen ontstaan

Slide 15 - Quiz

In welke tijd situeren mythes zich?
A
Heden
B
Verleden
C
Toekomst

Slide 16 - Quiz

Hoe werden mythes doorgegeven?
A
Mondeling
B
Schriftelijk

Slide 17 - Quiz

Welk doel hadden mythes?
A
Verhalen voor het slapengaan
B
Natuurfenomenen verklaren
C
Entertainment

Slide 18 - Quiz

Wat betekent dit spreekwoord (gebaseerd op een Griekse mythe)?
het paard van Troje binnenhalen
A
ik heb het gevonden
B
het juiste middel om een probleem op te lossen
C
een zwakke of kwetsbare plek
D
iets binnenhalen dat voor problemen zal zorgen

Slide 19 - Quiz

Wat hoort NIET bij een mythe?
A
goden
B
verhaal
C
geloof
D
wetenschap

Slide 20 - Quiz

Hoe kunnen mythen ontstaan?
A
Door wetenschappelijk onderzoek en feiten.
B
Door mondelinge tradities, literatuur, kunst en populaire cultuur.

Slide 21 - Quiz

Opdracht
lwb p. 345 opdracht 3 (a, b, c), opdracht 4 (a, c, d, e, f) 
lwb p. 347 opdracht 5 (a, b, c, d, e)

Slide 22 - Diapositive