H.6 Lezen: Afbeeldingen bij teksten

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Wat hebben tekstverbanden en signaalwoorden met elkaar te maken?

Welke tekstverbanden weet je nog?

Les bestaat uit 2 delen

Deel 1

Terugblik met oefeningen
Deel 2 

Verder met H5 - Het doel van een tekst

Zelfstandig aan de slag

Leerdoel lesdeel 1

Je weet weer wat  tekstdoelen, tekstverbanden en signaalwoorden zijn

De terugblik

Wat weet je nog van...

• Tekstdoelen
• Tekstverbanden
• Signaalwoorden  

Welke vier tekstdoelen zijn er ook alweer?

Sleep het tekstsoort

naar het juiste tekstdoel 

amuseren

informeren

overtuigen

activeren

advertentie

mop

betoog

nieuwsbericht

Tekstdoel

 Aan de slag met opdrachten bij Lezen H.6 

   

1. Informeren
2. Amuseren
3. Activeren
4. Overtuigen

Tekstdoel

1. Informeren
2. Amuseren
3. Activeren
4. Overtuigen

Tekstdoel

1. Informeren
2. Amuseren
3. Activeren
4. Overtuigen

Wat voor een soort activerende tekst zien we hier?

1. Affiche
2. Reclamefolder
3. Advertentie
4. Uitnodiging

Wat voor een soort activerende tekst zien we hier?

1. Affiche
2. Reclamefolder
3. Advertentie
4. Uitnodiging

Wat voor een soort activerende tekst zien we hier?

1. Affiche
2. Reclamefolder
3. Advertentie
4. Uitnodiging

In een overtuigende tekst wil je iemand ........

Met een overtuigende tekst wil je......?

1. Jouw mening duidelijk maken
2. Iemand overhalen om iets te doen
3. Iemand uitnodigen
4. Iemand informeren

Zoek zelf een afbeelding van een activerende tekst en plaats die hier

Zoek zelf een afbeelding van een overtuigende tekst en plaats die hier

'Hoewel' is een signaalwoord bij een.....

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

'Bijvoorbeeld' is een signaalwoord bij een.....

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

'Ondertussen' is een signaalwoord bij een.....

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

stuur zelf een afbeelding van een opsommend verband!!

Leerdoel lesdeel 2

Verder met H5 over tekstdoelen

H5 Lezen Het doel van een tekst  - bladzijde 140

 Lezen H.6

Een tekst bevat vaak foto's, tekeningen, schema's, (land)kaartjes en/of tabellen. Dit noem je ook wel illustraties. Met een illustratie kan de schrijver verschillende doelen hebben:

1. de tekst verfraaien
2. de aandacht trekken
3. informatie uit de tekst verduidelijken
4. informatie uit de tekst aanvullen

De tekst verfraaien: de schrijver kiest een illustratie die bij de tekst past om de tekst een beetje op te leuken.

De aandacht trekken: de schrijver kiest voor een opvallende afbeelding bij de tekst, zodat de tekst opvalt en je deze gaat lezen.

Informatie uit de tekst verduidelijken: de schrijver zet bijvoorbeeld informatie uit de tekst overzichtelijk in een schema of tabel. 

Informatie uit de tekst aanvullen: de schrijver laat bijvoorbeeld op een landkaartje zien waar de plek ligt die in de tekst genoemd wordt.

 Lezen H.6

Lezen H.6

Filmpje H6

Even testen

• Bekijk de afbeeldingen op de volgende sheets en lees de teksten die erbij staan.
• Kies steeds bij de tweede sheet welk doel hierbij hoort.
• Je kunt steeds kiezen uit de 4 genoemde doelen (verfraaien, aandacht trekken, verduidelijken, aanvullen)

Wat is het doel van de afbeelding?

1. Verfraaien
2. Aandacht trekken
3. Verduidelijken
4. Aanvullen

Wat is het doel van de afbeelding?

1. Verfraaien
2. Aandacht trekken
3. Verduidelijken
4. Aanvullen

Wat is het doel van de afbeelding?

1. Verfraaien
2. Aandacht trekken
3. Verduidelijken
4. Aanvullen

Wat is het doel van de afbeelding?

1. Verfraaien
2. Aandacht trekken
3. Verduidelijken
4. Aanvullen

Een tekst over de werking van het oor bevat de volgende illustratie. Wat is het doel van de schrijver met deze illustratie?

1. de tekst verfraaien
2. de aandacht trekken
3. informatie uit de tekst verduidelijken
4. informatie uit de tekst aanvullen

Een tekst over pizza's bevat de volgende illustratie. Wat is het doel van de schrijver met deze illustratie?

1. de tekst verfraaien
2. de aandacht trekken
3. informatie uit de tekst verduidelijken
4. informatie uit de tekst aanvullen

 S

 Aan de slag met opdrachten bij Lezen H.6 

   

Maak de startopdracht +

opdracht 1 en 2 (bladzijde 172 - 173)