Schizofreniespectrum stoornis en andere psychotische aandoening

Schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen



Je kunt uitleggen wat schizofrenie is.
Je kunt positieve en negatieve symptomen benoemen van schizofrenie
Je kunt het verloop van schizofrenie uitleggen
Je kunt uitleggen wat de behandeling is van schizofrenie

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is volgens jullie schizofrenie?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Schizofrenie

Schizofrenie is een hersenaandoening waarbij je last hebt van psychoses. Dit kan zich uiten in wanen en/of hallucinaties.

Zoek eens op wat het verschil is tussen een waan en een hallucinatie. Schrijf op het bord een voorbeeld op de juiste plek.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende soorten
  1. Paranoïde type
  2. Katatone type
  3. Gedesorganiseerd type
Of, minder specifiek:
  1. Ongedifferentieerd type
  2. Residueel
  3. Schizo- affectieve stoornis

Slide 6 - Diapositive

Paranoïde: waanideeën/hallicunaties, dingen zien die er niet zijn
Katatone: vlak, rare houdingen, gekke bewegingen
Gedesorganiseerd: geen waanideeën/hallicunaties maar wel onsamenhangend gedrag 

residueel - verleden 
Ongedifferentieerd - meer dan 1
Schizo-affectief - ook manisch depressief

Mensen met schizofrenie zijn een gevaar voor de samenleving.
Eens
Oneens

Slide 7 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent het voor de cliënt?
Schizofrenie is een chronische, progressieve ziekte van de hersenen.

Schizofrenie komt meestal in de jong-volwassenheid voor het eerst naar voren. 
Doormaken van psychotische periodes, afgewisseld met meer rustige periodes. 

Niet iedereen die een psychose doormaakt heeft schizofrenie. 
Niet iedereen heeft dezelfde symptomen of ervaart dezelfde problemen.      

Treedt meestal op tussen de 16-30 jaar 
1/100 mensen 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schizofrenie
Bipolaire stoornis
Dissociatieve stoornis
Delirium
Somatische stoornis (MS of een hersentumor)
Borderline persoonlijkheidsstoornis
Folie à Deux

Autisme


Angststoornis
Depressie
PTSS
Gehoorverlies
Epilepsie
Ziekte van Alzheimer
Ziekte van Parkinson
Dementie met Lewy Bodies
Narcolepsie

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
bij schizofrenie wordt er vaak gesproken over positieve symptomen en negatieve symptomen. Zoek voor jezelf op wat dit betekent. Zet op het bord een voorbeeld wat ermee bedoeld wordt.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Symptomen van schizofrenie 
Positieve symptomen
Negatieve symptomen
Wanen
Hallucinatie
Verwardheid
Katatonie
Gedachte- en spraakarmoede
Initiatiefverlies
Affectvervlakking
Anhedonie
Verstoord dag-nachtritme
Verminderde concentratie

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

DSM 5 Schizofrenie

Slide 13 - Diapositive

Beginnen G3V2BD

Schizofrenie gaat vaak gepaard met cognitieve stoornissen"

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • cognitief domein
  • aandacht
  • werkgeheugen
  • leren en geheugen
  • executieve functies
  • sociale cognitie

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling
Zoek de vormen van behandeling op die je toegedeeld krijgt. Bespreek per onderdeel deze vraag en schrijf jullie antwoorden op:
Wat zou deze vorm van behandeling voor Sharon kunnen betekenen?
  1. Medicatie (zoek de werking en bijwerking op van dit medicijn) --> Antipsychotica:
  2. Psychosociale therapie:
  3. Cognitieve gedragstherapie:
  4. Psychotherapie:
  5. Rehabilitatie:
  6. Revalidatieprogramma`s: - Leefstijltrainingen, Job training, Aanleren van vaardigheden voor oplossen van problemen, Sociale vaardigheidstrainingen
 
timer
10:00

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling
Medicatie (zoek de werking en bijwerking op van dit medicijn):
- Antipsychotica 

Psychosociale therapie:
- gericht op sociaal functioneren in instelling, thuis of werk

Cognitieve gedragstherapie:
- Richt zich op gedragsreacties
- Verminderen hallucinaties en negatieve symptomen

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling
Psychotherapie:
- Bestaan voornamelijk uit gesprekken met een deskundig hulpverlener
- Kan pas plaatsvinden als medicatie effect heeft
- Richt zich op huidige of vroegere problemen, ervaringen, gedachten en gevoelens
 
Rehabilitatie:
- Helpt bij het bestrijden van negatieve symptomen
- Bij deze therapie gaat het niet! om het terugdringen van de ziekte

Revalidatieprogramma`s:
- Leefstijltrainingen
- Job training
- Aanleren van vaardigheden voor oplossen van problemen
- Sociale vaardigheidstrainingen

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Begeleiding

  •  Houding
  • Communicatie
  • Dagbesteding
  • Medicatie
  • Risicogedrag
  • Sociaal netwerk

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Vertel in eigen woorden:
Wat is schizofrenie?
Wat zijn positieve en negatieve symptomen?
Wat is het verloop van schizofrenie?
Wat is de behandeling van schizofrenie?


Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions