Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Thema 18 - Toekomst
Slide 1 - Diapositive
Start van de les
Op jouw tafel ligt:
- wisbordje, stift en doekje
- je map
- je iPad
- je agenda
- je pen, potlood en gum
Slide 2 - Diapositive
Disk Thema 18 - Toekomst
Slide 3 - Diapositive
Lesdoel
Na deze les kun je 10 nieuwe woorden uitleggen van het disk Thema 18 Toekomst
Slide 4 - Diapositive
Praat samen met je buur.
Wat zie je hier?
Wat heeft dit met toekomst te maken?
timer
2:00
Slide 5 - Diapositive
Praat samen met je buur.
Elk plaatje hoort bij een sector. Een sector is een groep waar beroepen bij horen. Bijvoorbeeld: Logistiek is een sector waar beroepen bij horen die met vervoer van spullen te maken hebben.
Wat sectoren zie je nog meer? Schrijf op je wisbordje.
timer
5:00
Slide 6 - Diapositive
Doen
Schrijf zoveel mogelijk woorden van thema 18 op.
timer
2:30
Slide 7 - Diapositive
Doen
Vervoeg de woorden afspreken en feliciteren:
ik...
jij...
... jij?
wij ... (gisteren)
timer
2:30
Slide 8 - Diapositive
Nakijken
Vervoeg de woorden afspreken en feliciteren:
ik spreek af ik feliciteer
jij spreekt af jij feliciteert
spreek jij af? feliciteer jij?
wij spraken af (gisteren) wij feliciteerden
Slide 9 - Diapositive
Pak je map.
Jij gaat 10 nieuwe woorden opschrijven in je map.
Kijk goed hoe je het moet schrijven, zodat je het zonder fouten in je map schrijft.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Wie horen er bij jouw gezin?
Slide 21 - Question ouverte
Wel woord is dit?
Slide 22 - Question ouverte
Noem iets wat je aan de kust ziet.
Slide 23 - Carte mentale
Welk woord is dit?
Slide 24 - Question ouverte
Als je iets meteen moet doen, kan het later ook nog wel.
A
waar
B
niet waar
Slide 25 - Quiz
Welk woord is dit?
Slide 26 - Question ouverte
Maak een zin met "misschien"
Slide 27 - Question ouverte
Welk woord is dit?
Slide 28 - Question ouverte
Het gevoel en het karakter is hetzelfde.
A
waar
B
niet waar
Slide 29 - Quiz
HUISWERK
- Schrijf de betekenis bij de 10 nieuwe woorden en maak met elk woord een zin.