Littérature Le Moyen Age

L’Histoire de la littérature française

We onderscheiden 3 hoofdgenres binnen de literatuur:
Epiek (verhalend genre, met inbegrip van het epos (heldendicht)), 
Lyriek (dichtkunst, persoonlijke gevoelens)
Dramatiek (toneel)
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare schoolLeerjaar 5

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

L’Histoire de la littérature française

We onderscheiden 3 hoofdgenres binnen de literatuur:
Epiek (verhalend genre, met inbegrip van het epos (heldendicht)), 
Lyriek (dichtkunst, persoonlijke gevoelens)
Dramatiek (toneel)

Slide 1 - Diapositive

Tijdlijn

We starten met de val van het romeinse rijk in 476 na Christus.
De Franse literatuurgeschiedenis begint in 
De Middeleeuwen die duren tot 1492, het jaar waarin Christopher Columbus Amerika ontdekt: 
 
Le Moyen Âge 500 - 1500 (Epiek en Epos)

Slide 2 - Diapositive

Memento mori
In de vroege middeleeuwen weet Koning en later Keizer Karel de Grote onder zijn bewind een gigantisch rijk te veroveren. Het Frankische rijk van toen was vele malen groter dan het Frankrijk van nu. Na zijn dood in 814 brokkelde dat grote rijk weer af. 

De late middeleeuwen werden getekend door de kruistochten en de 100-jarige oorlog tussen Frankrijk en Engeland. De naam Jeanne d’Arc zijn jullie vast wel eens tegengekomen. Misschien wel in de boeken van Thea Beckman? 

Ondertussen, aan het hof van de koning  heerste het hoofse ideaal van elegantie en verfijning, welgemanierdheid en welbespraaktheid. Het Nederlandse woord hoffelijkheid herinnert daar nog aan. 

Slide 3 - Diapositive

Wat zou er in de krant gestaan hebben?
Als ze in de middeleeuwen In Frankrijk een krant hadden gehad met een literaire bijlage, wat zou daar dan in gestaan hebben?
  •  Een boeken top 10 met de Roman de la Rose bovenaan
  • Het laatste deel van het Roelantslied waarin de neef van koning Karel de Grote, Roland, sterft in de strijd tegen de Saracenen in Spanje.
  • Een stuk uit Van den Vos Reynaerde in stripvorm
  •  Een hoofs gedicht over de liefde van een ridder voor een adellijke dame
De middeleeuwse literatuur in Frankrijk was toonaangevend binnen heel Europa. 

Slide 4 - Diapositive

literatuuroverzicht 
  • La Chanson de Geste  (La Chanson de Roland, 11e eeuw schrijver onbekend)
  •  La Satire (Le roman de Renart 1170 -1250)
  •  Le roman courtois (ridderromans van Chrétien de Troyes over Koning Arthur en de ridders van de ronde tafel waarin het thema van de hoofse liefde ineens opduikt)
  •  La lyrique courtoise (middeleeuwse hoofse dichtkunst die ontstaat in het gebied van de Langue d’oc)
  •  Le Roman de la Rose (laat middeleeuws allegorisch liefdesgedicht 1230-1270)
  • Les Lais de Marie de France (12 korte verhalende gedichten over de avonturen van de legendarische koning Arthur en de ridders van de ronde tafel waarin het ideaal van de hoofse liefde wordt verheerlijkt). Deze Lais werden verteld en begeleidt met muziek.
Het thema van de hoofse liefde is zeer kenmerkend voor de laatmiddeleeuwse literatuur. 

Slide 5 - Diapositive

La Chanson de Geste (Epos)
 In de vroege ME werden verhalen mondeling overgedragen
Veel verhalen gingen over de heldendaden van Charlemagne (Karel de Grote, ca. 747 - † 814),  koning der Franken en va 800 Keizer van het Heilige Roomse Rijk. Later zijn enkele van die verhalen opgeschreven.
  • Die verhalen werden verteld In de vorm van een Chanson de Geste, een epos of heldendicht.
  •  Le Chanson de Roland (Het Roelantslied) is het meest bekende Chanson de Geste. Roland, de neef van Karel de Grote trekt ten strijde tegen de Saracenen en laat daarbij het leven in een ellenlange sterfscene.

Slide 6 - Diapositive

La littérature Courtoise (Epiek en Lyriek)
Hoofse literatuur (la littérature courtoise)
Vanaf de twaalfde eeuw duikt ontstaat aan het koninklijk hof een systeem van zeer gecultiveerde omgangsvormen (hoofse cultuur). De literatuur speelt een belangrijke rol bij het propageren en verspreiden hiervan. Hovelingen leefden volgens de strenge etiquette (regels over de - verfijnde en elegante - manier waarop je diende te spreken en je gedragen) van het hof van de koning.  De helden uit de Hoofse literatuur laat zien hoe het hoort terwijl de schurken zich juist onhoofs gedragen.

Binnen de hoofse literatuur is de liefde (hoofse liefde ofwel l’amour courtois) het belangrijkste thema. Een ridder laat zich voor zijn heldendaden inspireren door zijn onbereikbare liefde voor een hogergeplaatste adellijke dame. Hij wil haar liefde verdienen met zijn daden en deugden. 

Slide 7 - Diapositive

La poésie courtoise (Lyriek)
Hoofse liefde kwam uitsluitend voor in de hogere standen en behelsde de bewondering van een edelman of ridder voor een onbereikbare, meestal gehuwde, vrouw. In de meeste gevallen ging het om een platonische relatie. In de bijbehorende dichtkunst kwamen de lichamelijke aspecten wel ter sprake, maar dan alleen om de onmogelijkheid ervan te benadrukken. De passie die in de hoofse liefde (l’amour courtois) werd uitgedrukt, werd geacht een louterend effect te hebben op de beoefenaar.

Slide 8 - Diapositive

Le roman courtois (Epiek)
Een bekend voorbeeld van hoofse literatuur zijn de  Arthurromans (verhalen over Koning Arthur en de ridders van de Ronde Tafel). Daarin wordt een schoolvoorbeeld gegeven van de hoofse ridderwereld. Ridders zijn hier niet alleen dappere vechtersbazen, maar ook voorbeeldige minnaars.
  • Deze verhalen werden eind 12e eeuw opgeschreven door Chrétien de Troyes : Lancelot, ou le chevalier de la charrette & Yvain ou le Chevalier au lion  & Perceval ou le Conte du Graal.
Ridderverhalen zijn verhalen over moed, trouw en liefde. Een hoofse ridder - zowel in de literatuur als in de werkelijkheid - moest deugden bezitten als dapperheid, gematigdheid, rechtvaardigheid, vrijgevigheid en trouw. In de ridderromans draagt een ridder zijn heldendaden altijd op aan een adelijke dame om haar liefde te verdienen. 

Slide 9 - Diapositive

Le roman de la rose
De absolute bestseller was Le Roman de la Rose. Geen ridderroman maar wel een liefdesgeschiedenis. Het eerste deel, geschreven door Guillaume de Lorris, omvatte 4058 verzen in gepaard rijm en is te omschrijven als een droomvisioen, een allegorisch droomverhaal in de traditie van de hoofse liefde, waarin een hoveling in een ommuurde tuin probeert zijn geliefde het hof te maken. De roos symboliseert de beminde en is een geïdealiseerde voorstelling van de vrouw. Het verhaal kan opgevat worden als een cursus in de hoofse liefde.
Jean de Meun besloot enkele decennia later het werk uit te breiden. Hij voegde er bijna 18000 verzen aan toe. Guillaume de Lorris was waarschijnlijk een edelman die schreef voor een adellijk publiek dat op de hoogte was van de hoofse zeden. Jean de Meun daarentegen schreef eerder voor een burgerlijk publiek en zijn deel neemt dan ook afstand van de hoofse liefde; in zijn vertelling wordt de vrouw veeleer een lustobject dan een ideaal.

Slide 10 - Diapositive

Welke taal werd er gesproken en geschreven in het Frankrijk van de middeleeuwen?
De hoofse dichtkunst (met bijbehorende muziek) bloeide vooral in de Franse Provence (in het zuiden). In Noord-Frankrijk (boven de rivier de Loire) ontwikkelde zich de hoofse roman (Chrétien de Troyes). 

In het noorden sprak en schreef men in de Langue d'oïl en in het zuiden sprak en schreef men in de Langue d’oc, ook wel het Occitaans genoemd.  
oïl en oc verwijzen naar de manier waarop men ‘ja’ zei in die talen.

Het Latijn bleef de officiële taal van de kerk en de regering tot ver in de Middeleeuwen, en bleef tot in de 18e eeuw een wetenschappelijke taal.


Slide 11 - Diapositive

Le roman satirique
In Le Roman de Renart (schrijvers onbekend) worden de hovelingen (de Koning en zijn gevolg) met hun hoofse manieren belachelijk gemaakt om het volk te vermaken. 
Nederlandse vertaling: Van den Vos Reynaerde.
Dit dierenepos (episch genre) gaat over de strijd van goed tegen kwaad. Hoofdrolspelers zijn dierenfiguren met als belangrijkste de vos die het eigenbelang, de ijdelheid, de hebzucht en de jaloezie van de andere dieren aan de kaak stelt. De vos zelf is de grootste schurk.



Slide 12 - Diapositive