Chapter 2 - Questions & Negations present simple

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 1

Welcome

Turn to page 100

Vrijdag 14 januari, 2022

- Vragen en ontkenningen in de present simple

By the end of this lesson I will...

...be able to form questions in the present simple.

... be able to form negations in the present simple. 

Wat weet je nog van de present simple?

Present Simple

= de tegenwoordige tijd.

Stam + (s)

I walk

you walk

she/he/it walks

we walk

they walk

you walk

Spellingsuitzonderingen

- werkwoorden die eindigen op een s-klank= -es

VB. pushes, boxes, watches

- werkwoorden die eindigen op een -y = -s of -ies

VB. fly=flies,  stay=stays

- go & do

VB. Goes, Does

Maar wat nou als we een vraag willen stellen? 

Om een vraag te maken heb je hulp nodig van het werkwoord to do. 

Deze zet je aan het begin van de zin.

VB. 

You live near school.              Do you live near school?

Bij she/he/it gebruik je does.

He cycles to school.               Does he cycle to school?

Maak van deze zin een vraag:
We cycle to school every day.

Maak van deze zin een vraag:
Mrs. Pierce teaches biology

Let goed op!

By he/she/it komt de -s achter het woord do niet achter het werkwoord!

Does she teach English?

Does it work?

Uitzondering

Soms kan je een hulpwerkwoord aan het begin van de zin zetten. Dit doe je bij de werkwoorden to be, can, may, en will

VB.

You are late for class.         Are you late for class?

She can speak French.      Can she speak French?                   

apps.noordhoff.nl

E Grammar & Writing

Where? page 100 | Online E: Questions and Negations

What? Do exercise 29B3, 30, & 31
How? In pairs
Help? Ask the teacher

Finished? 

- Practice reading or listening at learnenglish.britishcouncil.org (A1 niveau)

- Readtheory.org

- Slim Stampen

Ontkenningen maken

Als je wilt zeggen dat iets niet zo is gebruik je do not (don't) of does not (doesn't). Dit zet je voor het werkwoord.

VB.

We have enough free time.                       We don't have enough free time

She likes Mondays.                                       She doesn't like* Mondays. 

*= Let op dat de -s al in de doesn't zit. 

Uitzonderingen

Bij het werkwoord to be en de hulpwerkwoorden can, may en will heb je geen don't of doesn't nodig. Je kan not dan gewoon achter het werkwoord plakken.

VB

He is my best friend.                He is not (isn't) my best friend.

Vicky can help you.                   Vicky can help you. 

Maak van deze zin een ontkenning:
She cycles to school.

Maak van deze zin een ontkenning:
I can speak Spanish

E Grammar & Writing

Where? page 101 | Online: E Questions and Negations

What? Do exercise 32, 33A &  (33B)
How? In pairs
Help? Ask the teacher

Finished? 

- Practice reading or listening at learnenglish.britishcouncil.org (A1 niveau)

- Readtheory.org

- Slim Stampen

End of the lesson

- Any questions? 

HW Thursday 20th of January

Do E Grammar & writing exercise 29B3, 30, 31, 32, 33A & (33B)

See you next week! :)