2.2 Waarom zou je sparen deel 1

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

	Vak: Economie Hoofdstuk: 2.2 Waarom zou je sparen Deel 1
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek en schrift van economie. Laat alles nog even dicht op tafel liggen. 

Huiswerk controle

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les:

- weet je welke redenen je kunt hebben om te sparen

- weet je wat rente is 

Leergebiedoverstijgende doelen: 

Opkomen voor jezelf

- Vraag hulp over hoe je iets het beste aan kan pakken

- Vraag hulp aan de juiste persoon (iemand die jou ook echt kan helpen)

3. Mini-check + arrangementen

Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Niemand

Iedereen doet mee met de mini-check op Lesson Up. 

Jim heeft 1.000 euro van zijn opa gekregen. Hij spaart dit geld bij de bank in een spaarrekening. Daar verdien hij dan ...?... op.

1. Inflatie
2. Rente
3. Centen
4. Inkomen

Je kan geld sparen als je inkomsten lager zijn dan je uitgaven

1. Juist
2. Onjuist

Malou is bang dat haar telefoon kapot gaat. Daarom spaart zij nu al voor een nieuwe. Haar spaarmotief is...

1. Sparen met een doel
2. Sparen uit voorzorg
3. Sparen voor rente
4. Sparen voor behoefte

Sarah spaart om een scooter over twee jaar te kunnen kopen. Haar spaarmotief is

1. Sparen met een doel
2. Sparen uit voorzorg
3. Sparen voor rente
4. Sparen voor behoefte

Wie maakt wat?

Had je alle vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 

De rest doet mee met de instructie. 

Je maakt: 

Je leest het blauwe stukje op bladzijde 42/43. Hierna maak je opdracht 13 t/m 18 op blz. 42/43

4. Instructie

Spaarmotieven

Doel

sparen voor een doel

Voorzorg

sparen uit voorzorg

Rente

sparen voor de rente

Rente

• Een vergoeding die je krijgt van de bank voor jouw spaargeld.
• De bank leent jouw geld weer uit aan iemand anders! Hoe werkt dat?
• Rente op leningen zijn altijd hoger dan op spaarrekeningen

5. Begeleid inoefenen

Geen of maar 1 vraag goed bij de mini-check -->

Dan maken we samen opdracht 16.

De rest gaat zelfstandig aan het werk. 

 

Je maakt: 

Je leest het blauwe stukje op bladzijde 42/43. Hierna maak je opdracht 13 t/m 18 op blz. 43/43

6. Zelfstandig werken

Je gaat zelfstandig het blauwe stukje op bladzijde 42/43 lezen. Hierna maak je opdracht 13 t/m 18.

Ben je klaar?

Dan kijk je het werk na en verbeter je waar nodig. 

Hierna maak je de plusopdrachten op blz 62. Opdracht 4 t/m 6.

 

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 

Lesdoelen: 

- weet je welke redenen je kunt hebben om te sparen

- weet je wat rente is 

Huiswerk en toetsen

Huiswerk: 

Woensdag 9 november

2.2 opdracht 13 t/m 18

Toetsen: