Les 3 BK1D --> Thema 6 basisstof 4: De ogen (2)

Inhoud
1. Herhaling: leren onderdelen van je oog
2. Klokhuis oogonderzoek + digitale vragen
3. Pupilreflex + digitale vragen
4. Huiswerkopdrachten
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare school

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Inhoud
1. Herhaling: leren onderdelen van je oog
2. Klokhuis oogonderzoek + digitale vragen
3. Pupilreflex + digitale vragen
4. Huiswerkopdrachten

Slide 1 - Diapositive

Harde oogvlies
4
Netvlies
5
Gele vlek
6
Oogzenuw
7
Blinde vlek
8
Glasachtig lichaam
9
Vaatvlies
10
Leesbandje, deze zit vast aan de .......
11
Lens
12
Hoornvlies
1
Iris
2
Pupil
13
Oogspier zie je niet in de afbeelding. Er zijn er 6.
3
Oogspier zie je niet in de afbeelding. Er zijn er 6.
3
Leer de onderdelen (houdt de muis op de nummers)

Slide 2 - Diapositive



Hoornvlies:
Licht doorlatend en beschermt 

Iris: 
Regelt de hoeveelheid licht die in het oog valt. Geeft door kleurstoffen het oog kleur. 

Harde oogvlies: 
Ook wel harde oogrok genoemd. Geeft stevigheid.

Netvlies:
Omzetten van lichtprikkels in impulsen

Gele vlek: 
Op deze plek probeer je het beeld op het netvlies te krijgen zodat je scherp ziet.

Lens: Verkleint en draait het beeld om


Oogzenuw: 
Stuurt impulsen (elektrische signaaltjes) naar de hersenen.

Blinde vlek: 
Dit is de plek waar de zenuw zit. Als een beeld hierop valt, zie je het niet.

Glasachtig lichaam: 
Geeft stevigheid

Vaatvlies (bloedvaatjes). 
Geeft het oog van zuurstof en voedingsstoffen en zorgt voor de afvoer van bijv. afvalstoffen.

Pupil: 
Licht gaat door dit gat.  Bij een ander  zie je het donkerste binnen van het oog. De grootte wordt bepaald door de iris.



Leer de functies van de onderdelen van het oog

Slide 3 - Diapositive

Harde oogvlies ook wel harde oogrok genoemd. Geeft stevigheid.
4
Netvlies. Omzetten van lichtprikkels in impulsen
5
Gele vlek. Plek met veel kegeltjes (kleur zien). Op deze plek probeer je het beeld op het netvlies te krijgen zodat je scherp ziet.
6
Oogzenuw. Stuurt impulsen (elektrische signaaltjes) naar de hersenen.
7
Blinde vlek. Dit is de plek waar de zenuw zit. Op deze plek bevinden zich geen kegeltjes of staafjes.
8
Glasachtig lichaam. Geeft stevigheid
9
Vaatvlies (bloedvaatjes). Voorziet het oog van zuurstof en voedingsstoffen en zorgt voor de afvoer van bijv. afvalstoffen
10
Lensbandje, deze zit vast aan de iris. De lens kan boller en platter worden.
11
Lens. Verkleint en draait het beeld om
12
Hoornvlies, licht doorlatend en beschermend. 

Extra info (niet leren): Het hoornvlies en de lens bevatten geen bloedvaten. Ze krijgt voedingsstoffen uit het 'kamerwater' dat zich direct achter het hoornvlies bevindt.
1
Iris. Regelt de hoeveelheid licht die in het oog valt. Geeft door kleurstoffen het oog kleur. Daardoor zie je de bloedvaatjes niet.
2
Pupil. Door de pupil komt het licht het oog binnen. Als je naar de pupil van een ander kijkt zie je het donkerste binnen van het oog. De grootte van de pupil wordt bepaald door de iris.
De pupil reageert ook op emoties: groter: verbaasd, blij - kleiner: grote schrik. De pupil kan er ook anders uitzien door medicijnen / drugs. 
13
Oogspier zie je niet in de afbeelding. Er zijn er 6. Je kunt daardoor naar boven, beneden, links, rechts en schuin rechts en links kijken.
3
Oogspier zie je niet in de afbeelding. Er zijn er 6.
Je kunt daardoor naar boven, beneden, links, rechts en schuin rechts en links kijken.
3
Leer de functies van de onderdelen
(houdt de muis op de nummers)

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Wat onderzoekt een optometrist NIET?
A
De bolling van je hoornvlies
B
Je pupilreflex
C
De bloedvaatjes achter je netvlies (binnenkant oog)
D
Je oogspier

Slide 6 - Quiz

Benoem de onderdelen van het oog waar het licht doorheen gaat tot het bij je zintuigcellen aankomt

Slide 7 - Question ouverte

Welk onderdeel van je oog zorgt ervoor dat het ligt wat je ook binnenkomt op je gele vlek in het netvlies valt?
A
Glasachtig lichaam
B
Lens
C
Blinde vlek
D
Oogspier

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Vidéo

Wat gebeurt er als er te weinig licht door de pupil komt?
A
Je netvlies beschadigd
B
Je ziet onscherp, en zwart/wit

Slide 10 - Quiz

Je staat in een donkere kamer en doet de gordijnen 's ochtends open. Je kijkt naar buiten, waar het licht is. Wat gebeurt er op dat moment met de grootte van de pupil?

Slide 11 - Question ouverte

Huiswerk
Lees: basisstof 4 nogmaals waar nodig (blz 57 t/m 59 tekstboek)
Maak: Opdracht 18 t/m 20 (blz 47 t/m 49 werkboek)


Slide 12 - Diapositive