2kader - 2.4.3

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Het klimaat gaat over..
A
Het alledaagse weer
B
Het weer over een periode van een week
C
Het gemiddelde weer over een langere periode
D
De opwarming

Slide 2 - Quiz

Nepal ligt langs de evenaar toch is de tempratuur op sommige plekken in Nepal lager dan in Nederland, hoe komt dat?
A
Door de breedteligging
B
Door de ligging bij de zee
C
Door de hoogteligging

Slide 3 - Quiz

Welk klimaat zie je op de foto?
A
Droogklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Zeeklimaat
D
Landklimaat

Slide 4 - Quiz

Welk klimaat zie je op de foto?
A
Droogklimaat
B
Tropisch klimaat
C
Zeeklimaat
D
Landklimaat

Slide 5 - Quiz

Welk plantenzone zie je op de foto?
A
Steppe
B
Tropisch regenwoud
C
Loofbos
D
naaldbos

Slide 6 - Quiz

Welk plantenzone zie je op de foto?
A
Steppe
B
Toendra
C
Loofbos
D
Naaldbos

Slide 7 - Quiz

Een plantage is....

Slide 8 - Question ouverte

Kolonialisme betekent..

Slide 9 - Question ouverte

De WIC staat voor...
A
West indiaanse compangie
B
West Indische compangie
C
WMCA
D
Weverende idilische cnaepen

Slide 10 - Quiz

De WIC deed aan...
A
Schepen kapen en handelen
B
Slavenhandel
C
Specerijen handel

Slide 11 - Quiz

De driehoekshandel betekent..

Slide 12 - Question ouverte

Wat wilden de abolitionisten?

Slide 13 - Question ouverte

In welk jaar werd de slavernij afgeschaft in nederland?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Waarvoor dient een keurmerk zoals het FSC-keurmerk?

Slide 17 - Question ouverte

Wat wordt bedoelt met de 'uitputting' van de aarde

Slide 18 - Question ouverte

Wat wordt bedoelt met de 'aantasting' van de aarde

Slide 19 - Question ouverte

Wat wordt bedoelt met de 'vervuiling' van de aarde

Slide 20 - Question ouverte

Geboorteoverschot betekent... (gebruik de begrippen: geboortecijfers, sterftecijfer)

Slide 21 - Question ouverte

Per hoeveel inwoners wordt het geboortecijfer, sterftecijfer en geboorteoverschot geteld?

Slide 22 - Question ouverte

Hoe maak ik een toets?
Bij elke vraag:
  1. Bekijk de vraag
  2. Vraag jezelf af: "Wat staat daar?"  (WSD?)
  3. Vervolgens vraag je je af: "Wat wil hij horen? " (WWHH?)

Slide 23 - Diapositive