Vrijdag 05-03-21 G0BOO

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Check in:
welke kleur past voor jou
voor deze dag en leg uit waarom?

Slide 2 - Carte mentale

Pitch je BPV
Anne en Joep

Slide 3 - Diapositive

Vandaag krijgt Nikki
een warme douche

Slide 4 - Carte mentale

Wat is Feedback?

Slide 5 - Question ouverte

Wat is feedback
  • Feedback is commentaar dat we geven of ontvangen op iemands gedrag of houding. 
  • Via feedback leer je hoe je gedrag of houding overkomt en welke gevolgen dat gedrag voor de ander heeft. 
  • Feedback kan zowel positief (‘Wat heb jij dat voorstel helder gepresenteerd. Ik snapte het meteen!’) als negatief (‘Ik vond het vervelend dat je mij tijdens mijn presentatie telkens in de rede viel’) zijn.
  • Het verschil met een compliment of kritiek is dat feedback uitsluitend over veranderbaar gedrag gaat, waar een compliment of kritiek ook over andere zaken kan gaan. "Wat heb je een leuk jasje aan" is bijvoorbeeld een compliment en geen feedback.



Slide 6 - Diapositive

Hoe moeilijk vind je het geven van feedback?

Slide 7 - Question ouverte

Wat vind je belangrijk bij het geven of ontvangen van feedback?

Slide 8 - Question ouverte

4 G model 
Het 4G-model is een hulpmiddel om een om op een goede manier feedback te geven en het gesprek structuur te geven. 

G1 – Gedrag het gedrag dat de ander vertoont en waarop jij feedback wilt geven
G2 – Gevoel het gevoel dat jij krijgt door het gedrag van de ander
G3 – Gevolg het effect van het gedrag van de ander (op jou en de omgeving)
G4 – Gewenst gedrag het gedrag zoals je dat liever zou willen zien bij de ander





Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Oefening
Je collega is al 3 keer een kwartier te laat gekomen bij de teamvergadering.

Beschrijf je feedback op deze collega adhv de 4G's.

Slide 11 - Diapositive

Opdracht
Oefen vandaag met het geven feedback aan de hand 
van het 4 G model binnen jullie subgroep. Gebruik het model bijvoorbeeld bij het evalueren op de samenwerking of op gemaakte afspraken.

We komen hier vanmiddag op terug

Slide 12 - Diapositive

Module MT
Doel: deelopdracht C vandaag afsluiten
Pauze: 12:30-13:15 uur???
Optie: college observeren 10:45 uur
Optie: uitleg netwerkkaart 11:45 uur
Nabespreking opdracht: groep 4. Welke opdracht(en)?
Challenge pauze: groep 5
13:15 uur opstart van de middag
14:45 uur nabespreken opdracht(en)
15:15 uur: terugblik en vooruitblik 

Slide 13 - Diapositive

College observeren

Slide 14 - Diapositive

Observeren is...

Slide 15 - Carte mentale

Observeren
Observeren is het gericht en systematisch waarnemen om gegevens te verzamelen.
 

Het doel van observeren is het verzamelen van informatie om een antwoord te vinden op een algemene of specifieke vraagstelling:
  • Welke verpleegproblemen heeft de zorgvrager?
  • Hoe reageert de zorgvrager op de medicatie?
  • Kan de zorgvrager zichzelf wassen?


Slide 16 - Diapositive

Waarom belangrijk
  • In de zorg moet je als professional altijd goed kijken en luisteren om veranderingen waar te nemen
  • Bij elk contact dat je hebt met een client moet je alert zijn op de signalen die hij geeft
  • Je observeert om meer te weten te komen over het gedrag van een client en zijn systeem

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Observeren gaat verder dan toevallig waarnemen

Slide 19 - Diapositive

Gegevens verzamelen
Door gesprekken, observatie en onderzoek kun je twee soorten gegevens verkrijgen, namelijk:
  

constante gegevens: 
  • gegevens waarin geen verandering te verwachten is; deze gegevens verkrijg je meestal door een interview. Bijvoorbeeld rooms-katholiek of gebitsprothese 
variabele gegevens: 
  • gegevens die van dag tot dag verschillen; dit soort gegevens krijg je door observatie en onderzoek. De variabele gegevens hebben betrekking op de toestand van een bepaald moment, bijvoorbeeld stemmingswisseling, temperatuursverhoging.

Slide 20 - Diapositive

Observeren
Een goede observatie is:

  • doelgericht
  • objectief
  • betrouwbaar

Slide 21 - Diapositive

Doelgericht waarnemen
  • Met een duidelijk doel voorkom je dat je verkeerde of onnodige gegevens verzamelt

Welke bijwerkingen treden op na het toedienen van het nieuwe medicijn?

Slide 22 - Diapositive

Objectief waarnemen
  • Houden bij feiten, niet laten beinvloeden door eigen voorkeur of mening
  • Hoe kun je dit het beste doen?
  1. observeer met meerdere mensen
  2. navragen of je observatie klopt
  3. vergelijk de observatie met zaken die de client zegt
  4. observeer meerdere keren

Slide 23 - Diapositive

Subjectief waarnemen
  • Gegevens van de observatie worden bekeken vanuit persoonlijke voorkeur
  • Jouw interpretatie kan verschillen met die van een ander

Slide 24 - Diapositive

Wat kan van invloed zijn op jouw observaties?

Slide 25 - Question ouverte

Subjectief waarnemen
Wordt beinvloed door de volgende factoren;
  1. jouw referentiekader; normen, waarden en overtuigingen die jij hanteert en vanwaar je handelt
  2. interne factoren
  3. externe factoren
  4. voorkeuren
  5. vooroordelen

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Betrouwbaar observeren
Betrouwbaar betekent dat een herhaalde observatie hetzelfde resultaat oplevert. 

Bijv: wegen op het zelfde moment per week


Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Interpreteren van observatiegegevens

Als je bij een zorgvrager een temperatuur van 39,5 °C meet, kun je dit interpreteren als koorts. 
Bij interpreteren leg je een relatie tussen de gegevens en het observatiedoel.

Let op interpretatiefouten: te snel invullen, generaliseren, vooroordelen, stereotyperingen, persoonlijke norm

 


Slide 30 - Diapositive

Netwerkkaart

Slide 31 - Diapositive

Sociaal netwerk zorgvrager
Voor thuis wonende ouderen is een sociaal netwerk erg belangrijk. 
Het verbetert de kwaliteit van zorg én kwaliteit van leven en voorkomt overbelasting van mantelzorgers. 
Wat kun je doen om het netwerk van je cliënt in kaart te brengen?

Slide 32 - Diapositive

Wat is het belang van een sociaal netwerk?

Slide 33 - Question ouverte

Wie is wie tool

Slide 34 - Diapositive

Ecogram
Praktische steun (p)
Gezelschap (g)
Advies en uitwisseling informatie (a)
Emotionele steun (e)

Slide 35 - Diapositive

Mantelscan
De MantelScan is een (papieren) instrument voor professionals om samen met zorgvragers en hun naasten hun zorgnetwerk in kaart te brengen. De MantelScan besteedt aan de hand van vragenlijsten aandacht aan de kracht en risico’s van het netwerk.

https://www.zorgvoorbeter.nl/samenwerken-in-de-wijk/versterken-netwerk-client 
 


Slide 36 - Diapositive

Opstart van de middag
Terugkoppeling challenge
Voortgang subgroepen
Welke groep / student heeft vragen of hulp nodig
14:45 uur nabespreken opdracht(en)
15:15 uur terugblik - vooruitblik

Slide 37 - Diapositive

Nabespreken opdrachten
Onder leiding van groep 4

Slide 38 - Diapositive

Checking - start integratieve opdracht
Bespreek je integratieve opdracht met je werkbegeleider
Bekijk verschillende zorgplannen in de BPV
Kies een (geschikte) zorgvrager
Motiveer en bespreek met je werkbegeleider waarom je voor deze zorgvrager kiest. Neem deze motivatie op in de inleiding van je verslag van de integratieve opdracht. 

Slide 39 - Diapositive

Checking deelopdracht C
  • Ga in gesprek met de zorgvrager die je gekozen hebt voor de integratieve opdracht en verzamel aan de hand van een verpleegkundig ordeningsmodel de gegevens. Dit met als doel dat de zorgvrager optimaal en naar zijn wensen verzorgd kan worden. Maak hierbij evt. gebruik van de BPV opdrachten: anamnese bijwonen en anamneses vergelijken
  • Observeer de zorgvrager in de praktijk bewust en actief en noteer jouw observaties; Maak hierbij evt. gebruik van de BPV opdracht: observeren
  • Zorg voor een volledig ingevuld anamneseformulier met daarin de uitwerking van je observaties;
  • Orden de verzamelde gegevens. Dit zodat je zorgproblemen kunt formuleren. 

Slide 40 - Diapositive

Terugblik - vooruitblik
Padlet per subgroep in vullen

Terugblik:
  • Wat heb je geleerd deze week en hoe kun je dat gebruiken in de BPV
  • Hoe ging jullie samenwerking? Maak gebruik van het 4-G model feedback

Vooruitblik:
  • Wat zijn je concrete voornemens in de BPV
  • Met welke opdrachten ga je aan de slag. Welke theorie heb je daarbij nodig
  • Planning week 9 vaststellen: Deelopdracht C: wat moet behandeld worden in de les?

Slide 41 - Diapositive

Terugkoppeling 
Bekijken van de padlet
Vaststellen planning
Terugkoppeling ervaringen feedback geven.
  • Wat kan je met het 4G model in de praktijk?

Slide 42 - Diapositive

Fijn weekend!!!

Slide 43 - Diapositive