Herhaling grammatica + spiekbriefje maken

Welcome!
Get your iPads out - log in to LessonUp.
timer
5:00
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welcome!
Get your iPads out - log in to LessonUp.
timer
5:00

Slide 1 - Diapositive

Today
1. Herhaling grammatica;
2. Voorbereiding schrijftoets;
3. Spiekbriefje maken.

Slide 2 - Diapositive

Herhaling grammatica
  • Welke grammatica hebben we tot nu toe gehad?
  • Reflexive pronouns;
  • If / when;
  • Conditionals (if-zinnen).

Slide 3 - Diapositive

We gaan hier even mee oefenen

  • Via de LessonUp; 

Slide 4 - Diapositive

First: Reflexive pronouns

Slide 5 - Diapositive

Even terug naar het begin. Er zijn verschillende personal pronouns in het Engels. Match de juiste woorden bij elkaar
Ik
Wij
Zij (meisje)
Zij (mv)
Hij
Het
Jullie
Jij
You
He
She
It
You (plural)
We
They

Slide 6 - Question de remorquage

Match nu de personal pronouns met de juiste reflexive pronoun
Themselves
Ourselves
Yourselves
Itself
Herself
Himself
Myself
Yourself
I
You
He
She
It
We
You (plural)
They

Slide 7 - Question de remorquage

We looked at _________ (=we keken naar elkaar).
A
ourselves
B
each other

Slide 8 - Quiz

Next up: If / When

Slide 9 - Diapositive

(if/when) it rains tomorrow, we can't have a picnic.
A
If
B
When

Slide 10 - Quiz

I'm going to London. I'll phone you (if/when) I get back.
A
if
B
when

Slide 11 - Quiz

We'll catch the train (if/when) we leave immediately.
A
if
B
when

Slide 12 - Quiz

Finally, conditionals (if-zinnen)
Zero conditional (zeker);
First conditional (waarschijnlijk);
Second conditional (onwaarschijnlijk).

Slide 13 - Diapositive

Which one is the zero conditional sentence?
A
If Greg practised more, he would be a great pianist.
B
If Sarah drives to Amsterdam, she will have to pay for parking.
C
If you sleep well, you have more energy.
D
She would worry if I told her the truth.

Slide 14 - Quiz

If I ... (to win) the lottery, I ... (to treat) myself with a new car.
A
will win - will treat
B
win - will treat
C
win - treat
D
will win - treat

Slide 15 - Quiz

If I ... (to be) the president, I ... (to take) better care of the homeless.
A
would be - would take
B
were - took
C
were - would take
D
would be - take

Slide 16 - Quiz

Nu, voorbereiding schrijftoets
Laatste dingetjes en waar je op moet letten

Slide 17 - Diapositive

Opletten voor
  • Conventies!                                       brief
    Voorbeeldbrief op pagina 6!


  • e-mail

Slide 18 - Diapositive

Opletten voor
Maar ook:

  • "ik" is altijd "I";
  • Gebruik punten en komma's;
  • Vergeet geen hoofdletters;
  • Dear ..., kind regards, etc.;
  • Structuur!

Slide 19 - Diapositive

Nu doen:
  •  Haal je schrijfboekje op en lees alle feedback door
    (met name de feedback op de netversie brief (achterin);
  • Kies de beste feedback uit en maak een spiekbriefje voor de schrijftoets op een post-it note;
  • Belangrijk! Geen structuur (conventies) en geen hele zinnen, anders geen spiekbriefje. Ik lees de spiekbriefje morgen door.
  • Inleveren op het einde van de les.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive