Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 4 vidéos.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Welkom bij Economie in B2
Les 9
Jouw geld
Sparen en lenen
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Start + welkom
Huiswerk bespreken
Learnbeat 1.3 A - Jouw geld
Learnbeat 1.3 B - Sparen of lenen?
Zelfstandig aan de slag!
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
wat je wat een begroting is en welke 3 soorten inkomsten en uitgaven er zijn en kan je deze herkennen.
weet je welke 3 spaarmotieven en 4 leenmotieven er zijn en kan je deze herkennen.
weet je dat geld lenen geld kost!
kan je rente over je spaargeld berekenen.
Slide 4 - Diapositive
Huiswerk
Kijk goed naar de uitleg / formule
Schrijf je berekening op!
Geldbedragen afronden op 2 decimalen
Kijk je antwoorden zelf na
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Soorten inkomsten?
Slide 8 - Diapositive
Soorten inkomsten
Uit arbeid salaris of loon
Uit bezit rente, pacht of huur
Uit overdracht zonder tegenprestatie
bijv. zakgeld of kinderbijslag
Slide 9 - Diapositive
Soorten uitgaven?
Slide 10 - Diapositive
Soorten uitgaven
Huishoudelijke uitgaven
Vaste lasten
Incidentele uitgaven
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Enkelvoudige rente
je krijgt rente aan het einde van het jaar uitbetaald
je spaarbedrag blijft dus gelijk
Enkelvoudige rente = rentepercentage x spaarbedrag x jaren
Slide 15 - Diapositive
rol van de bank
Het geld wat gespaard wordt bij de bank, wordt weer uitgeleend. De bank betaalt de spaarders rente, en ontvangt van de leners rente. De rente die de bank ontvangt is hoger, zo verdient de bank geld.
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
02:00
Meneer Boet leent geld om een nieuwe auto te kopen. Wat is het leenmotief van Meneer Boet?
A
tijdelijk geld tekort
B
duurzaam consumptie goed
C
onverwachte gebeurtenis
D
huis kopen
Slide 18 - Quiz
Leenmotieven
Een leenmotief is een reden waarom je leent.
Er zijn 4 leenmotieven:
aanschaf van dure consumptiegoederen (bijv. een auto)