4Havo Markt:vraag en aanbod par. 1.4 en 2.1

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Inkomenselasticiteit

• Wat doe je met extra inkomen?
• Inferieure goederen / Primaire goederen / Luxe goederen
• Berekenen & Onderscheid maken

Als het inkomen van consumenten stijgt,
zal bij de meeste producten de vraag...

1. dalen
2. stijgen

Het inkomen stijgt met 10%.
De vraag stijgt met 5%.

Het product is dus...

1. inferieur
2. luxe
3. noodzakelijk

Het inkomen stijgt met 10%.
De vraag stijgt met 20%.

Het product is dus...

1. inferieur
2. luxe
3. noodzakelijk

Het inkomen stijgt met 10%.
Het product is inferieur.

De vraag zal...

1. dalen met 5%
2. niet veranderen
3. stijgen met 5%

Het linker product wordt vervangen door het rechter product als het inkomen stijgt.

Het linker product is dus...

1. inferieur
2. luxe
3. noodzakelijk

Lees dit fragment.

Het product is...

1. inferieur
2. luxe
3. noodzakelijk

* kosten per product zijn € 5
* er is € 10 aan constante kosten.

1. TK = 5q + 10
2. TK = 10q + 5
3. GVK = 5q
4. GCK = 10

TK = 0,5Q+500. Bij 50 stuks zijn de vaste kosten per product.

1. €10
2. €25
3. €500
4. €1.250

Wat is de formule voor variabele kosten?

1. TVK=p x q
2. TCK= p x q
3. TVK= VK x q
4. TVK= TK x q

Gegeven:
TCK = €25.000
GVK = €10
Bij een productieomvang van 10.000 stuks geldt:

1. GCK: €2,50 TK: €25.010
2. GCK: €2,50 TK: € 125.000
3. GCK: €25.000 TK: €25.010
4. GCK: €2.500 TK: €125.000

Als de gevraagde hoeveelheid daalt bij een stijgend inkomen, zou er dan een positieve of negatieve elasticiteit zijn?

1. Positief
2. Negatief

Als de gevraagde hoeveelheid daalt bij een stijgend inkomen, zou er dan een positieve of negatieve elasticiteit zijn?

1. Positief
2. Negatief

Als de Qv stijgt bij een stijgende Y, maar procentueel minder stijgt dan dat Y stijgt. Dan is de elasticiteit:

1. Negatief en kleiner dan -1
2. Negatief en tussen -1 en 0
3. Positief en tussen 0 en +1
4. Positief en groter dan +1

Als de Qv stijgt bij een stijgende Y, en procentueel zelfs meer stijgt dan dat Y stijgt. Dan is de elasticiteit:

1. Negatief en kleiner dan -1
2. Negatief en tussen -1 en 0
3. Positief en tussen 0 en +1
4. Positief en groter dan +1

Als het inkomen met 20% stijgt, en de Qv voor een product stijgt dan met +100%. Wat is dan de elasticiteit?
(Gebruik een plus- of minteken, 1 decimaal)

Wat voor soort goed is de Xiaomi Redmi Go?

1. Inferieur
2. Primair
3. Luxe

Als de gevraagde hoeveelheid daalt bij een stijgend inkomen, zou er dan een positieve of negatieve elasticiteit zijn?

1. Positief
2. Negatief

Als de Qv stijgt bij een stijgende Y, maar procentueel minder stijgt dan dat Y stijgt. Dan is de elasticiteit:

1. Negatief en kleiner dan -1
2. Negatief en tussen -1 en 0
3. Positief en tussen 0 en +1
4. Positief en groter dan +1