5.1 Omzet, kosten en winst (deel 2)

Break-even
  • Als de omzet van een bedrijf precies voldoende is om alle kosten te betalen, dan spreek je van de break-evenomzet. 

  • De bijbehorende afzet is de: break-evenafzet. 

  • Het break-even punt is een punt op de grafiek.



1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Break-even
  • Als de omzet van een bedrijf precies voldoende is om alle kosten te betalen, dan spreek je van de break-evenomzet. 

  • De bijbehorende afzet is de: break-evenafzet. 

  • Het break-even punt is een punt op de grafiek.



Slide 1 - Diapositive

                              Welkom!

Leg s.v.p. op tafel:
pen/potlood
Schrift
rekenmachine
Chromebook

=> log in op lesson up

Slide 2 - Diapositive

Programma 
Verder met Bedrijfseconomie (H5: de kosten van een bedrijf):

 - Herhaling btw en winst (lesson up)
-  Break even afzet en omzet (lesson up)
-  Aan de slag a.d.h.v. skill tree!

Slide 3 - Diapositive

Kitchen Nightmares - Barefoot Bobs
vanaf 22:35

Slide 4 - Diapositive

BECO 5.1 Omzet, kosten en winst
Leerdoelen: Je kunt....

1. Bij een gegeven consumentenprijs de verkoopprijs exclusief btw uitrekenen 

2. De winst berekenen m.b.v. omzet en verschillende kosten 

3. De break-evenafzet en break-evenomzet berekenen

Slide 5 - Diapositive

btw 
btw = belasting over toegevoegde waarde => ook wel omzetbelasting genoemd. 

Stel een werkoverall kost 242 euro (inclusief 21 % BTW). Wat kost de overall exclusief BTW?


Slide 6 - Diapositive

De consumentenprijs van 2 dozen aardbeien is €6,54. Wat is de prijs exclusief BTW?

Slide 7 - Question ouverte

Omzet, kosten en winst

Omzet (verkooprijs x q)                                                          
- Inkoopwaarde  (inkoopprijs x q)
Brutowinst        =                              
- Bedrijfskosten  
Nettowinst        =


Slide 8 - Diapositive

Een tafelproducent verkoopt 1000 tafels. De verkoopprijs is €50 euro. De inkoopprijs per tafel is €30 euro. Wat is de bruto winst?

Slide 9 - Question ouverte

Soorten kosten
  • Variabele kosten: dit zijn kosten die altijd kunnen wijzigen, omdat zij afhankelijk zijn van de hoeveelheid (van q)


  • Constante kosten: dit zijn kosten die niet afhankelijk zijn van de hoeveelheid (van q). 



Slide 10 - Diapositive

Variabele Kosten
Constante kosten
Aflossing van een lening
Reclamekosten
Verpakkingskosten
Grondstoffen
Huur
Loonkosten vast personeel

Slide 11 - Question de remorquage

Break-even
Denk nog even terug aan het filmpje van zojuist...


Wat kan Gordon Ramsey bedoelen met Break-even???



Slide 12 - Diapositive

Break even

Slide 13 - Diapositive

Break even
1) Waar maakt dit bedrijf verlies?

Slide 14 - Diapositive

Break even
1) Waar maakt dit bedrijf verlies?

2) Waar maakt dit bedrijf winst?

3) Kunnen we iets zeggen over de
constante kosten?

Slide 15 - Diapositive

Break even
1) Waar maakt dit bedrijf verlies?

2) Waar maakt dit bedrijf winst?

Slide 16 - Diapositive

BE Afzet - berekenen 1
We weten, bij BEP: TO = TK

TO = Afzet (Q) x Verkoopprijs (VP)
TK = (Afzet (Q) x Variabele kosten per product) + constante kosten

TO = TK => Q berekenen d.m.v. de balansmethode

Slide 17 - Diapositive

Voorbeeld
verkoopprijs: € 300 
variabele kosten per product: € 225 
vaste kosten: € 75.000

Wat is dan de BEA?

Wat is de BEO?




Slide 18 - Diapositive

Verkoopprijs: € 300
Variabele kosten per product: € 225
Vaste kosten: € 75.000
Wat is dan de BEA?

Slide 19 - Question ouverte

Verkoopprijs: € 300
Variabele kosten per product: € 225
Vaste kosten: € 75.000
Wat is dan de BEO?

Slide 20 - Question ouverte

Aan de slag!
Lees en werk aan paragraaf 5.1


Eerst 5 minuten in absolute STILTE werken. Na 5 minuten met je buurman/-vrouw. 

De docent beantwoordt de eerste 5 minuten GEEN inhoudelijke vragen. Daarna met veel plezier!

Slide 21 - Diapositive

BECO 5.1 Omzet, kosten en winst
Leerdoelen: Je kunt....

1. Bij een gegeven consumentenprijs de verkoopprijs exclusief BTW uitrekenen 

2. De nettowinst berekenen m.b.v. omzet en verschillende kosten 

3. De break-evenafzet en break-evenomzet berekenen

Slide 22 - Diapositive

BEA - berekenen 2: dekkingsbijdrage
Dekkingsbijdrage = de verkoopprijs verminderd met de variabele kosten per product. 
Het is de marge die overblijft per product voor het dekken (betalen) van de constante kosten en eventueel voor het maken van winst. 

Dekkingsbijdrage: Verkoopprijs (ex btw) – variabele kosten per product

Break-even afzet:

DekkingsbijdrageConstantekosten

Slide 23 - Diapositive

BEA --> BE Omzet
Twee manieren:
1) TO = TK
2) Formule BEA: 


Break-even omzet: Break-evenafzet x Verkoopprijs
DekkingsbijdrageConstantekosten

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo