Kapitel 1 D-NL

Wortschatz Deutsch - Niederländisch
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 10 min

Éléments de cette leçon

Wortschatz Deutsch - Niederländisch

Slide 1 - Diapositive

die Nahrung
A
de natuur
B
het plafond
C
de voeding
D
de nabijheid

Slide 2 - Quiz

stolz
A
stollen
B
trots
C
dus
D
stuk

Slide 3 - Quiz

klettern
A
vastketenen
B
klimmen
C
vallen
D
keren

Slide 4 - Quiz

die Begeisterung
A
het enthousiasme
B
de verwoesting
C
het effect
D
het resultaat

Slide 5 - Quiz

zerstören
A
opletten
B
observeren
C
verwoesten
D
verstoren

Slide 6 - Quiz

unbedingt

Slide 7 - Question ouverte

gespannt sein auf

Slide 8 - Question ouverte

der Erwachsene

Slide 9 - Question ouverte

der Anzug

Slide 10 - Question ouverte

also

Slide 11 - Question ouverte

insgesamt
sich auskennen
sich beschäftigen mit
zuverlässig
zich bezighouden met
bekend zijn met
betrouwbaar
in totaal

Slide 12 - Question de remorquage