Les 4.1 - oorlog in Europa

4.1: oorlog in Europa
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

4.1: oorlog in Europa

Slide 1 - Diapositive

Boek blz 131
Wat weet je van de Tweede Wereldoorlog?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

4.1 oorlog in Europa
Leerdoelen:
Je kunt beschrijven hoe Duitsland zijn macht uitbreidde in Europa.
Je weet hoe Duitsland de oorlog verloor 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanloop oorlog
Hitler eist meer grond voor Duitse volk. 
Eerst Duitsprekende landen, 1938.
Diplomatie: overleg tussen staten om oorlog te voorkomen. Maar dan...

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Duitsland na 1918
Duitsland in 1939

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is diplomatie?
A
Overleg tussen legers
B
Overleg tussen staten
C
Overleg tussen geallieerden

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Begin oorlog
De Tweede Wereldoorlog: begint als Duitsland Polen aanvalt (1939). Daarna verklaren Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk de oorlog. 
Bliztkrieg: snelle aanval 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorlog in Europa
Nederland, bombardement Rotterdam. 
Landen capituleren: geven zich over.
België en Frankrijk.
Deze landen werden bezet: gebieden worden verovert en de bevolking word in bedwang gehouden.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer is een land bezet?
A
Als een land geen leider heeft
B
Als overwinnend leger volk in bedwang houd
C
Als een land wordt veroverd
D
Als de Duitsers aanvallen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk land was als eerste bezet?
A
Nederland
B
Frankrijk
C
België
D
Polen

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom lieten Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk Duitsland zijn gang gaan?
A
Ze waren bang voor Duitsland
B
Ze wilden oorlog voorkomen
C
Ze wilden oorlog voeren
D
Ze waren blij voor Duitsland

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde. 
Duitsland neemt Oostenrijk in
Duitsland ''krijgt'' Sudetenland
Duitsland valt Polen aan
Bombardement van Rotterdam
Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk verklaren de oorlog

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag 
Maken paragraaf 4.1

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions