§3 Nederland in 1848

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.
  • Ik kan uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.
  • Ik kan uitleggen waarom er in 1848 een nieuwe grondwet kwam.   




Slide 5 - Diapositive

Uitleggen wat ze moeten doen met de leerdoelen. Wanneer ze de begrippen en de leerdoelen goed weten zijn ze goed voorbereid.

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
1813: Napoleon weg uit Nederland.

Nieuw bestuur: Koning Willem I
  • 1815: NL, België en Luxemburg samen.
  • 1830: België gaat weg.


Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
1813: Napoleon weg uit Nederland.

Nieuw bestuur: Koning Willem I
  • 1815: NL, België en Luxemburg samen.
  • 1830: België gaat weg.


Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
1813: Napoleon weg uit Nederland.

Nieuw bestuur: Koning Willem I
  • 1815: NL, België en Luxemburg samen.
  • 1830: België gaat weg.

Willem I geloofde niet in democratie:
  • Koos zelf de ministers en kon ze ook ontslaan.
  • Koos wie er in het parlement kwamen.

Parlement: volksvertegenwoordiging, houd toezicht op de regering.
Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
1813: Napoleon weg uit Nederland.

Nieuw bestuur: Koning Willem I
  • 1815: NL, België en Luxemburg samen.
  • 1830: België gaat weg.

Willem I geloofde niet in democratie:
  • Koos zelf de ministers en kon ze ook ontslaan.
  • Koos wie er in het parlement kwamen.

Parlement: volksvertegenwoordiging, houd toezicht op de regering.
Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
Nederlandse economie liep achter:
  • geen industrialisatie tot 1815

Dus Willem verbeterde infrastructuur en economie.
  • Wegen, kanalen, spoorlijnen, fabrieken.
Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Koninkrijk der Nederlanden
Nederlandse economie liep achter:
  • geen industrialisatie tot 1815

Dus Willem verbeterde infrastructuur en economie.
  • Wegen, kanalen, spoorlijnen, fabrieken.
Leerdoel:
Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Liberalen
Ontevreden burgers:
  • Oneens met Willem I --> Luisterde niet naar het volk.
Liberalen: Mensen die vonden dat dit moest veranderen.

Liberalisme: Politieke stroming die opkomst voor zoveel mogelijk vrijheid voor de burgers.
  • In werkelijkheid vooral voor rijke burgers.


Leerdoel:
Ik kan uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Liberalen
Ontevreden burgers:
  • Oneens met Willem I --> Luisterde niet naar het volk.
Liberalen: Mensen die vonden dat dit moest veranderen.

Liberalisme: Politieke stroming die opkomst voor zoveel mogelijk vrijheid voor de burgers.
  • In werkelijkheid vooral voor rijke burgers.


Leerdoel:
Ik kan uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Liberalen
Ontevreden burgers:
  • Oneens met Willem I --> Luisterde niet naar het volk.
Liberalen: Mensen die vonden dat dit moest veranderen.

Liberalisme: Politieke stroming die opkomst voor zoveel mogelijk vrijheid voor de burgers.
  • In werkelijkheid vooral voor rijke burgers.

Liberalen wilde ook meer vrijheid op economisch gebied.
  • De overheid moet zich zo min mogelijk met de economie bemoeien.

Overheid: Hoogste bestuurlijke gezag van de staat.
Leerdoel:
Ik kan uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Wat: Opdrachten 1 t/m 6
Hoe: buur
Tijd: 15 minuten
Klaar: §5
Uitkomst: Je kan de periode 1815 tot 1848 uitleggen.
timer
15:00

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les:
  • Intro
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  •  Opdracht
  • Afsluiting

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Ik kan enkele belangrijke kenmerken noemen van het Koninkrijk der Nederlanden tussen 1815 en 1848.
  • Ik kan uitleggen welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied.
  • Ik kan uitleggen waarom er in 1848 een nieuwe grondwet kwam.   




Slide 21 - Diapositive

Uitleggen wat ze moeten doen met de leerdoelen. Wanneer ze de begrippen en de leerdoelen goed weten zijn ze goed voorbereid.

Afsluiting
Volgende les:
4.2

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions