tekstdoelen

tekstdoelen
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

tekstdoelen

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen:
  1. Ik ken de verschillende tekstdoelen.
  2. Ik kan het doel van een tekst herkennen.
  3. Ik kan tekstdoelen koppelen aan tekstsoorten.


Slide 2 - Diapositive

Tekstdoel
1. Informeren

2. Beschouwen


3. Overtuigen
Uitleg
1. De lezer krijgt informatie over het onderwerp.
2. De lezer wordt aan het denken gezet. 
3. De schrijver geeft zijn mening en wil de lezer hiervan overtuigen.


Slide 3 - Diapositive

Tekstdoel
4. Activeren/overhalen


5. Amuseren


6. Instrueren
Uitleg
4. De schrijver wil dat de lezer iets gaat doen/iets gaat kopen.

5. De schrijver wil de lezer vermaken, ervoor zorgen dat hij plezier heeft.
6. De schrijver laat zien hoe iets moet.

Slide 4 - Diapositive

Informerende tekst

Slide 5 - Diapositive

Beschouwende tekst

Slide 6 - Diapositive

Beschouwende tekst

Slide 7 - Diapositive

Overtuigende tekst

Slide 8 - Diapositive

Overtuigende tekst

Slide 9 - Diapositive

Activerende tekst

Slide 10 - Diapositive

Amuserende tekst

Slide 11 - Diapositive

Amuserende tekst

Slide 12 - Diapositive

Instructietekst

Slide 13 - Diapositive

Abonneer je op de krant en ontvang een gratis iPad.
A
Amuseren
B
Activeren/overhalen
C
Mening vormen
D
Overtuigen

Slide 14 - Quiz


Ik ben niet in de wolken
ik zit erbovenop
en de grijze op mijn gezicht
verraadt het feestje in mijn kop.
A
Amuseren
B
Informeren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 15 - Quiz

Nederland behaalde op de Olympische Winterspelen in 2018 twintig medailles.
A
Overtuigen
B
Activeren
C
Mening vormen
D
Informeren

Slide 16 - Quiz

'We will rock you' is mijn lievelingsliedje, die moet je echt luisteren!
A
Amuseren
B
Activeren/overhalen
C
Mening vormen
D
Overtuigen

Slide 17 - Quiz

Pak eerst de bezem, veeg dan de winkel en gooi ten slotte alle rommel in de container.
A
Amuseren
B
Informeren
C
Instrueren
D
Overtuigen

Slide 18 - Quiz

En nu de andere kant op
Geef nu zelf een voorbeeld bij een tekstdoel.

Zoals:
Een tekst die aangeeft op welke partij je moet stemmen.
Voorbeeld: Verkiezingsposter

Slide 19 - Diapositive

Geef een voorbeeld van:
een instructieve tekst

Slide 20 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van:
Een informerende tekst.

Slide 21 - Question ouverte

Geef een voorbeeld van:
Een amuserende tekst

Slide 22 - Question ouverte