Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Tekstbegrip
Slide 1 - Diapositive
Wat we deze les gaan doen
Lezen:
We lezen 5 minuten in ons leesboek
We herhalen de theorie over de hoofdgedachte
Je weet wat de hoofdgedachte is en kunt die vinden in een tekst.
Zelfstandig:
Je werkt verder in je boek.
Je vraagt om nakijkmateriaal
Je leest
Slide 2 - Diapositive
De hoofdgedachte (herhaling)
De hoofdgedachte is een zin die de hele tekst samenvat. Je vat dus eigenlijk het onderwerp en de hoofdzaken in 1 zin samen. Vaak staat deze zin letterlijk in het slot van de tekst, maar soms moet je de zin zelf bedenken.
Slide 3 - Diapositive
Oefening klassikaal
Wat wilde men onderzoeken?
Wat is de uiteindelijke conclusie?
Wat is de hoofdgedachte?
Slide 4 - Diapositive
Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
Wat betekent het woord hoofdgedachte?
A
de belangrijkste zin van een alinea
B
het onderwerp van de tekst
C
een uitspraak waar je het wel of niet mee eens bent
D
het belangrijkste wat over het onderwerp wordt gezegd in één zin
Slide 5 - Quiz
Wat is de hoofdgedachte?
A
Twee scholen in de Randstad verbieden leerlingen examen te doen
B
Een school mag een leerling adviseren af te zien van examen
C
Vijf leerlingen meldden zich de afgelopen maand bij het LAKS
D
Om een hoog slagingspercentage te garanderen, weigeren scholen leerlingen met slechte cijfers examen te laten doen.
Slide 6 - Quiz
Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
A
Dumpster diven is een groot probleem
B
Dumpster diven zou verboden moeten worden
C
Er zijn veel voordelen aan dumpster diven
D
Kristian Praakhoorn is fel tegen voedselverspilling
Slide 7 - Quiz
Disney neemt afscheid van de klassieke eigenschappen van de sprookjesprinses.
Rapunzel
afscheid disneyprinsessen
onderwerp
deelonderwerp
hoofdgedachte
Slide 8 - Question de remorquage
Elke tekst heeft een hoofdgedachte. Wat is een hoofdgedachte en hoe formuleer je het?
Slide 9 - Question ouverte
Niet waar
Waar
De hoofdgedachte vertelt in één zin waar de tekst over gaat.
Hoofdgedachte en onderwerp hebben altijd met elkaar te maken.