bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord

Plattegrond
Docent
Romy
Klaske 
Friso
Yessin
Niek
Tycho
Lucas
Denise
Pien
Lieke
Isa V.
Isa
Sophie
Lars
Colin
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Plattegrond
Docent
Romy
Klaske 
Friso
Yessin
Niek
Tycho
Lucas
Denise
Pien
Lieke
Isa V.
Isa
Sophie
Lars
Colin

Slide 1 - Diapositive

Donderdag 18 januari
Pak je laptop en log in in de LessonUp (2 min)

Instructie bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord (5 min)
Oefenen in de LessonUp (5 min)
Aan de slag (10 min)
Werken aan je presentatie 
timer
2:00

Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen

Ik kan een bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord herkennen
Ik kan een bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord op de juiste manier schrijven

Slide 3 - Diapositive

Het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
1. Vertelt iets over het werkwoord
2. Je schrijft het zo kort mogelijk

Braden --> heeft gebraden --> de gebraden kip
Bijten --> heeft gebeten--> de gebeten hond

Slide 4 - Diapositive

Een voorbeeld: 
Mats heeft het cadeau ingepakt

Mats geeft het ingepakte cadeau aan de juf. 

Slide 5 - Diapositive

Vragen?

Slide 6 - Diapositive

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(redden) De ...... zwemmer
A
redde
B
geredde
C
gerede
D
verredde

Slide 7 - Quiz

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(stranden) De ............ reiziger
A
Gestrandde
B
strandende
C
gestranden
D
gestrande

Slide 8 - Quiz

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(verwoesten) De ................. huizen
A
vewoestten
B
verwoeste
C
verwoesde
D
verwoesdden

Slide 9 - Quiz

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(schrikken) De .............. kinderen.

Slide 10 - Question ouverte

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(maaien) Het ............... gras.

Slide 11 - Question ouverte

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(maken) De ....... afspraak.

Slide 12 - Question ouverte

Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in:
(schrikken) De .............. kinderen.

Slide 13 - Question ouverte

Aan het werk

Maken opdracht 30, 31, 32

Klaar? Presentatie voorbereiden, boek uitlezen, leren voor de toetsweek 
timer
10:00

Slide 14 - Diapositive

De (verven) kast
A
geverfde
B
geverfden

Slide 15 - Quiz

De (schrijven) brief
A
geschreven
B
geschreve

Slide 16 - Quiz

De goed (maken) oefening
A
gemaakten
B
gemaakte

Slide 17 - Quiz