6.3 Schiphol

1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vandaag
Par 3 Schiphol bespreken

Slide 2 - Diapositive

Als er tijd is achteraan
(Terugblik par 2 met miniquiz)

Lesdoelen
 Je weet aan het einde
  • Wat een mainport is
  • Hoe het systeem van hubs en spokes werkt
  • Welke goederen je kunt vervoeren met een vliegtuig
  • Waarom grote bedrijven zich vlakbij Schiphol vestigen

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen paragraaf 6.3
  • Je kunt uitleggen waarom Schiphol een mainport is.
  • Je kunt uitleggen hoe het systeem van hubs and spokes werkt.
  • Je kunt benoemen welke goederen vervoerd kunnen worden met een vliegtuig.
  • Je kunt de betekenis van onder andere de volgende begrippen uitleggen: infrastructuur, Randstad, absolute afstand en relatieve afstand.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Par 3 - Mainport Schiphol

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 8 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is hier aan de hand denk je?

Slide 9 - Question ouverte

Afname luchtverkeer door corona / lockdown

Slide 10 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Feiten en cijfers 2019 (bron: Schiphol)
Figuur 13

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Miljoenen luchtreizigers
Een mainport is een knooppunt tussen werelddelen.


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vracht
        Wat is een reden om vracht per vliegtuig te vervoeren?


Het gaat vaak om dure of bederfelijke spullen of spullen die heel snel ergens anders moeten zijn.

Slide 13 - Diapositive

Deze goederen zijn de hoge kosten van het vervoer waard.

Welk werelddeel belangrijk en waarom?

Slide 14 - Diapositive

Welk werelddeel / waarom?
Verdeelcentrum
40% van de reizigers op Schiphol is op doorreis.

Europees verdeelcentrum.


Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hub & Spoke
Verbonden met tientallen andere Europese luchthavens.

Hub and spokes: verbindingen van een grote luchthaven (hub) met een groot aantal kleinere luchthavens. De tussenliggende route is de spoke.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

werkgelegenheid Schiphol (ca. 65.000 banen!)  
Welke sector?            

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

24 uur per dag
Op Schiphol gaat het leven 24 uur per dag door.

Schiphol is een stad zonder inwoners.

Veel voorzieningen.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schiphol: een luchthavenstad
Waarom is het voor multinationals handig om hier een hoofdkantoor te hebben?
  • Op en rondom Schiphol zijn veel voorzieningen.
  • Goede bereikbaarheid.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Logo quiz

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 23 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk logo is dit?

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk

Lezen/leren paragraaf 6.3
Maken opdrachten
paragraaf 6.3
2, 3, 4, 5, 7, 10a, 11



Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werk kun je onderverdelen in verschillende sectoren. Welke sector hoort niet in het rijtje thuis?
A
primaire sector
B
lunaire sector
C
secundaire sector
D
tertiaire sector

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke 4 zaken worden er uitgewisseld bij globalisering?

Slide 32 - Question ouverte

goederen
geld 
mensen 
informatie (kennis/cultuur)
Import
Export
Combineer de juiste omschrijving met het juiste woord
Als producten een land binnenkomen 
Als producten een land uitgaan 

Slide 33 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Nederland verkoopt kaas aan de Verenigde Staten.
dit is een voorbeeld van...
A
Import
B
Export

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Door globalisering wordt de absolute afstand tussen plaatsen op de wereld kleiner
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Absolute en relatieve afstand

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Import/export van Nederland
Import
Export
Tulpen
Sojabonen
Kleding
Zuivel
Bier
Elektronische apperaten
Exotisch fruit
Uien

Slide 37 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke organisatie heeft Europese integratie als gevolg? (de ontwikkeling naar meer eenheid)

Slide 38 - Question ouverte

Europese Unie

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk land is geen lid van de Europese Unie?
A
Oostenrijk
B
Portugal
C
Noorwegen
D
Letland

Slide 40 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk land is wel lid van de Europese Unie?
A
Bulgarije
B
Servië
C
Albanië
D
Montenegro

Slide 41 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

18 EU landen hebben een gezamenlijke munt: de euro. Deze landen vormen samen de ...

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Op deze foto zie je
A
industrie
B
ambacht

Slide 43 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions