Onderwerp, hoofdgedachte en deelonderwerp les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3,4

welkom Nederlands lezen

wat heb je nodig voor deze les:

een laptop.

wat gaan we doen?

• Uitleg PTA 331 lezen 
• Uitleg inhoud PTA toets lezen
• eventueel: werken in je leesdossier.
• Evaluatie / zijn er nog vragen

PTA 331

1. Leesdossier 1+2+3=Klaar/af?

- Nogmaals inleveren via Som

OF

2. Toets lezen maken 

Toets Lezen

- maak je in Quayn (20 vragen),

- inschrijven voor Toets via SOM (Nederlands lezen)

-toets maken tijdens SIHU dinsdag-donderdag 14.20 uur - 15.10 uur

Wat moet je weten?

les 1.-onderwerp+ deelonderwerp -hoofdgedachte

-tekstsoorten, tekstdoel + publiek 

les 2.-feit/mening/argument

-manieren van lezen

-signaalwoorden en tekstverbanden

Les 1                                -doelen-

• je weet hoe een tekst is opgebouwd
• Je kent de 'moeilijke' onderdelen; hoofdgedachte, deelonderwerp en kernzin
• je weet hoe en waar je ze kunt vinden in een tekst
• Je kunt vragen beantwoorden over de 'moeilijke' onderwerpen

De hoofdgedachte...

1. kan een vraag zijn
2. is altijd een vraag
3. is nooit een vraag

Als je een hoofdgedachte zelf moet formuleren

1. moet je de tekst goed lezen
2. hoef je alleen de inleiding of het slot te lezen
3. hoef je alleen de titel te lezen

De hoofdgedachte is...

1. een uitgebreide samenvatting
2. een soort minisamenvatting
3. de titel van de tekst

Het onderwerp van de tekst staat...

1. altijd in de hoofdgedachte
2. soms in de hoofdgedachte
3. nooit in de hoofdgedachte

Wat de schrijver over het onderwerp vertelt is...

1. de titel
2. de inhoud
3. de hoofdgedachte

Je moet de tekst helemaal lezen...

1. om de hoofdgedachte te vinden
2. om het onderwerp te vinden
3. om te weten waar het over gaat

Uit maximaal hoeveel woorden bestaat het onderwerp?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Leg uit wat een deelonderwerp is.

Wat is een kernzin en waar vind je deze?

Waarom gebruikt een schrijver tussenkopjes?

Kort samengevat

Onderwerp = waar de hele tekst over gaat

                             omschreven in max. 3 woorden 

                             je vindt deze vaak in de inleiding/titel

Kort samengevat 

Hoofdgedachte = in één zin samengevat wat de schrijver zegt over de tekst (mini samenvatting)

Het bevat het onderwerp

Hij staat vaak aan het begin of einde van de tekst (soms staat hij in de tekst en soms moet je hem zelf formuleren)

Het is NOOIT een vraagzin 

Kort samengevat

Deelonderwerp = onderwerp van een alinea 

Kernzin = belangrijkste informatie uit de alinea 

                     vaak de eerste of laatste regel

                     uitleg of voorbeelden

--> deelhoofdgedachte = in één zin waar de alinea over gaat

Wat snap je nog niet?

De hoofdgedachte staat meestal...

1. aan het begin of einde van de tekst
2. in de titel of in het midden van de tekst
3. in het midden van de tekst
4. aan het begin van de tekst of in de titel

De hoofdgedachte is...

1. waar de tekst over gaat
2. wat in de titel staat
3. wat de schrijver over het onderwerp zegt in één zin

Wat is waar over een hoofdgedachte?

1. De hoofdgedachte is niet te vinden.
2. De hoofdgedachte is nooit een vraag.
3. De hoofdgedachte staat altijd in het slot.

Uitleg:

Veelvoorkomende fouten

• Hoofgedachte
  - 1 zin waar de hele tekst over gaat
  - bestaat uit: het onderwerp en wat erover wordt gezegd
  vb. voetbal en de geschiedenis hiervan
• Deelonderwerp
  - een onderdeel van het onderwerp 
  - vb. onderwerp = voetbal, deelonderwerpen = spelers, tenue, verschillende teams
• Kernzinnen
  - dé belangrijkste zin van een alinea
  - de eerste of de laatste zin
  - als je alle kernzinnen hebt --> dan heb je een samenvatting gemaakt

Zelfstandig werken

Maken:

Leesdossier

Evaluatie

• Je kent de 'moeilijke' onderdelen; hoofdgedachte, deelonderwerp en kernzin
• Je kunt vragen beantwoorden over de 'moeilijke' onderwerpen

Hoe ging het?

Zijn er onderdelen die je lastig vond?

Wat ga je de volgende les doen?

Opdrachten

Basis                                                         

Hfd. 4 opdr. 5 (blz. 124)                       

Kader

Hfd. 4 opdr. 5 (blz. 126)

Klaar:Lezen

Nakijken B

Nakijken K

https:

Socialiseren