3V 1.4 Elektriciteit en Veiligheid

1.4 Elektriciteit en veiligheid
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

1.4 Elektriciteit en veiligheid

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen voor vandaag
-Je kunt uitleggen wat de gevaren van elektriciteit zijn.
-Je kunt uitleggen wanneer een apparaat dubbel geïsoleerd moet zijn.
-Je kunt de veiligheidsmaatregelen binnenshuis herkennen en uitleggen









Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Gevaren van elektriciteit
Twee gevaren
  1. Brand door kortsluiting en overbelasting.
  2. Je kunt een schok krijgen als je een geleidend voorwerp aanraakt waar een spanning op staat (lage stroomsterkte)

Slide 4 - Diapositive

Kortsluiting
1
2

Slide 5 - Diapositive

Overbelasting
Als er teveel apparaten aanstaan in een groep, ontstaat overbelasting.
De kabels worden zo heet dat er brand kan ontstaan. 


Slide 6 - Diapositive

Overbelasting
Per groep is de maximaal stroomsterkte Imax = 16A.

Teveel apparaten = overbelasting
Teveel stroom = brandgevaar


Blijft per groep Ptotaal < 3,7 kW dan is geen gevaar.
Overbelasting??

Slide 7 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Gevaren van elektriciteit
  • Hoe groot de stroomsterkte is hangt af van de spanning en de weerstand van je lichaam, je lichaam geleidt de stroom vrij goed: lichaamsweerstand
  • De grootste weerstand vindt plaats op waar de stroom het lichaam in- en uitgaat: aanrakings- en contactweerstand 

Slide 8 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Gevaren van elektriciteit
  • Hoe groot de stroomsterkte is hangt af van de spanning en de weerstand van je lichaam, je lichaam geleidt de stroom vrij goed: lichaamsweerstand
  • De grootste weerstand vindt plaats op waar de stroom het lichaam in- en uitgaat: aanrakings- en contactweerstand 
Hoe droger de huid, des te groter wordt de weerstand.

Slide 9 - Diapositive

Soorten weerstand
Lichaamsweerstand: de totale weerstand van je lichaam
(groot met rubber zolen)

Contactweerstand; de weerstand waar de stroom het lichaam in gaat. (klein bij natte huid)

Slide 10 - Diapositive

Gevaren elektriciteit

Slide 11 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar vergelijkt de stroomsterkte in de fasedraad met die van de nuldraad.

Slide 12 - Diapositive

Aardlekschakelaar; springt bij een lekstroom van 30 mA en voorkomt schokken.

Slide 13 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Aardlekschakelaar
De aardlekschakelaar vergelijkt de stroomsterkte in de fasedraad met die van de nuldraad.
  • Als het verschil in stroomsterkte groter wordt dan 30 mA, schakelt de aardlekschakelaar de stroom uit.
  • Of: differentieelschakelaar

Slide 14 - Diapositive

Aardlekschakelaar; springt bij een lekstroom van 30 mA en voorkomt schokken.

Slide 15 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Randaarde

Slide 16 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Randaarde

Slide 17 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Enkele en dubbele isolatie

Slide 18 - Diapositive

1.4 Elektriciteit en veiligheid
Enkele en dubbele isolatie

Slide 19 - Diapositive

Zekeringen
Groepszekering: deze springt boven 
de 16 A om brand door oververhitting 
te voorkomen.

Installatieautomaat: een 
elektronische zekering.

Slide 20 - Diapositive

Aardlekschakelaar
Vergelijkt de stroomsterkte in de fasedraad
en nuldraad
Stromen even groot --> niets gebeurt
Stromen verschillen +30mA --> schakelt uit

Slide 21 - Diapositive

Randaarde
groengele aardedraad
Buitenkant stopcontact -> Stopcontact -> meterkast
Staat de buitenkant onder stroom?
Lekstroom naar de aarde

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Wat hebben we geleerd
Er zijn verschillende maatregelen genomen om veiligheid in je huis te verbeteren
brand kan ontstaan door overbelasting of kortsluiting
Hoe een aardlekschakelaar werkt

Slide 24 - Diapositive

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak alle opdracht af van H1.4 

Hoe? Je mag fluisterend in duo's overleggen. Ik wil je niet kunnen horen.

Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Maak de test jezelf van van H1.4

Slide 25 - Diapositive