Les 2. Positie als consument en koopbeslissing beoordelen
Positie als consument en koopbeslissing beoordelen
domein consumptie
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Positie als consument en koopbeslissing beoordelen
domein consumptie
Slide 1 - Diapositive
Terugblik vorige les:
resultaten check lesdoelen
moeilijke onderdelen terugpakken
Slide 2 - Diapositive
Aan het eind van de les:
Kun je de verschillende soorten inkomen uit arbeid, bezit en overdrachten benoemen.
Kun je een Lorenzcurve uitleggen en weet je wat het begrip modaal inkomen betekent.
Ken je de rechten en plichten van koper en verkoper.
Kun je de invloed van de doelgroep op productie uitleggen en weet je waarom bedrijven jongeren graag als klant willen.
Kun je aan de hand van behoeften en prioriteiten een budgetplan opstellen.
Kun je bepalen of een aankoop mogelijk is, er bezuinigd moet worden, er gespaard kan worden en/of lenen een mogelijkheid is.
Kun je de begrippen sociale en commerciële beïnvloeding uitleggen.
Kun je het effect van consumptie op milieu, werkgelegenheid en ontwikkelingslanden uitleggen.
Slide 3 - Diapositive
Wat weet je nog?
Met de volgende quizvragen gaan we bepalen hoeveel je nog weet over het onderwerp...
Beheers je de stof voldoende: keuze uit een aantal opdrachten
Vind je het nog lastig: onderwijsleergesprek
Slide 4 - Diapositive
Verhuur van haar 2e woning
Kinderbijslag voor haar 2 kinderen
Loon voor het werken bij KPN
Het inkomen van Esmee bestaat uit drie soorten,
sleep de goede inkomensvorm er achter.
Bezit
Overdracht
Arbeid
Slide 5 - Question de remorquage
Sleep een vorm van primair inkomen naar de juiste productiefactor.
Kapitaal
Arbeid
Natuur
Onderne-
merschap
Pacht
Rente, Huur
Winst
Loon, salaris
Slide 6 - Question de remorquage
Let op: Gebruik de afbeelding hiernaast.
→ Maak van onderstaande zinnen een economisch juiste tekst door de juiste woorden te kiezen.
Hoe dichter de Lorenzcurve bij de diagonaal ligt, hoe …(1)… (gelijker / ongelijker) de inkomensverdeling is. De 10% personen met de laagste inkomens verdienen …(2)… (4% / 9% / 20%) van het totale inkomen. De 10% personen met de hoogste inkomens verdienen …(3)… (25% / 75% / 90%) van het totale inkomen.
1
2
3
gelijker
ongelijker
4%
9%
20%
25%
75%
90%
Slide 7 - Question de remorquage
Wat wordt bedoeld met het 'modaal inkomen'?
A
Het gemiddelde inkomen in NL
B
Het totale inkomen in NL
C
Het inkomen dat het vaakst voorkomt in NL
D
Het inkomen dat arme mensen verdienen
Slide 8 - Quiz
Als consument heb ik altijd recht op ....
A
de beste prijs
B
een deugdelijk product
C
korting
D
geld terug
Slide 9 - Quiz
Jongeren zijn voor bedrijven een interessante doelgroep. Waarom?
Slide 10 - Question ouverte
De koopkracht van het budget blijft gelijk.
De koopkracht van het budget neemt af.
De koopkracht van het budget neemt toe.
Het budget blijft gelijk, terwijl de prijzen stijgen.
Het budget stijgt met een hoger percentage dan de prijzen.
Het budget daalt met een lager percentage dan de prijzen dalen.
Het budget stijgt met hetzelfde percentage als dat waarmee de prijzen stijgen.
Slide 11 - Question de remorquage
Als je een overschot hebt op je budgetplan, dan kun je het beste:
A
Sparen
B
Bezuinigen
C
Lenen
D
Geen enkel antwoord is goed
Slide 12 - Quiz
Sociale beïnvloeding
Commerciële beïnvloeding
Slide 13 - Question de remorquage
Negatieve externe effecten
Positieve externe effecten
Stankoverlast hebben van een boederij in de buurt
Het aanleggen van een nieuw stadspark
Nedcar sluit definitief
Het omzagen van bomen om een nieuwe wijk te bouwen
Afval wordt gescheiden door nieuwe containers van de gemeente
Slide 14 - Question de remorquage
Waar heb je op dit moment behoefte aan?
Ik snap (bijna) alles, ik ga zelfstandig werken
Ik had best veel goed, maar krijg liever extra uitleg
Ik had best veel fout, dus ik volg de uitleg
Slide 15 - Sondage
Opties zelfstandig werken:
Flitskaarten maken van de begrippen H1 en H2
Rekenopgaven maken achterin H1 en H2
Werken aan het Examen 2022
Opdracht over budgetteren
Slide 16 - Diapositive
Welke onderdelen vind je nog lastig?
Slide 17 - Carte mentale
Soorten inkomen
Slide 18 - Diapositive
Primair inkomen per productiefactor :
Kapitaal - huur / rente
Arbeid - loon
Natuur - pacht
Ondernemerschap - winst
Beloning productiefactoren
Slide 19 - Diapositive
Lorenzcurve
Slide 20 - Diapositive
Rechten en plichten
Koper: heeft de plicht om te betalen en recht op levering van een deugdelijk product
Verkoper: heeft de plicht een deugdelijk product te leveren en recht op betaling.
Slide 21 - Diapositive
Jongeren belangrijke doelgroep
Samen veel geld te besteden
Invloed op uitgaven in het gezin
Consumenten van de toekomst (merkentrouw, producten kopen waaraan je bent gewend)
Slide 22 - Diapositive
Budgetplan: verwachte inkomsten en uitgaven
Slide 23 - Diapositive
Bezuinigen, sparen of lenen?
Jaap verdient netto € 2.000,- per maand. Dit bedrag vormt zijn (arbeids)inkomen. Maandelijks heeft hij veel uitgaven. Met een begroting zet hij zijn inkomsten en uitgaven op een rijtje. Zo probeert hij evenwicht tussen zijn inkomsten en uitgaven te krijgen. Als zijn inkomen lager is dan zijn geschatte uitgave, moet hij bezuinigen of moet hij bij een bank geldlenen. Meestal geeft hij minder uit dan hij per maand ontvangt. Het verschil kan hij sparen.
Slide 24 - Diapositive
Sociale of Commerciële beïnvloeding
Sociale beïnvloeding
Vrienden, Familie of klasgenoten
Ze beïnvloeden de keuze die jij gaat maken
Commerciële beïnvloeding
Reclame, winkels, bekende mensen
Slide 25 - Diapositive
Negatieve externe effecten
Meer consumptie is goed en slecht voor de maatschappij. Meer consumeren betekent namelijk meer banen. Maar meer consumeren betekent ook meer schade aan het milieu. Dit noemen we negatieve externe effecten.
Dit gebeurt vaak in landen met weinig milieuregels en waar goedkoop geproduceerd kan worden.
Slide 26 - Diapositive
Voorbeeld negatief extern effect
Eten van de Mcdonalds
Onbedoelde bijkomende effecten:
Mensen worden dik door de consumptie -> hogere zorgkosten.
De productie van al dat vlees is slecht voor het milieu.
Die negatieve effecten worden niet doorberekend in de prijs.
Slide 27 - Diapositive
Aan de slag:
Maken opdr. 8 t/m 13 van de examentraining op blz. 36 & 37
probeer het eerst zelf te maken
vraag hulp (klasgenoot, docent, familie)
extra uitleg nodig? check mijn video
volgende les bekijk ik wat je gemaakt hebt!
timer
10:00
Slide 28 - Diapositive
LESDOELEN CHECKEN
wat is blijven hangen?
Slide 29 - Diapositive
Noem de verschillende soorten inkomen en geef een voorbeeld.
Slide 30 - Question ouverte
Waarvoor gebruik je een Lorenzcurve en wat is modaal inkomen?
Slide 31 - Question ouverte
Wat zijn de rechten en plichten van een koper en verkoper?
Slide 32 - Question ouverte
Waarom willen bedrijven jongeren graag als klant hebben?
Slide 33 - Question ouverte
Leg uit wat sociale en commerciële beïnvloeding is.