H2.1 borp tot opdracht 9

Welkom
4 MAVO ||  2022-2023

Hoofdstuk 2 - Geld genoeg?
Exameneenheid Consumptie en Verrijkingsstof

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom
4 MAVO ||  2022-2023

Hoofdstuk 2 - Geld genoeg?
Exameneenheid Consumptie en Verrijkingsstof

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Herhaling
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag
  • Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Geef de definitie van inflatie

Slide 3 - Question ouverte

Inflatie
Inflatie betekent een algemene prijsstijging van goederen en diensten.

Door inflatie wordt de koopkracht kleiner, als je inkomen niet net zoveel stijgt als de inflatie.


Slide 4 - Diapositive

Koopkracht

Slide 5 - Diapositive

Mijn inkomen stijgt met 3%. De prijzen stijgen met 4%. Bereken de nominale inkomensstijging.

Slide 6 - Question ouverte

Mijn inkomen stijgt met 5%. De prijzen stijgen met 2%. Bereken de reeële verandering.

Slide 7 - Question ouverte

Loon-prijsspiraal
  • Hogere lonen betekenen voor bedrijven hogere kosten. Die kosten berekenen zij door in de verkoopprijs van hun producten.
  • Als de prijzen stijgen, willen werknemers weer loonsverhoging, enzovoort.
  • Dit is de loon-prijsspiraal en die zorgt voor voortdurende inflatie.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Hoe kan de overheid de loon- prijsspiraal doorbreken?

Slide 10 - Question ouverte

Wat heb jij voor het laatst gekocht?

Slide 11 - Question ouverte

Soorten uitgaven
Dagelijkse uitgaven
Vaste lasten
Incidentele uitgaven

Slide 12 - Diapositive

Soorten uitgaven
uitleg: 
regelmatig met wisselend bedrag 
vast moment, vast bedrag 
uitgaven 
die je soms doet
Soorten Uitgaven:
Dagelijkse uitgaven

Vaste lasten

Incidentele uitgaven

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Wat doe jij om het overzicht in je inkomsten en uitgaven te bewaren?

Slide 15 - Question ouverte

Slide 16 - Vidéo

Budgetteren
  • Het geld dat je kunt uitgeven, heet ook wel je budget.
  • Budgetteren is zorgen dat je uitgaven niet hoger worden dan je inkomsten.
  • Om goed te kunnen budgetteren maak je een begroting of budgetplan: een overzicht van al je inkomsten en al je uitgaven.

Slide 17 - Diapositive

Begroting

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Rekenen met maanden/jaren

Slide 20 - Diapositive

Sophia verdient 45 euro per week.
Bereken wat zij verdient per maand.

Slide 21 - Question ouverte

Luuk verdient 144 euro per maand.
Bereken wat Luuk verdient per week

Slide 22 - Question ouverte

Rekenen van week naar maand
Van week naar maand
  • Een jaar heeft 52 weken en 12 maanden
  • Als je van week naar maand omrekent:
  • De formule: weekbedrag x 52 / 12 = maandbedrag


Slide 23 - Diapositive

Rekenen van maand naar week
Van maand naar week
  • Een jaar heeft 52 weken en 12 maanden
  • Als je van week naar maand omrekent:
  • De formule: maandbedrag 12 / 52 = weekbedrag


Slide 24 - Diapositive

Aan de slag
Maken t/m opdracht 9
Zachtjes overleggen! / Aan docent vragen
Klaar? Nakijken
Niet af? Huiswerk!
Tot 5 minuten voor tijd

Slide 25 - Diapositive