19-3

19-3
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

19-3

Slide 1 - Diapositive

§1.1 
Wat wil je kopen?

Slide 2 - Diapositive

Behoefte?

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

Basisbehoeften
"Noodzakelijk"

  • Eten
  • Drinken
  • Kleding
  • Dak boven je hoofd
  • Medische zorg
Overige behoeften
"Leven aangenamer maken"

  • Uit eten
  • Dure merkkleding
  • Vakantiehuisje
  • Plastische chirurgie
  • Wijn, Bier en Champagne

Slide 5 - Diapositive

Goederen en diensten
Goederen kun je vastpakken,                           Diensten niet

Slide 6 - Diapositive

Gebruiksgoederen


Verbruiksgoederen

Kunnen vaker gebruikt worden
Kun je vaak maar 1 keer gebruiken

Slide 7 - Diapositive

Geld
  • voor het bedrag typ je €
  • geld heeft 2 decimalen
  • tussen de helen en decimalen schrijf je een , 
  • op je rekenmachine is dit de .
  • bij duizendtallen noteer je een .
  • is een bedrag in hele euro's dan achter de , een -

Slide 8 - Diapositive

Hoe kun je in je behoeften voorzien?
Consumeren
Zelfvoorziening
Kopen
Zelf maken

Slide 9 - Diapositive

4 getallen
gemiddelde uitrekenen?
je telt eerst alle getallen bij elkaar op
daarna deel je het door het aantal getallen

Slide 10 - Diapositive

A
B
1
2
3
4
Basisbehoeften
Overige behoeften

Slide 11 - Question de remorquage

Je koopt een nieuwe telefoon,
Hoe noemen we dit bij economie?
A
Behoefte
B
Consumeren
C
Produceren
D
Zelfvoorziening

Slide 12 - Quiz

Sleep de afbeeldingen naar het juiste begrip.
1
2
A
B
C
D
Goederen
Diensten

Slide 13 - Question de remorquage

Harry is gek op tuinieren. In zijn tuintje verbouwt hij komkommers voor in zijn maaltijdsalade.
Hoe noemen we dit bij economie?
A
Consumeren
B
Zelfvoorziening
C
Behoefte
D
Produceren

Slide 14 - Quiz

A
C
D
E
1
2
3
4
5
Alles wat je nodig hebt om te kunnen leven, zoals voedsel, kleding en een bed.
Het kopen van producten.
Alles wat je kunt vastpakken. Bijv. je telefoon.
Alles wat iemand voor je doet. Bijvoorbeeld de kapper die je haar knipt.
Alles wat je graag zou willen hebben, maar niet persé nodig is.
Overige behoeften
Consumeren
Diensten
Goederen
Basis behoeften

Slide 15 - Question de remorquage