Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Import =
invoer van goederen en/of diensten door Nederland
Export =
uitvoer van goederen en/of diensten door Nederland
5 landen =
5 geldsoorten:
Nederlands guldens
Belgische Francs
Franse Francs
Spaanse Peseta's
Portugese Escudo's
Genoemde valuta's omgerekend naar euro
100 Nederlands guldens = € 45,--
100 Belgische francs = € 2,50
100 Franse francs = € 15,25
100 Spaanse peseta's = € 0,60
100 Portugese escudo's = € 0,50
- voor elk land geld wisselen
- bij elke geldwissel: extra kosten aan de bank betalen
- hogere kosten voor bedrijven: hogere prijzen van producten
- prijzen in de verschillende landen moeilijk te vergelijken
Spanje Nederland Italie
Malta Duitsland Portugal
Slowakije Ierland Slovenie
Frankrijk Griekenland Letland
Finland Estland Litouwen
Belgie Cyprus
Oostenrijk Luxemburg
Bijvoorbeeld: Bulgarije
Lev 1 = € 0,51
Lev 750 = € 384,62
- prijzen in landen met de euro zijn gemakkelijk met elkaar te vergelijken
-geen geld meer te wisselen
-geen wisselkosten: producten worden goedkoper
- gezonde begroting: verwachte uitgaven mogen niet veel groter zijn dan de verwachte inkomsten
- lage staatsschuld
- weinig inflatie
-meer handel
-meer toerisme
-meer welvaart
- geeft de euro uit
-zorgt dat er genoeg munten en bankbiljetten zijn
-stelt de rentetarieven vast