Paragraaf 7.4 grenzen en identiteit

Welkom! 
Op tafel: boeken + pen
Chromebook nog niet pakken: later nodig
Tas op de grond, telefoon en oortjes in je tas
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom! 
Op tafel: boeken + pen
Chromebook nog niet pakken: later nodig
Tas op de grond, telefoon en oortjes in je tas

Slide 1 - Diapositive

Deze week
Dinsdag:
  • Herhalen 7.1 t/m 7.3 + bespreken
  • Nakijken 
  • Lezen 7.4 + start bespreking

Woensdag
  • Afronden 7.4 + bespreken 7.5

Slide 2 - Diapositive

Herhalen 
Je hebt een opdrachtenblad met 6 zinnen. In alle zinnen zit een fout/ zitten fouten.

Opdracht: omcirkel de fout en schrijf een nieuwe zin die volledig klopt.

Tijd: 8 minuten.

Slide 3 - Diapositive

Nu jullie - Nakijken Huiswerk
Antwoorden staan zo op het bord.

Nakijken = aanvullen, verbeteren of een krul zetten.

7.3: 1AB, 2CD, 3BCD, 4BC

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen 7.4
  1. Je kunt ten minste drie voordelen en drie nadelen geven van de open grenzen tussen Nederland en de buurlanden.
  2. Je kunt een voorbeeld geven van grenspendel in Nederland.
  3. Je kunt uitleggen waarom euregio’s zijn opgericht.
  4. Je kunt beschrijven wat een euregio is en wat deze doet.
  5. Je kunt een voorbeeld geven van een euregio waarbij Nederland betrokken is en wat deze doet.

Slide 5 - Diapositive

Voordeel open grenzen: grenspendel
Het verkeer dat tussen buurlanden ontstaat, als de grenzen steeds meer open zijn. Dat gaat nu makkelijker zonder controles / harde grenzen.

Voorbeeld:
Nederlanders tanken in België, Duitsers
werken in Nederland, Nederlanders
winkelen in Duitsland etc. 




Slide 6 - Diapositive

Nog meer voordelen
Op de volgende dia is een link toegevoegd. Daar klik je zo op.
Opdracht: zoek onder het kopje 'Voordelen Europese Unie' naar voordelen van open grenzen / wegvallen interne grenzen. Schrijf de 4 voordelen op die onder dat kopje genoemd worden in je schrift, en daarna in de quizvraag na de dia met de link naar de website. Na het invullen van je antwoord zie je de antwoorden van de docent. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Welke 4 voordelen van open grenzen / wegvallen interne grenzen worden op de site genoemd?
Tip: zoek met ctrl + F op 'grenzen'

Slide 9 - Question ouverte

Welke 3 nadelen van open grenzen worden in het boek (7.4) onder het kopje 'nadelen van open grenzen' gegeven?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

Euregio's 
  • Om problemen in grensregio's aan te pakken, zijn er Euregio's opgericht. 
  • Dit is een grensoverscheidend samenwerkingsverband binnen de EU. 
  • Zij pakken milieuvervuiling en drugsoverlast aan of stimuleren uitwisselingsprogramma's. 

Slide 12 - Diapositive

Grensoverschreidende problemen
Euregio's zijn nodig omdat op die manier grensoverschreidende problemen opgelost worden.
Vervuilde rivieren houden zich niet aan grenzen --> afspraken maken!

Slide 13 - Diapositive

Een euregio is
A
ergens waar je met de euro betaald.
B
een samenwerkingsverband tussen verschillende landen
C
een regio in Europa

Slide 14 - Quiz

Wat valt je op aan de ligging van de Euregio's? (figuur 9 par. 7.4)
A
Liggen verspreid over het land
B
Liggen allemaal in het grensgebied
C
Liggen vooral aan de kust

Slide 15 - Quiz

Gebruik figuur 9 nogmaals voor deze vraag. Kijk eens naar de ligging van Euregio Maas-Rijn. Welk probleem kunnen ze ervaren in de samenwerking?

Slide 16 - Question ouverte

Wat is GEEN taak van een Euregio?
A
Aanpakken van drugsoverlast
B
Oplossen van verkeersproblemen
C
Oplossen van problemen met regels over belastingen
D
Problemen van watervervuiling aanpakken

Slide 17 - Quiz

Wat is een nadeel van open grenzen?
A
Je kan de weg kwijtraken.
B
Ook criminelen gaan gemakkelijker de grens over.
C
Geen paspoortcontrole meer.
D
Je kan vrij met andere landen handelen.

Slide 18 - Quiz

Aan de slag!
Voor de komende 10 minuten ga je aan de slag met de opgaven van 7.4.

Gemaakt moet worden:
2CDE, 3, 4B, 5BC en 6

Vraag 2CDE, 3 en 4B zijn minimaal af!

Slide 19 - Diapositive