THK - p8 - les 1

Prothetische tandheelkunde
les 1

Herhaling en opfrissen
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
THKMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Prothetische tandheelkunde
les 1

Herhaling en opfrissen

Slide 1 - Diapositive

Wat staat jullie te verwachten?
  
  1.  B1-K1-W1: Neemt de hulpvraag aan, verheldert deze en zet vervolg stappen in gang
  2. B1-K2-W2: Assisteert bij uitvoeren van tandheelkundige behandelingen
  3. B1-K2-W3: Geeft voorlichting en advies

Wat zijn de algemene leerdoelen? (niet SMART)

  • Je kent het belang van de anamnese en onderzoek binnen dit vakgebied;
  • Je hebt kennis van de gevolgen van het verliezen van elementen;
  • Je hebt kennis van verschillende uitneembare voorzieningen;
  • Je hebt ruime kennis over het vakgebied ‘’Prothetiek’’.

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
Aan het eind van de les;

  • Weet je waar prothetische tandheelkunde zich mee bezighoudt;
  • Weet je de gevolgen van verlies van elementen en steunweefsel te benoemen;

Slide 3 - Diapositive

Waar denk je aan bij:
Prothetische tandheelkunde

Slide 4 - Carte mentale

Inleiding
Prothetische tandheelkunde is het onderdeel van de tandheelkunde dat zich bezighoudt met het herstellen van de kauwfunctie en het er weer goed uit laten zien van de patiënt, als gebitselementen en hun steunweefsel (kaak, wortelcement, periodontium en tandvlees) helemaal of gedeeltelijk verloren zijn gegaan. In de prothetische tandheelkunde maakt men onderscheid tussen de volledige en de partiële (gedeeltelijke) prothetiek. Het hangt af van het aantal missende elementen of er een volledige of partiële prothese gemaakt wordt; deze kunnen dan weer vast of uitneembaar zijn.

Slide 5 - Diapositive

Wat is het verschil tussen volledige en partiële prothetiek?

Slide 6 - Question ouverte

Gevolgen van verlies van elementen en steunweefsel
edentaat: tandeloos 

Gevolgen:
  • Kauwfunctie verstoord             minder goed kauwen en/of afbijten > verlies van contact tussen BK-OK > kaakgewrichtklachten;
  • Uiterlijk;
  • Moeite met het verliezen van tanden/kiezen           voelt als teken van ''ouder worden'' en kan onzekerheid meebrengen.

Slide 7 - Diapositive

Verlies van frontelementen
Gevolgen:
  • De ondersteuning van de lip verdwijnt            pat. krijgt ingevallen gezicht;
  • Afbijten wordt moeilijker / gaat helemaal niet meer;
  • Hangende mondhoeken;
  • Praten wordt lastig           zingen, fluiten, 
muziekinstrumenten bespelen 

Slide 8 - Diapositive

Welke verschijnsel komt specifiek voor bij verlies van frontelementen?
A
Kauwfunctie wordt verstoord
B
Treden van kaakgewrichtsklachten
C
Afbijten wordt moeilijker
D
Spijsvertering wordt verstoord

Slide 9 - Quiz

Verlies van kiezen
Gevolgen:
  • Hangende mondhoeken          pat. kan veel verder dichtbijten > kloofjes in mondhoeken ontstaan (ragaden) > loopt steeds speeksel > ontsteken (cheilosis);     
  • Spijsvertering wordt verstoord           niet goed kunnen kauwen;
  • Kaakgewrichtsklachten          belasten van kaakgewricht, last van vermoeide spieren

Slide 10 - Diapositive

Anatomische veranderingen van de mondholte
  • Element en steunweefsel zijn van elkaar afhankelijk;
  • Ontstaan van lege tandkas (alveole) > resorptie bot;
  • Slinken van OK.




ruimte tussen BK/OK = ruimte voor tong

Slide 11 - Diapositive

Als deze ruimte niet wordt opgevuld met een prothese kan de ... groter worden en meer plaats innemen.

Slide 12 - Question ouverte

Vat de les van vandaag samen:

Slide 13 - Carte mentale

Slide 14 - Diapositive

Welke drie gevolgen heeft het verlies van elementen en steunweefsel voor de patiënt?

Slide 15 - Question ouverte

Welke vier verschijnselen doen zich voor bij het verlies van de frontelementen?

Slide 16 - Question ouverte

Welke drie verschijnselen doen zich voor bij het verlies van de kiezen?

Slide 17 - Question ouverte

Wat zijn ragaden?
A
Ontstekingen
B
Kloofjes

Slide 18 - Quiz

Waardoor ontstaat cheilosis?

Slide 19 - Question ouverte

Welke kaak slinkt sneller?
A
BK
B
OK

Slide 20 - Quiz

Waardoor kan de tong groter worden bij een edentate patiënt?

Slide 21 - Question ouverte