Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
2.3 Cultuur
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
- Je kunt landen aanwijzen op de kaart en enkele cultuuruitingen beschrijven of herkennen.
- Je kunt uitleggen uit welke onderdelen culturen bestaan.
- Je begrijpt waarom cultuur in de loop van de tijd kan veranderen.
Planning
1. Opfrissen 2.1 + 2.2 2. Uitleg 2.3
3. Maken opdrachten
Slide 2 - Diapositive
Opfrissen
1. Je begrijpt waardoor de bevolkingsgroei en bevolkingsspreiding verschillen tussen gebieden
2. Welke twee soorten bevolkingsgroei zijn er?
3. Wat is migreren? Wat zijn redenen voor mensen om te migreren?
Slide 3 - Diapositive
Wat is cultuur?
Cultuur = de manier waarop een groep mensen samenleeft.
Cultuur is aangeleerd.
Cultuur is gebonden aan een groep
Slide 4 - Diapositive
0
Slide 5 - Vidéo
Cultuuruitingen
= zaken waaraan je een cultuur kunt herkennen
Bijvoorbeeld: eten, gebouwen, feesten, kleding, muziek, etc.
Slide 6 - Diapositive
Cultuuruitingen
Slide 7 - Diapositive
Cultuuruitingen
Vaak zie je aan een foto van een stad waar die genomen is. De gebouwen - de architectuur - zijn typisch voor het gebied. Ook aan kleding kun je soms zien uit welke streek mensen komen.
Slide 8 - Diapositive
Onzichtbare cultuur
Elke cultuur heeft normen en waarden
- soms staan ze in regels en wetten, en soms zijn ze ongeschreven.
Elke cultuur heeft tradities
= zaken die belangrijk zijn in een cultuur (waarden) en waarnaar je je in die cultuur hoort te gedragen (normen)
= gewoonten die van generatie op generatie worden doorgegeven
Slide 9 - Diapositive
Cultuur verandert
Modeverschijnselen en hypes komen en gaan.
Maar ook normen en waarden en tradities
kunnen veranderen.
Hoe kan dat?
1. migratie
2. economie
3. technologie
Vwo: Sommige culturele veranderingen worden makkelijk geaccepteerd. Maar bij onderwerpen zijn er ook mensen die de verandering niet zien zitten en bang zijn dat de ‘eigen’ cultuur verloren gaat. Dan kunnen de veranderingen leiden tot meer of minder ernstige conflicten.
Slide 10 - Diapositive
Taal en religie
De belangrijkste cultuuruitingen zijn taal en religie
We delen de wereld in in cultuurgebieden
= gebieden waarbinnen de culturen sterker op elkaar lijken dan van elkaar verschillen.
Slide 11 - Diapositive
Cultuurgebieden in de wereld
Slide 12 - Diapositive
Belangrijke cultuuruiting: taal
Wereldtaal =
Deze talen worden door heel veel mensen gebruikt, ook buiten het eigen land.
Arabisch, Chinees, Engels, Frans, Russisch en Spaans
zijn wereldtalen.
Slide 13 - Diapositive
Spanglish
Veel talen vermengen zich op grenzen van landen. In het Vlaams zitten veel woorden uit het Frans. Op de grens van de VS en Mexico hoor je veel woorden uit het Spaans
Hindi
Hindi is een grote taal, maar wordt buiten India eigenlijk nergens gesproken. Daarom noemen we het geen wereldtaal. Het vrijwel even grote Arabisch is dat wel. Die taal is verspreid over veel meer landen.
Portugees
De reden waarom talen als het Portugees, Spaans en Engels zoveel sprekers hebben, ligt in de koloniale geschiedenis van die landen. Zo zijn er meer Portugeessprekenden in Brazilië dan in Portugal zelf.
Talen in Peru
Er wordt veel Spaans gesproken in Peru, door de voormalige overheersing door Spanje. Maar er worden nog 93 andere talen in Peru gesproken. Quechua heeft de meeste sprekers, maar dan wel in verschillende dialecten. Over hoe de taal nu precies genoemd moet worden, is geen overeenstemming, net zo min als over de schrijfwijze.
Slide 14 - Diapositive
Belangrijke cultuuruiting: godsdienst
4200 verschillende godsdiensten
= georganiseerde geloofsovertuiging, ook religie genoemd
Slide 15 - Diapositive
Afsluiting
Maak van paragraaf 2.3 de opdr:
Slide 16 - Diapositive
Afsluiting
1. Je kunt landen aanwijzen op de kaart en enkele cultuuruitingen beschrijven of herkennen.
2. Je kunt uitleggen uit welke onderdelen culturen bestaan.
3. Je begrijpt waarom cultuur in de loop van de tijd kan veranderen.